Nieuwe thema’s bij dialoog ‘Rome’ en oud-katholieken
Een komend rapport van Athanasius en Willibrord, de rooms-katholieke vereniging voor oecumene, zal nieuwe stof bieden voor gesprekken tussen kardinaal Simonis en de oud-katholieke aartsbisschop Vercammen van Utrecht, nu de discussie over de vrouw in het ambt is vastgelopen.
Vooral kwesties als de zelfstandigheid van de lokale kerk en de kerkelijke gezagsstructuur zullen in die dialoog aan de orde komen. Dat heeft bisschop Vercammen gezegd na afloop van een gesprek met kardinaal Simonis. De twee spraken vrijdag in Simonis’ aartsbisschoppelijk paleis in Utrecht over de wijding van vrouwelijke priesters, een heet hangijzer in de relatie tussen de twee kerken. De Oud-Katholieke Kerk besloot in 1998 tot teleurstelling van de rooms-katholieke bisschoppen dat ook vrouwen priester kunnen worden.
Omdat men in deze kwestie niet verder komt is het volgens aartsbisschop Vercammen nu tijd om andere onderwerpen aan te snijden. Het rapport van een gezamenlijke studiecommissie van het rk-oecumeneorgaan, dat in het voorjaar verschijnt, biedt daarvoor voldoende stof, denkt de oud-katholieke voorman. Daarin passeert alles de revue wat rooms-katholieken en oud-katholieken scheidt.
De Oud-Katholieke Kerk (8000 leden) ontstond in Nederland als reactie op de concentratie van de macht in de Rooms-Katholieke Kerk bij de paus. Met de verkiezing van een eigen bisschop door het kapittel van Utrecht in 1723 werd de breuk met Rome definitief. Nadat het Eerste Vaticaans Concilie in 1870 de onfeilbaarheid van de paus had afgekondigd, vonden de oud-katholieken en gelijkgezinde groepen in andere landen elkaar in 1889 in de Unie van Utrecht.