Nieuw Oecumenisch Leesrooster: veelzijdige omgang met de Bijbel
AMERSFOORT. In Amersfoort is vanmiddag het Oecumenisch Leesrooster 2013-2022 gepresenteerd. Ds. Klaas Touwen, voorzitter van de commissie van de Raad van Kerken die het leesrooster samenstelde, legt uit wat er nieuw is aan dit Bijbelleesrooster.
„Iedere kerkelijke traditie kenmerkt zich door haar eigen omgang met de Bijbel, vaak vastgelegd en uitgewerkt in leesroosters, agenda’s, dienstboeken, een psalm van de zondag. De Raad van Kerken dient de brede oecumene door in aanvulling op deze afzonderlijke leeswijzen de kerken een gezamenlijke leesorde aan te bieden: het Oecumenisch Leesrooster. Hierin zijn de verschillende kerkelijke tradities samengebracht, eenzijdigheden gecorrigeerd, leemtes onderkend en opnieuw ingevuld.”
Volgens ds. Touwen levert het Oecumenisch Leesrooster sinds 1977 „een belangrijke bijdrage aan een veelzijdige omgang met de Bijbel in kerk en eredienst. Het geeft aan welke teksten plus psalm er tijdens de zondagse diensten worden gelezen en gezongen.”
Het leesrooster is dit keer opgesteld voor een periode van negen jaar, in plaats van de gebruikelijke drie jaar. „Dit is niet alleen behulpzaam bij planning en overleg, maar staat ook garant voor afgewogen beslissingen en evenwichtige keuzes”, aldus ds. Touwen. „Zo konden we een leesrooster ontwerpen dat ”elementaire lezingen” centraal stelt: lezingen die representatief zijn voor de afzonderlijke Bijbelboeken; vooral de gedeelten die in de gang van het kerkelijk jaar onmisbaar zijn, die kerygmatisch (in de verkondiging) of godsdienstpedagogisch vooropstaan of waaraan in de praktijk van het vieren het meeste plezier te beleven valt.”
Het merendeel van de geloofsgemeenschappen die bij de Raad van Kerken zijn aangesloten volgt het Oecumenisch Leesrooster: vooral gemeenten uit de Protestantse Kerk in Nederland, de Remonstrantse Broederschap, de Oudkatholieke Kerk en de Doopsgezinde Kerk. „Onlangs heeft ook het Leger des Heils te kennen gegeven er werk van te willen maken”, stelt de commissievoorzitter.
Waarop ligt de nadruk in dit leesrooster? Ds. Touwen geeft een paar voorbeelden van ‘blokken’ die in de komende negen jaar voorbijkomen en die het meest typerend zijn. „In de zomer van 2014 staat de Romeinenbrief op het rooster, tegen de achtergrond van de deuterocanonieke wijsheidsliteratuur. De Romeinenbrief is een van de belangrijkste geschriften van het Nieuwe Testament. Met de kracht van dynamiet. Denk aan hoe Luther en Karl Barth de brief gelezen hebben en wat dat heeft teweeggebracht. In het Dienstboek van de Protestantse Kerk in Nederland echter wordt de lezing van de brieven niet gestimuleerd. Met het Oecumenisch Leesrooster probereren wij dat te corrigeren.”
Het tweede voorbeeld is 2017, als het vijfde eeuwfeest van de Hervorming wordt gevierd. „Dan is het oude eenjarige lutherse rooster ingeboekt. Deze lees- en zingorde heeft de samenhang van het klassieke kerkelijk jaar van ver voor de Reformatie bewaard”, aldus ds. Touwen.
In de zomer van 2018 staat het verhaal van Job op de mesthoop op het rooster. Ds. Touwen: „Bij het aanleggen van alternatieve sporen hebben we ons niet alleen laten leiden door wat Bijbels-theologisch niet gemist kan worden (zoals de Exoduscyclus), maar ook door wat pastoraal van het grootste gewicht is. Want de Bijbel is niet het bezit van de theologen, maar van de mensen die ermee leven of er misschien helemaal niet mee leven maar die zich er niettemin in herkennen. Bijvoorbeeld in Job, die met potscherven zijn zweren krabt. Daarom deze keuze voor het boek Job, met daarin het zwartste hoofdstuk van heel de Bijbel: Job 10.”
Welke ontwikkeling signaleert ds. Touwen in de leesroosters sinds 1977? „Er is niet meer de ambitie om de hele Bijbel te lezen. Er moeten keuzes worden gemaakt. De tijden van een lange doorgaande lezing van drie maanden Leviticus zijn voorbij. Vragen waardoor we ons hebben laten leiden zijn: Wat zijn de teksten die ertoe doen, die een mens in zijn geestelijke bagage meedraagt, die een kind in zijn kinderkerkcarrière zou moeten meekrijgen?”