Marokkanen, waar ging het mis?
Diverse wijken in de stad en op het platteland zuchten onder overlast, bedreiging en geweld door jonge Marokkanen. Overheden en deskundigen bijten zich de tanden stuk op de problematiek. Tot nu toe zonder klinkende resultaten.
Zware wapens gebruiken ze, de Marokkaanse criminelen die in december 2012 in Amsterdam twee jonge landgenoten vermoorden. Een criminoloog merkt na de uiterst gewelddadige actie op dat schieten voor jonge Marokkanen iets gewoons is geworden. „Ze zijn met geweld opgegroeid.”
In de Haarlemse Schalkwijk drijven criminele Marokkaanse jongeren burgemeester Schneiders tot wanhoop. Na enkele recente geweldsincidenten in zijn stad, waarvan er overigens één op een valse aangifte berustte, spreekt Schneiders ferme taal in de lokale pers: „In het afgelopen jaar is fors geïnvesteerd in de aanpak van de top 25 van criminele jongeren van Marokkaanse afkomst. Met 21 gaat het goed, maar 4 rotjongens blijven het verpesten voor de rest. Die slaan de uitgestoken hand af. Daarom moeten wij maar eens hard afstand van deze knapen nemen.”
Niet alleen de grotere steden kampen met overlast door Marokkanen. Op kleinere schaal, maar niet minder ernstig, zorgen ze net zo goed voor problemen. Ze worden bewoners van een protestants-christelijke serviceflat in Leerdam al jaren geteisterd door een groep jongeren van Marokkaanse komaf. Ruiten van auto’s moeten het ontgelden, stenen worden uit de straat gesloopt en de relschoppers kussen de eigen vlag onder de uitroep ”Wij haten Hollanders”.
Op sociale media spelen criminele Marokkaanse jongeren niet zelden de vermoorde onschuld. Hun reacties komen erop neer dat het met hun criminaliteit best meevalt en dat iedereen altijd onterecht met het vingertje naar hen wijst.
Generaliseren is inderdaad gevaarlijk, want er zijn ook voorbeelden te geven van Marokkaanse jongens en meisjes die keurig naar school gaan, een goede baan vinden en hun plekje in de samenleving innemen. De cijfers liegen echter niet. Marokkaanse jongeren werden in 2011 en 2012 ruim vijf keer zo vaak verdacht van misdrijven als diefstal en inbraak als hun autochtone leeftijdsgenoten. Als het gaat om geweldsmisdrijven scoren Marokkanen bijna zes keer zo hoog.
Weggemoffeld
Is het inderdaad zo dat we een Marokkanenprobleem in ons land hebben, zoals PVV-leider Wilders bij herhaling beweert? De Amsterdamse hoogleraar David Pinto, Marokkaanse Jood, beantwoordt die vraag met een volmondig ja. „Het beestje wordt veel te weinig bij de naam genoemd, onder de tafel geschoven, weggemoffeld. De meeste politici, bestuurders en deskundigen steken willens en wetens hun kop in het zand. Ze zijn bang om voor racist uitgemaakt te worden, willen politiek correct zijn of ze zijn gewoon dom. Overigens doet de Marokkanenproblematiek zich niet alleen in ons land voor, maar overal in de wereld waar deze bevolkingsgroep is neergestreken.”
Pinto voelt zich een roepende in de woestijn. „Al vanaf 1988 proclameer ik dat Nederland de Marokkanenproblematiek niet op de goede manier aanpakt. Er worden stoere beleidsplannen geschreven, projecten gestart en miljoenen euro’s geïnvesteerd. Toch is er nauwelijks verbetering zichtbaar in de criminaliteitscijfers van Marokkaanse jongeren.”
Wilders, zo stelt de Amsterdamse hoogleraar, is de enige die de moed heeft om het probleem van de criminaliteit onder de Marokkaanse Nederlanders te benoemen. „Hij signaleert het probleem feilloos, maar kiest de verkeerde oplossing door de islam te willen uitbannen. De islam heeft niets te maken met de Marokkanenproblematiek. Omdat Wilders onterecht de islam verbindt met criminaliteit, nemen politici van gevestigde partijen zijn terechte signalering van het probleem niet serieus. Ze gooien het kind met het badwater weg. Er is onder politici een soort consensus om de PVV-leider te mijden, omdat hij dingen zegt over de islam die hun niet aanstaan.”
De toenemende populariteit van Wilders in de peilingen laat volgens Pinto niet slechts zien dat de burger de buik vol heeft van de gevolgde koers om de economische crisis te lijf te gaan. „De samenleving is ook klaar met de softe aanpak van allochtonen en de geldverslindende energie die in allerlei bevolkingsgroepen wordt gestoken. Sinds de jaren negentig roep ik al dat de overheid moet ophouden met de betutteling en het voortrekken van migranten en minderheden. Het gevaar is anders groot dat de samenleving dat op een gegeven moment niet meer pikt.”
