Tikje scherts in kinderboeken over troonswisseling
Prins Willem-Alexander mag wel goed op zijn kroon passen. In meerdere kinderboeken die verschijnen naar aanleiding van de troonswisseling is zijn gouden hoofdtooi vlak voor de ceremonie zoek.
Een kroon hoort bij een koning, zoals een stoffer bij een blik. En in de diverse kinderboeken die onlangs verschenen staat hij steevast op zijn hoofd. Eigenaardig eigenlijk, want koning Willem-Alexander mag die gouden hoofdtooi straks helemaal niet dragen. Omdat hij niet wordt gekroond, maar ingehuldigd. De kroon is wel onmisbaar tijdens de plechtigheid, want hij moet op 30 april in Amsterdam op de zogeheten credenstafel liggen, samen met onder meer de scepter.
Zo bezien is het dus toch niet vreemd dat de verdwenen kroon meerdere keren opduikt in het rijtje koninklijke kinderboeken dat de afgelopen tijd verscheen. Net als de prins (of de prinses) die zich voorbereidt op zijn (of haar) nieuwe functie. Die twee thema’s zijn met stip de belangrijkste in de prentenboeken over de nieuwe koning, die alle uitmonden in een inhuldigingsritueel, of ten minste iets wat erop lijkt.
Bijster origineel kun je de boeken daarmee niet noemen – er zitten desondanks wel pareltjes tussen. ”Waar is de kroon?!” is de onbetwiste topper, niet het minst om de platen van Thé Tjong-Khing – die dol is op prinsen en prinsessen tekenen.
En zeker niet onbelangrijk: de thema’s lenen zich uitstekend voor een tikje scherts. Wat is leuker dan een koning in spe die het dak van het paleis beklimt om zijn kroon te bemachtigen, terwijl de mensen op de Dam onverstoorbaar een niet nader genoemd koningslied zingen (”Willem wordt koning”)? Een schattig prinsje en een even schattig prinsesje misschien, die proberen geen boertjes meer te laten („alleen als Alex pilsjes drinkt/ gaat het soms nog even mis” in ”Een kroontje voor prinsje Alexander)? Of toch prinses Keteltje uit ”Keteltje. Prinses op les” die –als ze leert om koninklijk te telefoneren– zichzelf „koninklijke haarheid Keteltje” noemt en die bij het lintjes knippen met haar koninklijke schaar een dame te hulp schiet en haar daarbij uit haar jurk helpt?
Natuurlijk schemert de mening van de auteur soms even door in de boeken. Busser en Schröder nemen de Troonrede op milde wijze op de hak, als ze schrijven over Alexander die oefent voor zijn eerste Prinsjesdag, „als hij zijn állereerste sprookje aan het volk vertellen mag.” Verstegen doet iets vergelijkbaars, maar bij haar zijn de ministers het haasje. Dat „zijn meneren en mevrouwen met honderd meningen. (…) Ze besturen het land net zoals een helikopter: omhoog, omlaag, naar links of naar rechts. Heel simpel.”
En Verroen schildert Beatrix in ”Waar is de kroon?!” af als iemand die de touwtjes graag nog een beetje in handen houdt als ze haar zoon sommeert: „Denk erom, altijd netjes praten en nooit je handen in je zakken.”
Twee dingen dus waar de aanstaande koning op moet letten: behalve op zijn kroon ook op zijn voorkomen.
Waar is de kroon?!, Dolf Verroen en Thé Tjong-Khing (ill.); uitg. Leopold, Amsterdam, 2013; ISBN 978 90 258 64002; € 9,95.
Inhoud: Sprookje over een prins met een weelderige blonde haardos – als was het een zeventiende-eeuwse pruik. De prins moet koning worden, maar past de kroon niet. De goudsmid moet hem groter maken, maar de prins raakt de kroon kwijt. De koninklijke kraai blijkt hem in zijn nest te hebben. „„Ik bewaar immers alles wat glinstert.” Dat wist de prins niet. „Beetje dom”, zei de kraai.” Uiteindelijk blijkt het heel eenvoudig om de kroon passend te maken: „De kroon hoeft niet groter. (…) Je hoofd moet kleiner.””
Taal en tekeningen: De Verroen typerende onderkoelde humor – bijvoorbeeld in de verwijzing naar Máxima’s historische uitspraak: „Beetje dom.” De platen zijn in de stijl van Thés sprookjesbundels en van ”De prins op het witte paard”. In de gestileerde gezichten zijn trekken van koningin Beatrix, prins Willem-Alexander en prinses Máxima goed te herkennen. De titel is een knipoog naar een van Thés woordloze prentenboeken ”Waar is de taart?”
Bijzonder: Gemaakt door een duo heren op leeftijd: Dolf Verroen hoopt dit jaar 85 te worden en Thé Tjong-Khing 80. De twee zijn bekend van het prentenboek voor de Kinderboekenweek van 2012 ”De prins op het witte paard”.
Willem wordt koning, Jurriaan Gorter; uitg. Gopher, Amsterdam, 2013; ISBN 978 90 517 9824 1; € 15,-.
Inhoud: Een prentenboekje in tweeregelige strofen over de dag van de inhuldiging. Wat begint met een rustig ochtendritueel, mondt uit in een avontuur op het hoogste puntje van het Paleis op de Dam. Een duif is de boosdoener, maar is uiteindelijk samen met soortgenoten ook zijn redder. Gorter werkt niet alles goed uit. Alexander moet zijn toespraak nog „verzinnen”, schrijft hij, maar komt daar later niet meer op terug.
