Buitenland

De droom over het nieuwe, christelijke Armenië

Het enige dat subtiel zijn kerkelijke achtergrond verraadt, is zijn paarse overhemd. Abraham Mkrtchyan uit Armenië is bisschop van een van de oudste christelijke kerken ter wereld, de Armeense Apostolische Kerk. Hij schudt nog even zijn hoofd over zijn landgenoten die hij in het asielzoekerscentrum in de Nederlandse polder sprak. Ze hebben het vaderland verlaten op zoek naar een betere toekomst. Zijn lach verraadt dat ook hij een droom heeft. Die over een nieuw, christelijk Armenië.

Marie van Beijnum
27 November 2003 12:05Gewijzigd op 14 November 2020 00:45
ALMERE - De Armeense bisschop Abraham Mkrtchyan op bezoek in Nederland. - Foto RD, Anton Dommerholt
ALMERE - De Armeense bisschop Abraham Mkrtchyan op bezoek in Nederland. - Foto RD, Anton Dommerholt

Zo’n vijftien jaar geleden begon bisschop Abraham Mkrtchyan met zijn eerste sociale project: soepkeukens voor de armen. De oud-journalist studeerde in die tijd aan het seminarie en is inmiddels een van de acht bisschoppen die Armenië telt. Abraham Mkrtchyan (42) is een ware volksheld geworden van het zuidelijke Armeense diocees.

Zijn sociale bewogenheid is groot en de kerk is voor hem een instrument dat al meer dan 1000 jaar haar waarde heeft bewezen om mensen te helpen. „Als de kerk zich opsluit, zal ze uiteindelijk iedereen verliezen. Dat moeten we voorkomen, we moeten bij de mensen zijn, naar ze toegaan”, luidt zijn motto.

En dus gaat Abraham op pad. Naar armen, wezen en vluchtelingen die het met name sinds de aardbeving van 1988 en de val van het communisme in 1989 van de kerk verwachten. Intussen heeft hij een wijdvertakt netwerk opgebouwd, ook met ngo’s in het Westen, waaronder de protestants christelijke ontwikkelingsorganisatie ICCO. Want van het Westen kan Armenië nog veel leren, vindt hij. Democratie bijvoorbeeld. Om de gestage uittocht van Armeniërs een halt toe te roepen, riep de bisschop Social Service Centers in het leven. Dat biedt jongeren een kans in het land een vak te leren en aan de slag te gaan.

„Armeniërs zijn trots op hun land. Ruim 99 procent van hun bevolking is christelijk”, zegt de bisschop. Dit christendom gaat terug naar de vierde eeuw. Hij laat de afbeelding van een kruis zien op een stenen hanger. „Het is een Armeens kruis, zo heel eigen en bijzonder en weer anders dan dat van de oosters-orthodoxe kerken.”

Er waren periodes van autonomie, maar ook hebben verschillende rijken de Armeniërs overheerst, zoals Romeinen, Byzantijnen, Arabieren, Perzen en Ottomanen. In 1828 walsten de Russen binnen en in 1920 begon de Sovjetbezetting. Anno 2003 wonen 3 miljoen Armeniërs in het land zelf, 4 miljoen erbuiten. Een niet te vergeten drama is de Turkse volkerenmoord op de Armeniërs tussen 1894 en 1917.

Deze tragedie vormden de Armeniërs tot wat ze nu zijn, zegt de bisschop. „Vriendelijk en gastvrij, geduldig dankzij de christelijke traditie en de geschiedenis, noeste werkers. In tijden dat ze niet in een kerk hun geloof konden belijden en ze werden vervolgd, maakten ze kruisen waarbij ze hun gebeden deden en hun kaarsen brandden.”

De aandacht van de bisschop gaat vooral uit naar jonge mensen, „want zij vormen het toekomstige Armenië.” Zijn gezicht begint te stralen. „Ik heb 500 weeskinderen geadopteerd.” Hoewel Abraham Mkrtchyan tientallen programma’s opzette, van waterkrachtcentrales tot studentenorganisaties en zondagsscholen, is zijn zomerkamp voor weeskinderen hem het meest op het hart gebonden. Bij hen ligt zijn grote ideaal. „Hier kunnen 500 wezen tussen de 7 en de 15 jaar genieten van een onbezorgde vakantie. Is het niet fantastisch?”

Hij merkt op dat er in Europa te weinig persoonlijk contact is. „Het leven verloopt via afspraken. Niemand heeft nog tijd voor de ander. En dat terwijl je zo veel van elkaar kunt leren.”

De aardbeving van 1988, de oorlog met Azerbeidzjan om de Armeense enclave Nagorno-Karabach en de val van het communisme in 1989 trokken diepe sporen in Armenië. „We zijn blij dat het communisme in 1989 ten val kwam en dat we nu vrij en onafhankelijk zijn”, zegt hij. „Maar het land is veranderd in een puinhoop. De grootste problemen zijn het tekort aan werkgelegenheid, de sociale ellende, de nasleep van de oorlog en de vluchtelingen. We werken aan een democratisch Armenië en we realiseren ons dat we een lange weg hebben te gaan. Het gaat er eerst om de mentaliteit van ons volk te veranderen. Dat is na zeventig jaar communisme, materialisme en al die andere ”ismen” heel moeilijk.”

De bisschop vertelt dat Nagorno-Karabach nu een nagenoeg zelfstandig bestaan leidt en via een corridor met Armenië is verbonden. Hij wijst erop dat Armenië een christelijk eiland is te midden van islamitische landen. „Zelfs het zuiden van Georgië, dat aan Armenië grenst, is islamitisch.”

De turbulente toestanden in het buurland Georgië baren hem zorgen. „De verwachtingen van de mensen daar zijn nu zo hooggespannen. Men hoopt dat oppositieleider Saakasjvili het land volgend jaar snel uit het slop zal kunnen trekken. Maar we moeten niet vergeten dat de controle van de overheid over het sociale en economische leven al lang beperkt is en dat deze deels in handen ligt van de maffia. Geen enkele presidentskandidaat kan om deze georganiseerde criminele netwerken heen omdat zij zo sterk zijn.”

In het voorjaar waren er parlementsverkiezingen in Armenië. De grootste regeringspartij, de Republikeinse Partij, won. Internationale waarnemers constateerden fraude. „Je moet het zo zien: elke verkiezingen gaan we iets vooruit. Eerst hadden we gesloten stemdozen, nu transparante. En er zijn waarnemers uit Europa gekomen. Dat is op zich al een verbetering.”

Zijn droom stuwt de bisschop voort. „Ik wil graag dat mijn volk weer trots kan zijn op zijn rijkdom en cultuur met dat zo heel eigen christelijke karakter. Dat mijn land een economisch welvarende staat wordt, met een levendig intellectueel klimaat, waar de mensen gelukkig kunnen zijn.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer