Dat zegt bestuurder Wim Littooij van de school waarvoor de nieuwe Stichting Islamitisch Voortgezet Onderwijs Rotterdam (SIVOR) is opgericht. De leerlingen en hun ouders probeerden dinsdag in twee kort gedingen toch op de nieuwe school te worden toegelaten. In de eerste zaak draait het om één van de verdachten in de eindexamenfraudezaak, Sahila. Zij wil met haar twee broers op de nieuwe school worden toegelaten.

Littooij wil dat niet omdat de kinderen uit dat gezin het risico lopen door mede-leerlingen te worden gepest. Dat is al gebeurd na de diefstal. „Zij worden door de andere leerlingen gezien als één van de aanstichters van de ellende die rond Ibn Ghaldoun is ontstaan.” Bovendien wordt het meisje verdacht van het handelen in eindexamens en is haar zus één van de hoofdverdachten.

Voor haar en haar twee broers was inmiddels onderdak gevonden op scholengemeenschap Thorbecke. „Daar waren de ouders zo blij mee dat ze die school zelfs bloemen en een doos chocola stuurden, maar hun advocate verweerde zich toch tegen ons besluit.” De rechter doet binnenkort uitspraak.

In de tweede zaak worden leerlingen geweigerd omdat ze zich samen met de ouders agressief en dreigend hebben verzet tegen de nieuwe school. Ook Littooij werd door verschillende ouders dreigend benaderd. Ouders die hun leerlingen op de nieuwe school inschreven, voelden zich geïntimideerd door deze actiegroep.

Littooij zegt de leerlingen pas te willen opnemen als de ouders met een handtekening de grondslag van de school erkennen en zich niet meer verzetten. „Maar daar willen ze geen handtekening voor zetten. Ik wil leerlingen waarvan de ouders zich in de school kunnen vinden, zodat wij in de opvoeding van de kinderen samen met de ouders staan.”