Taal en tekeningen: Gorter tekent graag grappige details, zoals Willem-Alexanders ochtendjas met kroontjesprint. Zijn rijmtalent is matig. Hij maakt gebruik van clichés en van dwangrijm („De duiven fladderen nieuwsgierig om Willem heen/ Hoe dit gaat aflopen, weet niet iedereen”).
Bijzonder: Jurriaan Gorter schreef en tekende het boek voor zijn drie zoontjes en stuurde het op naar uitgever Gopher, die werkt volgens het principe ”printing on demand”.
Keteltje. Prinses op les, Jeska Verstegen; uitg. Leopold, Amsterdam, 2013; ISBN 978 90 258 6203 9; € 9,95.
Inhoud: Twintig voorleesverhalen over het zesjarige prinsesje Keteltje, Prinses Oma, Prins Opa, Koningin Moeder, Generaal Vader en Sjef de Kok. De eigenzinnige prinses leert dat ze moet zwaaien zoals je een sinaasappel uitperst, hoort ministers discussiëren over biggetjes die wel of niet „zomaar” doodgemaakt moeten worden. Aan de kwestie houdt ze een eigen biggetje over: Beppie. In het laatste verhaal mag ze iets vertellen in de troonzaal. Met Beppie op schoot.
Taal en tekeningen: Verstegen maakte van Keteltje een zwierig prinsesje in een jurkje met lieveheersbeestjesuitstraling. Haar tekeningen laten veel kleur en plezier zien. Net als de verhalen overigens. Verstegen schrijft fijn, in eenvoudige zinnen. Wel gebruikt ze een heel enkele keer een bastaardvloek. Ze laat in haar verhalen de realiteit behoorlijk los ten gunste van fantasie, maar blijft tegelijkertijd steeds naar de werkelijkheid knipogen. Dat pakt goed uit.
Bijzonder: Het boek over prinses Keteltje was al voor dit voorjaargepland , voordat de troonswisseling bekend werd. De inhuldiging maakt het boek extra actueel. Van leopold.nl kan een kleurplaat worden gedownload.
Een kroontje voor prinsje Alexander, Marianne Busser, Ron Schröder en Marijke Duffhauss (ill.); uitg. Van Holkema & Warendorf, Houten, 2013; ISBN 978 90 475 0807 6; € 7,50.
Inhoud: ”Een kroontje voor prinsje Alexander” is het vierde deel in een serie over de kroonprins. In dit boek oefent hij samen met Máxima voor zijn koningstaak en wordt hij uiteindelijk ingehuldigd. Alexander en Máxima „roepen práchtige muziek/ ook al vinden ze het niks” en ze „leren leuk te praten/ met ontzettend saai bezoek.” Als ze na de grote dag samen in bed liggen fluistert de nieuwe koning: „Ik hoop maar dat het ons gaat lukken/ en dat God ons helpen wil.”
Taal en tekeningen: De prins is in dit boek afgebeeld als een kind op kleuterleeftijd. Amalia, Alexia en Ariane zijn poppen. Busser en Schröder schrijven de hen kenmerkende eenvoudige gedichtjes met een prettig metrum.
Bijzonder: Het manuscript van dit boekje lag al jaren klaar. De oorspronkelijke tekening waarop koningin Beatrix premier Balkenende belt is vervangen door een afbeelding met Rutte erop.
En verder…
l”Hoera een koning. Mijn persoonlijke bewaarboekje”. (Studio Vrolijk, € 3,50). Lees- en werkboekje in brochurevorm. Voor kinderen die de inhuldiging meemaken en een herinnering voor later willen.
l”Leve de koning(in)!” Reinildis van Ditzhuyzen (Balans, € 15,95). Informatief boek over het koningshuis. Aantrekkelijk geïllustreerd, soms wat taai gepresenteerd. Bedoeld voor het onderwijs, maar ook leuk voor thuis.
l”Leve de koning”, Arend van Dam (Van Holkema & Warendorf, € 10,-). Tien verhalen –een euro per stuk– over Nederlandse prinsen en prinsessen uit het verleden. De opzet is vergelijkbaar met Van Dams populaire verhalenboeken, waaronder ”Lang geleden” en ”In een land hier ver vandaan”.
l”De prins en de puinhoop”, Tjibbe Veldkamp en Wouter Tulp (De Fontein, € 12,50). Prentenboek. Al in 2010 verschenen onder het motto ”Het ware verhaal achter de troonsopvolging”. Verhaal vol humor, met zwierige pentekeningen.
l”Het Muizenhuis. Sam en Julia – het grote feest”, Karina Schaapman (Rubinstein, € 10,-). Gouden Boekje dat zich afspeelt in het Muizenhuis, waarover Schaapman al twee prentenboeken maakte. De prinsessen Amalia, Alexia en Ariane krijgen een exemplaar van het boekje uitgereikt tijdens de koningsvaart op 30 april. Te koop vanaf 1 mei.
l”De leeuwentroon”, Jennifer Peersmann (Callenbach, € 9,95). Nieuw deel in de Bijbels-archeologische kinderserie. Slim gepromoot door de uitgever als een boek waarin de relatie tussen leeuwen koningshuizen centraal staat. Willem-Alexander en Máxima krijgen een exemplaar cadeau.