Promovenda: Koningin Emma was vooral plichtsgetrouw
Een plichtsgetrouwe, intelligente, sociale en gelovige vrouw. Zo omschrijft historica dr. Irène Diependaal koningin Emma (1858-1934). Diependaal promoveerde recent op een proefschrift over de tweede vrouw van koning Willem III.
De foto op de cover van de publieksversie van het proefschrift is sprekend. Een heel jonge vrouw –nog bijna een meisje– kijkt met een wat verlegen, afwachtende blik in de lens. Ze lijkt te dromen.
Dat meisje is echter wel de koningin van Nederland en draagt de kostbaarste juwelen uit de sieradendoos van de Oranjes. Zo leert Nederland de nieuwe, jonge vrouw van koning Willem III kennen. De foto is van 1882, een enkel jaar na haar entree in Nederland. Emma is op de foto begin twintig.
Achter de wat afwachtende blik schuilt echter iemand met veel wijsheid en pragmatisme. Een vrouw die Nederland niet alleen een troonopvolgster –dochter Wilhelmina– schenkt, maar ook vecht voor de belangen van de Oranjedynastie.
Zij is het die na 1890 op de winkel past als koning Willem III is overleden. Dat doet zij tot de troonsbestijging van de achttienjarige koningin Wilhelmina in 1898. Diependaal: „Emma was erg plichtsgetrouw. Zij cijferde zichzelf weg voor het belang van haar echtgenoot, van haar dochter en van de Oranjedynastie. Ze was een intelligente en sociaal competente vrouw. Zij was niet zozeer een intellectueel, als wel een dame met gezond verstand die niet over zich liet lopen.”
Invloed
Koningin Emma betekende veel voor koning Willem III, blijkt uit het dikke boek van Diependaal. „Haar kamerheer jhr. mr. Binnert Philip de Beaufort schreef daarover: „Toen zij zich in het huwelijk begaf met den koning was men in Nederland over de zaak zeer tevreden, maar dacht men niet zeer hoog van haar. Een jonge prinses, die zich liet vinden voor een verbintenis met een bejaard vorst, met het verleden van Willem III, handelde alleen –zo dacht men destijds– uit begeerte naar de titel van koningin. Gedurende haar huwelijk hield zij zich zeer op den achtergrond, maar men merkte toch spoedig dat zij geen verkeerde invloed uitoefende op den koning.””
Vooral de laatste jaren van haar huwelijk vroegen veel van Emma’s incasseringsvermogen. De koning leed aan een nierziekte die zorgde voor veel pijn en psychoses. Alles werd afgereageerd op mensen in zijn nabijheid. „Emma trok subtiel de lijnen naar zich toe zonder haar echtgenoot te bruuskeren.”
Hoe was koningin Emma als regentes?
„Ze handelde vooral pragmatisch. Ze koos ervoor in de lijn van haar man verder te gaan en zette op tactische wijze de zeilen bij als dat in het belang van haar dochter was.
Emma probeerde zo veel mogelijk ”Nederlands” te zijn, maar begreep de Nederlandse politieke en sociale verhoudingen onvoldoende. Ze was echter leergierig en probeerde goede adviseurs te vinden om zich uit netelige kwesties te redden.
Koningin Emma hield de grondwettelijke beperkingen goed in de gaten. Zij was streng constitutioneel.”
De vorstin deed veel moeite om boven de partijen te blijven staan, zegt de Voorburgse historica. „Dat is de kracht van Emma geweest. Willem III probeerde bovenpartijdig te zijn, maar was op kritieke momenten soms participant. Voor Wilhelmina geldt gedeeltelijk hetzelfde. Dat was een rol die Emma nooit had kunnen spelen bij gebrek aan ervarenheid en vanwege haar ondergeschikte positie als regentes. Het is ook de vraag of zij een dergelijke rol geambieerd zou hebben.”
U beschrijft Emma als een relatief eenzame persoon, zowel nationaal als internationaal.
„Zij had –anders dan haar voorgangster, koningin Sophie– geen uitgangspositie om op internationaal niveau een goede rol te kunnen spelen. Waldeck en Pyrmont, waar Emma vandaan kwam, waren twee kleine Duitse vorstendommen die geïsoleerd lagen. Ze hadden een grote schuldenlast en werden bovendien in de praktijk geregeerd vanuit het keizerlijk Berlijn. Sophie was daarentegen een koningsdochter van een belangrijke Duitse staat geweest en was door haar vader voorbereid voor een politiek getinte rol.
Ook in de Nederlandse verhoudingen was Emma eenzaam. In de ogen van de Nederlandse elite bleef zij de wat boerse prinses die niet helemaal serieus werd genomen. Ze had niet de koninklijke uitstraling van haar voorgangers.
Ook haar latere rechterhand De Ranitz en hofdame Henriëtte van de Poll, mensen uit de inner circle van Willem III en Emma, schreven aan familieleden dat Emma zich „te weinig koninklijk” gedroeg. Er was ook kritiek vanuit de (hof)adel op Emma, omdat zij zich afsloot van het societyleven.”
Koningin Wilhelmina omschrijft haar moeder in haar memoires ”Eenzaam maar niet alleen” als een zeer gelovige vrouw. Wat bent u op dat punt tegengekomen?
„Er is een verschil tussen Emma’s private opvattingen en haar rol als regentes. Als regentes stond zij in de traditie van de Oranjes: staan voor godsdienstvrijheid en vrijheid voor alle kerkgemeenschappen. In de bezoeken in het land kwam dit sterk tot uiting. Zo waren er tijdens de bezoeken audiënties voor afgevaardigden van uiteenlopende geloofsgemeenschappen.
Persoonlijk was Emma piëtistisch. Zij hield dit echter zo veel mogelijk gescheiden van haar rol als koningin-echtgenote en koningin-regentes.
De piëtistische instelling gaf haar wel de inspiratie om haar werk te doen zoals zij dat beoogde. In brieven aan vertrouwelingen klinkt steeds weer haar vertrouwen op God door. Zij wilde verder graag dienen en deed dit met veel plichtsbesef. Dat is waarschijnlijk ook de reden waarom zij trouwde met de veel oudere Willem III en bereid was haar eigen geluk op te offeren voor de Oranjedynastie en het algemeen belang van haar nieuwe land.
In de opvoeding van Wilhelmina speelde het geloof ook een grote rol. Wilhelmina’s opleiding hield Emma gescheiden van haar eigen religieuze opvattingen. Emma las Wilhelmina voor uit de Bijbel. De catechisatie liet zij over aan een hofpredikant.
Aardig is om te melden wat hofdame Henriëtte van de Poll in een brief aan haar ouders schreef. Koningin Emma zocht een nieuwe gouvernante. Van de Poll schreef dat de koningin wilde dat de aspirant-gouvernante niet te streng was in haar religieuze opvattingen.”
Wat is haar invloed op koningin Wilhelmina geweest?
„Die was bijzonder groot. Zoals koningin Wilhelmina later zelf in haar memoires omschreef: als kind was ze „eenzaam maar niet alleen” opgegroeid. Emotioneel was zij sterk afhankelijk van haar moeder en haar gouvernantes. Met leeftijdsgenoten had zij geen omgang. In politiek opzicht had zij alleen haar moeder als voorbeeld.”
Koningin Máxima zal regentes worden mocht koning Willem-Alexander overlijden of niet in staat zijn te reageren en prinses Amalia geen achttien is. Welke lessen kan koningin Máxima uit Emma’s geschiedenis trekken?
„Laten we hopen dat het niet zover komt. De uitgangsposities van de twee koninginnen is ook heel verschillend. Emma werd benoemd tot toekomstig regentes op het moment dat vrijwel zeker was dat Willem III zou overlijden.
In het geval van Máxima gaat het om een juridische procedurekwestie. Het is een noodvoorziening, terwijl koning Willem-Alexander gezond is. De kans dat Máxima regentes wordt, is klein.
Welke lessen koningin Máxima toch uit het verleden kan trekken? Emma was succesvol omdat zij een nuchtere, pragmatische vrouw was die situatiegericht handelde. Máxima lijkt deze positieve eigenschappen ook te bezitten.
Er is ook een groot verschil. Emma trad als onervarene aan als regentes. Zij had te maken met een vrijwel leeggelopen hofhouding, terwijl de politici het kabinet des konings probeerden te ontmantelen. Máxima kreeg meteen goede adviseurs en een training in de praktijk. Zij is nu als koningin-echtgenote al beter voorbereid dan Emma in 1890.
Verder zijn Emma en Máxima allebei van buitenlandse komaf. Voor Emma bleek dit een succesfactor te zijn: ze bleef toeschouwer en wist goede adviseurs naar zich toe trekken om haar te souffleren. Voor Máxima is zij daarom een uitstekend voorbeeld. Al valt en staat alles waarschijnlijk met haar eigen inschattingsvermogen, haar intelligentie in de zin van een gezond verstand en haar keuze van adviseurs.”
”Emma. Hoedster van Wilhelmina’s erfenis”, Irène Diependaal; uitg. Hereditas Historiae, 2013; ISBN 978 94 91683 05 3; 440 blz.; € 25,- (na 1 januari € 30,-).
Lees ook:
Historica Diependaal: Koningin Emma handelde vooral pragmatisch
1858-1934
1858 – Emma in het Duitse Bad Arolsen geboren als dochter van George Victor, vorst van Waldeck en Pyrmont, en Helena, prinses van Nassau-Weilburg.
1877 – Koningin Sophie, eerste vrouw van koning Willem III, overlijdt.
1878 – Verloving Emma met koning Willem III.
1879 – Huwelijksdag in Bad Arolsen. Willems oudste zoon uit zijn eerste huwelijk, prins Willem, sterft op 38-jarige leeftijd.
1880 – Geboorte van dochter Wilhelmina op 31 augustus.
1884 – Prins Alexander, de jongste zoon uit het eerste huwelijk van Willem III, overlijdt op 32-jarige leeftijd. De minderjarige Wilhelmina is nu de eerste troonopvolgster.
1890 – Emma wordt regentes vanwege de zwakke gezondheid van koning Willem III. Drie dagen later, op 23 november, overlijdt hij. Wilhelmina wordt koningin. Op 8 december volgt Emma’s beëdiging als regentes voor Wilhelmina.
1891 – Reeks bezoeken aan provincies, tot 1896.
1896 – Eerstesteenlegging voor het gebouw van het Koninklijk Huisarchief in Den Haag.
1898 – Wilhelmina wordt koningin. Emma is 40.
1901 – Huwelijk van Wilhelmina met prins Hendrik.
1909 – Geboorte van kleindochter Juliana.
1929 – Feestelijkheden omdat koningin Emma vijftig jaar in Nederland is.
1934 – Koningin Emma sterft op 20 maart op 75-jarige leeftijd aan een longontsteking.
Emma stichtte Koninklijk Huisarchief
Koningin Emma legde in 1896 de eerste steen voor het gebouw van het Koninklijk Huisarchief (KHA) in de tuin van Paleis Noordeinde in Den Haag. Er ging een lange weg aan de totstandkoming vooraf, laat Diependaal in haar proefschrift zien. Emma liet een gebouw bouwen dat het voorname en eeuwenoude karakter van de Oranjedynastie kon symboliseren.
Onder koning Willem III waren het Koninklijk Huisarchief en de museale bezittingen in verloedering geraakt, zegt Diependaal. „Bovendien waren in korte tijd verschillende leden van de Oranjedynastie overleden: koningin Sophie, kroonprins Willem, prins Alexander en uiteindelijk Willem III. Alle privéstukken, boeken en objecten van museale waarde lagen verspreid over verschillende woonhuizen en paleizen. Vaak verkeerden ze in erbarmelijke staat.”
Koningin Emma wilde daar verandering in brengen. „Zij wilde een vorstelijke bibliotheek stichten waarin plaats was voor zowel boeken –fraai ingebonden boeken die een ornamentele waarde hadden– en museale voorwerpen als miniaturencollecties. Internationaal was dit gebruikelijk in vorstelijke bibliotheken. Nederland had zoiets niet.”
Emma kreeg veel tegenstand van de Raad van Voogdij, een adviescollege van eminente politici die haar moest bijstaan in huishoudelijke zaken en de opvoeding van Wilhelmina. „De Raad van Voogdij was tegen een vorstelijke bibliotheek, maar vóór goede huisvestiging van de archieven en kostbaarheden van de Oranjes. Emma greep daarom haar kans en liet –gedeeltelijk buiten het zicht van de raad– een gebouw verrijzen dat archief, bibliotheek en privémuseum in één was.”
Het gebouw is niet alleen een archief, „maar het is ook een ode aan de ‘roemrijke’ voorvaderen in wier voetsporen Wilhelmina moest gaan treden. Via bustes in het trappenhuis zijn ze aanwezig. Gebrandschilderde ramen tonen de stamsloten van de dynastie: de Dillenburg en Dietz. In het museum is de missie van Wilhelmina met veel symboliek tot leven geroepen in drie gebrandschilderde ramen met de tekst: ”God is mijn kracht”, ”Regeeren is vooruitzien” en ”Waakt, op God vertrouwende”.
Het Koninklijk Huisarchief symboliseert zo de missie van Emma: haar dochter zodanig opleiden dat zij in traditie van de Oranjedynastie kon gaan regeren. Zij moest een waardig lid van de roemrijke dynastie zijn en als koningin van Nederland het algemeen belang van Nederland gaan dienen.”