Vertrekkende directeur bureau GG: Rond synode is het een heel bedrijf
WOERDEN. Houttuinlaan 7, Woerden. Het adres heeft niet de importantie van Boezemsingel 27, Rotterdam, maar er mankeert weinig aan. Aan de Houttuinlaan staat het Centraal Bureau van de Gereformeerde Gemeenten, waar ook het Kerkelijk Bureau is gevestigd. Vele jaren had directeur P. Verweij daar de leiding. Zijn afscheid staat voor de deur.
Verweij (61) vertrekt per 31 juli als directeur van het Kerkelijk Bureau van de Gereformeerde Gemeenten. Hem overvalt wel iets van weemoed. Toch wil hij er ook nuchter onder blijven. „Het betekent concreet dat je arbeidzame leven voorbij is. Nog anders gezegd: er is een groot deel van je leven voorbij. Dat duidt op de eindigheid van alle dingen, en zo’n moment heeft je dus wel degelijk iets te zeggen.”
Verweij werkte voorheen als administrateur (later hoofdadministrateur) op de groenteveiling te Bleiswijk. „De Deugd was toen directeur van het bureau in Woerden. Ik had al eens gedacht: dat baantje zou mij ook wel lijken.”
Toen er een vacature kwam (enkele jaren nadat De Deugd het bureau had verlaten), solliciteerde Verweij, maar het bleek een functie voor slechts 80 procent. „Ik had toch maar gesolliciteerd en kwam op gesprek bij G. H. Verweij en T. P. van Vliet (sectieleden van de Kerkelijke Administratie). Tegen hen zei ik dat 80 procent voor mij te weinig was, waarop G. H. Verweij zei: „Zorgt u er dan zelf maar voor dat het 100 procent wordt.” Dat is gebeurd doordat bestaande administraties uitbreidden en deputaatschappen meer beroep op het bureau gingen doen.
Het Centraal Bureau in Woerden dateert uit 1983. Een groot aantal organisaties binnen de Gereformeerde Gemeenten is er ondergebracht, zoals Zending Gereformeerde Gemeenten, de Jeugdbond, Helpende Handen, Bijzondere Noden, de Vluchtheuvel en het deputaatschap voor Israël.
Verweij was verantwoordelijk voor de automatisering en voor de facilitaire ondersteuning van alle gebruikers van het gebouw. Op dit moment biedt het gebouw ruimte aan ongeveer 35 werkplekken, waarvan er 7 voor het Kerkelijk Bureau zijn.
De driejaarlijkse generale synode van zijn kerk bracht voor Verweij altijd veel werk met zich mee. „Je bent er ter ondersteuning van de roepende kerk. Het Kerkelijk Bureau moet ervoor zorgen dat alle deputaatschappen hun rapporten tijdig aangeleverd hebben, dat de vier particuliere synodi hun afgevaardigden en instructies (punten van behandeling) doorgeven. Het bureau moet, in overleg met de roepende kerk, de vergaderagenda samenstellen en erop letten dat de stukken op tijd bij alle afgevaardigden binnen zijn. Ook zorgen wij ervoor dat de zaken die op de synode gememoreerd moeten worden, zoals jubilea en sterfgevallen, beschikbaar zijn. Rond de synode is het echt een heel bedrijf.”
Ieder jaar in mei zorgt het Kerkelijk Bureau ervoor dat het jaarboek van de Gereformeerde Gemeenten verschijnt. „Je wilt met een jaarboek ambtsdragers een naslagwerk in handen geven waarin alle informatie staat die ze in hun ambt nodig zouden kunnen hebben. Daarnaast hoop je dat zo’n jaarboek bij anderen belangstelling wekt voor het gemeenteleven.”
Als het gaat om kerkelijke informatie gaat internet een steeds grotere rol spelen, denkt Verweij. „Dat er een papieren jaarboek verschijnt is, denk ik, nog een kwestie van enkele jaren. Voor zó veel feitelijke informatie is een site toch veel geschikter. Een papieren boek loopt altijd achter de feiten aan. Op een site kun je alles per dag bijhouden.”
Op dit moment staan alle acta van generale en particuliere synodi sinds 1907 in het digitale kenniscentrum van de gereformeerde gezindte Digibron. Het is een gesloten gedeelte binnen Digibron, zegt Verweij. „Alle gebruikers, predikanten en scriba’s vooral, krijgen binnenkort een inlogcode.”
Vijftien jaar lang werkte Verweij dagelijks met, in kerkelijk opzicht, eigen mensen. „Het is fijn om met elkaar te mogen werken ter ondersteuning van het geheel van de gemeenten. Ook het werk in het Centraal Bureau van de Gereformeerde Gemeenten gaat ten diepste om de eer van God en de uitbreiding van Zijn gezegend Koninkrijk.”