PARAMARIBO (ANP). De oppositie in het Surinaamse parlement en enkele maatschappelijke organisaties hebben er geen vertrouwen in dat het de Surinaamse regering menens is om tot verzoening te komen over de Decembermoorden. Daarom zullen zij de conferentie boycotten die de regering en het parlement begin maart organiseren over dialoog en verzoening.
In de Amnestiewet die het Surinaamse parlement in 2012 aannam, staat dat regering en parlement een waarheids- en verzoeningscommissie in het leven moeten roepen. Dit is opgenomen als ‘compensatie’ voor het feit dat de wet regelt dat de verdachten van de Decembermoorden in 1982, waaronder de huidige president Desi Bouterse, niet langer vervolgd worden.
De geplande conferentie ‘Ervaringen met nationale dialogen in de Amerika’s en in Afrika’ is een eerste stap naar het opzetten van zo’n verzoeningscommissie. De boycottende organisaties, waaronder de vakbond C47 en de organisaties van nabestaanden, vinden echter dat verzoening pas mogelijk is nadat de daders van de moorden berecht en eventueel bestraft zijn. Maar door de opschorting van het 8 decemberproces als gevolg van de Amnestiewet is dit nu niet mogelijk.
Toch is het op dit moment onduidelijk of de verdachten van de Decembermoorden echt vrijuit zullen gaan. Het Hof van Justitie heeft begin februari namelijk gezegd dat de krijgsraad het proces moet voortzetten in de zaak van Edward Ritfeld. Hij was in beroep gegaan tegen de schorsing van 2012. De nabestaanden gaan er nu vanuit dat deze uitspraak betekent dat de zaak ook voor de andere verdachten weer opgepakt moet worden. Het Openbaar Ministerie heeft bij monde van de auditeur militair echter gezegd dat het opheffen van de schorsing alleen voor Ritfeld geldt.
Jurist Hugo Essed, die de nabestaanden bijstaat, is zeer teleurgesteld over de uitleg die het OM aan het vonnis heeft gegeven. „Dit geeft niet veel vertrouwen dat hij echt bereid is de verdachten van de Decembermoorden te vervolgen, zoals zijn opdracht is”, aldus Essed. Volgens hem is het nu aan de Krijgsraad om te bepalen voor welke verdachten het proces verder gaat.