Brutaliteit versus beleefdheid
Als de overheid blijkbaar geen zicht heeft op de oorzaak van het Marokkanenprobleem, wat is volgens Pinto dán de oorzaak van de hoge criminaliteitscijfers onder jonge Marokkaanse Nederlanders? „Gezin, school en samenleving liggen onder de Marokkaanse jeugd het verst uit elkaar van alle allochtone bevolkingsgroepen. Thuis onderwerpen de Marokkaanse kinderen zich volledig aan het gezag van vooral de vader. Er is geen discussie. Vader bepaalt. Voor eigen inbreng en kritiek is geen plaats.”
Daarnaast is er volgens Pinto een sterke scheiding tussen de groep familieleden en vrienden, en de buitenwacht. Familie en vrienden behoor je te vertrouwen. Mensen buiten die kring per definitie niet, tot het tegendeel blijkt. Bovendien moeten Marokkaanse leerlingen zien en leren wat de verschillen zijn tussen gebruiken thuis en op school. Thuis is het een teken van brutaliteit als een Marokkaanse jongere zijn vader aankijkt. Op school is het aankijken van de docent juist een vorm van beleefdheid. Daarom is het belangrijk dat ook docenten leren welke cultuurverschillen er zijn.”
Als de Marokkaanse jongere thuis zo gedrild wordt, waarom gaat het dan op straat mis? „Marokkaanse jongeren die herrie schoppen op straat worden veel te soft aangepakt”, aldus de in Marokko opgegroeide Pinto. „Een Nederlandse agent in ons land is geen politieman, maar welzijnswerker. Hij moet aaien en lief doen, maar dat werkt niet. In Israël zeggen ze over ons land dat we naïeve sukkels zijn. Het gaat erom dat Nederland zijn eigen waarden en normen bewaakt. Als je in Israël te maken krijgt met de politie, dan ben je écht de sigaar. En in Marokko hoeft er maar een agent naar iemand te wijzen, of die persoon staat te bibberen op zijn voeten.”
Recent sprak Pinto met een Marokkaanse jongere die was opgepakt vanwege diefstal uit een supermarkt in Amsterdam. „Hij vertelde me dat hij met veel machtsvertoon geboeid werd afgevoerd door agenten. Op het bureau werd hij in een stoel gezet. Het eerste wat de agent vroeg was: „Wil je koffie?””
Repressie
Streng straffen is geen probleem, mits het samengaat met zorg, waarschuwt Imad Moukaddim, criminoloog en medewerker jeugdreclassering. „De kern van het probleem bij veel delinquente Marokkaanse jongeren is de opvoedingsstijl die thuis wordt gehanteerd. Als die niet verandert, blijft het dweilen met de kraan open. Een jongere die je harder straft, keert ooit weer terug in de maatschappij. Alleen maar strenger straffen leidt tot meer recidive.”
De opvoedingsstijl in sommige Marokkaanse gezinnen is te weinig aangepast aan de Nederlandse maatstaven, meent Moukaddim. „De kloof tussen dat wat kinderen thuis meekrijgen en de bagage die ze nodig hebben in de Nederlandse maatschappij om op een normale wijze school te doorlopen en een diploma te halen, is te groot.”
Moukaddim juicht het daarom toe dat het kabinet begin deze maand het wetsvoorstel maatregel terbeschikkingstelling aan het onderwijs (tbo) naar diverse instanties heeft gestuurd. Kern daarvan is dat delinquente jongeren verplicht onderwijs dienen te volgen. Houden ze zich niet aan de regels, dan volgt een vervangende straf. „De regeling zorgt ervoor dat de jongeren pas van de maatregel afkomen als ze een getuigschrift van het praktijkonderwijs of een startkwalificatie mbo, havo of vwo op zak hebben. Jongeren hebben een diploma nodig om werk en toekomstperspectief te krijgen.”
Brug slaan
Het beste voorbeeld daarvan is ongetwijfeld Moukaddim zelf. De jonge reclasseringsmedewerker heeft zijn plek in de samenleving te danken aan zijn vader, is zijn stellige overtuiging. „Mijn vader was zeer betrokken op de Nederlandse samenleving. Hij woonde in de jaren zestig als gastarbeider bij een Nederlands gezin in en leerde het normen-en-waardenpatroon kennen dat hij later weer aan zijn eigen kinderen doorgaf. Mijn vader is erin geslaagd een brug te slaan tussen twee culturen.”
De houding van Moukaddim senior dwong respect af bij zijn zoon. „Ooit kreeg ik een Halt-straf. Tegenover mijn ouders voelde ik me ellendig. Ik wilde hen niet teleurstellen, omdat ik immers was grootgebracht in een gezin met liefde, warmte, begrenzing en beloning. Bij veel delinquente Marokkaanse jongeren zijn deze aspecten in de opvoeding niet in balans.”
Van liefhebben tot lik op stuk geven
Resocialisatie, het leger als tuchtschool, internaten, Marokkaanse buurtvaders, samenscholingsverboden, tijdelijk terug naar Marokko, snelrecht, cameratoezicht, avondklokken: allerlei probeersels zijn de achterliggende jaren op rellende Marokkaanse jongeren losgelaten. Maar het ei van Columbus is nooit gevonden.
