Protestanten herontdekken oude deugdenleer
DRIEBERGEN. Het nadenken over de deugden en het in praktijk brengen van de deugd is terug van weggeweest in de protestantse traditie.
Prof. dr. G. van den Brink signaleerde zaterdag –op de Verdiepingsconferentie 25+, georganiseerd vanuit de Bond van hervormde mannen- en vrouwenverenigingen– dat jongvolwassenen handvatten willen krijgen, om het geloof in alle concreetheid handen en voeten te geven.
Het spreken over deugden is in protestantse kring zeldzaam – een erfenis van de Reformatie, die zich afzette tegen werkheiligheid. Maar blijkbaar is er in de geseculariseerde omgeving waarin christenen vandaag leven behoefte aan hernieuwde bezinning op de deugden.
In zijn lezing tekende de hoogleraar dogmatiek aan de Vrije Universiteit de historische achtergrond van de deugdenleer, die wortels heeft in de Griekse filosofie en verder uitwerkt is door middeleeuwse theologen als Thomas van Aquino. In het latere rooms-katholicisme kwam de vroomheid van de mens in het middelpunt te staan, met op de achtergrond de angst voor het oordeel Gods. Uit reactie daarop zijn Luther en Calvijn, en ook de Heidelbergse Catechismus, spaarzaam in het behandelen van de deugden.
Tegenwoordig komt ook in de protestantse traditie de aandacht voor de algemene deugden –rechtvaardigheid, verstandigheid, matigheid en moed– terug. Volgens prof. Van den Brink blijft de visie van Augustinus daarop actueel. De kerkvader beschouwde de vier algemene deugden alleen positief wanneer die ingekaderd waren in de drie christelijke deugden van geloof, hoop en liefde.
De hoogleraar pleitte voor een doordenking van de deugden vanuit de bron van het geloof en in het kader van de liefde zoals in 1 Korinthe 13 gebeurt. Vanuit christelijk oogpunt is de wijsheid meer dan veel kennis of een hoog IQ. In onze ingewikkelde samenleving kan een christen voor grote ethische dilemma’s komen, bijvoorbeeld bij de aanschaf van kleding en voedsel. Soberheid en duurzaamheid zijn deugden die christelijk ingevuld dienen te worden.
In diverse workshops werd het thema praktisch toegespitst. Zo hield ir. Jan Lock, directeur van de hulporganisatie Woord en Daad, een workshop over ”Rechtvaardige® wereld”. Hij daagde de aanwezigen uit hun eerste associaties uit te spreken bij termen als ”rechtvaardigheid”, ”rijkdom” en ”armoede”, waarop hij vertelde hoe hij vanuit de Bijbel en zijn ervaring naar deze begrippen keek. Niet rijkdom of armoede op zichzelf is in de Bijbel het primaire probleem, maar scheve verhoudingen en onmenselijke situaties. Mensen die uit zijn op rijkdom en macht creëren onrechtvaardige verhoudingen, met verkwisting en verdeeldheid als gevolg. Lock riep op tot concrete voorstellen en oplossingen van het armoedeprobleem.