Huwelijkstrouw
zondag 41
Heidelbergse Catechismus,
De waarheid van dit gebod bewijst de apostel Paulus duidelijk: „Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, Die in u is, Dien gij van God hebt, en dat gij van uzelf niet zijt? Want gij zijt duur gekocht” (1 Korinthe 6:19). Want de apostel bedoelt daarmee dat de gelovige lidmaten de Heilige Geest toebehoren, en dat zij niet alleen naar de ziel, maar ook naar het lichaam door Christus verlost en gekocht zijn, en dat zij daarom God moeten eren, zowel met het lichaam als met de geest. Daaruit wordt dan de conclusie getrokken dat men niet alleen het lichaam, maar ook de ziel in reinheid bezitten moet; en dat dus niet alleen overspel en andere soortgelijke bedreven vuiligheden in dit gebod verboden worden, maar ook alle uiterlijke en innerlijke dingen die ons tot de vuile vleselijke lusten opwekken en die voortbrengen.
Christus Zelf leert bij de verklaring van dit gebod: „Maar Ik zeg u, dat zo wie een vrouw aanziet om dezelve te begeren, die heeft alrede overspel in zijn hart met haar gedaan” (Mattheüs 5:28).
Zacharias Ursinus,
hoogleraar in Heidelberg
(”Schatboek Heidelbergse Catechismus”, 1657)
De Heidelbergse Catechismus bestaat 450 jaar. De meditatie komt iedere zaterdag uit het ”Schatboek”, een verklaring van de catechismus.