Vreemd is het niet dat de oplossingen voor de „Marokkanenproblematiek” erg van elkaar verschillen: de meningen over de oorzaken zijn niet eenduidig. Ligt het probleemgedrag aan de islam? Aan de Marokkaanse cultuur? Aan de Nederlandse straatmentaliteit? Aan nog andere factoren? Eenduidige antwoorden zijn er niet; eenduidige oplossingen dus ook niet. Een verkenning van wat er zoal mogelijk is, van soft naar hard.
Geduld hebben
De ontsporing van jonge Marokkanen is niet leuk, maar het is tijdelijk en hoort erbij in het integratieproces. De huidige problemen geven aan dat Marokkanen zich ontworstelen aan hun culturele achtergrond, en dat is een teken van aanpassing. Het wordt wel de integratieparadox genoemd: omdat je zo snel integreert, wil je graag meedoen, maar omdat je het geld niet hebt, pleeg je vermogensdelicten. Dat is uiterst vervelend, maar het goede nieuws is: het gaat vanzelf een keer over. Wanneer precies, wordt er meestal niet bij gezegd.
Liefde geven
Alleen positieve benadering maakt verbinding met de ander mogelijk, zeggen deskundigen die op de sociale kant hameren. Treed dus in contact met probleemjongens, en het probleem zal verminderen. Christenen moeten zo’n houding zéker op waarde schatten en Marokkanen de liefde van Christus laten zien, zegt bijvoorbeeld dr. Matthew Kaemingk, een Amerikaanse theoloog die vorige maand in Nederland promoveerde op Nederlanders en hun omgang met moslims. „Ik constateer dat Jezus mensen opzoekt die uitgekotst worden in de maatschappij. Toen waren dat de Samaritanen, hier zijn dat de Turken en de Marokkanen”, aldus Kaemingk in deze krant. „Waarom stap je niet op die mensen af? Als je echt calvinist bent, heb je niets op hen voor.”
Werken aan de drie w’s
D66-raadslid Leitner uit Haarlem zal de volgende keer eerst nadenken voordat ze haar oplossing ten beste geeft. Ze kreeg vorige week bakken hoon over zich uitgestort. Toch is haar oplossing al veel vaker genoemd. „Misschien moet je deze Marokkanen juist een woning, een wijf en werk geven”, zei ze. Dat zijn, een beetje plat, de drie w’s die jongeren op het rechte spoor kunnen brengen. Het probleem is vaak: als jongeren écht niet willen, zullen een diploma en daarmee de kans op werk er niet komen.
De opvoeding versterken
Een oplossing kan zijn om jongens in de gevarenzone te begeleiden vóórdat ze voor het eerst op het criminele pad gaan. Dat betekent investeren in jongens van 10 jaar, of zelfs jonger. Zonder hun ouders is dat lastig. Deel van de aanpak kan daarom zijn om bestuurders toe te staan in te grijpen achter de voordeur. Probleemjongeren kunnen dan tijdig uit het gezin worden geplukt om een „heropvoeding” te krijgen. Ook het gedwongen accepteren van hulp kan een optie zijn. Van oudsher is Nederland echter zeer terughoudend met deze optie.
Lik op stuk geven
Oog om oog, tand om tand. Dat is de oplossing van PVV-leider Wilders, die er onder meer voor pleitte om Marokkaanse voetbalhooligans „een knieschot” te geven. Ook vele anderen pleiten voor een hardere aanpak van Marokkaanse relschoppers. Een heel scala aan maatregelen, zoals snelrecht, cameratoezicht en avondklokken, is hieronder te scharen. De nadelen ervan zijn dat het meestal ingrepen aan de achterkant betreffen: de jongeren bevinden zich dan al op het verkeerde pad.
Terugsturen naar Marokko
De optie van terugsturen klinkt niet alleen onder hardliners, maar ook onder Marokkanen zelf. De harde aanpak die een crimineel in Marokko te wachten staat, zou hem direct genezen. Maar wettelijk is het moeilijk om Marokkanen anders aan te pakken dan andere criminelen.
De islam verbieden
Het ligt allemaal aan de islam, is een geluid dat nog altijd klinkt. Toch is dat moeilijk vol te houden, omdat bijvoorbeeld Turkse jongeren zich veel minder onderscheiden op crimineel gebied, en veelal christelijke jongeren van de Antillen juist weer wel. Bovendien is het juist de Koran die diefstal en struikroverij ongenadig bestraft. Welke problemen een –totaal onrealistisch– verbod op de islam ook zou oplossen, het probleem van de criminaliteit onder jonge Marokkanen in elk geval niet.
Lees in Digibron:
Geteisterd worden door nieuwkomers, Reformatorisch Dagblad (05-10-2013)
Marokkaanse gemeenschap luidt noodklok, Reformatorisch Dagblad (04-07-2013)
Zoeken naar het wondermiddel, Reformatorisch Dagblad (04 -10-2008)
Marokkaanse prinsjes in de goot, Reformatorisch Dagblad, (14-04-2007)