Inhuldiging in feiten en cijfers
De dag van de inhuldiging is vol symboliek en traditie. Een overzicht van de beeldbepalende attributen en hun geschiedenis, maar ook feiten over alles er omheen, van kilometers doek tot extra conducteurs.
Feiten en cijfers
De troonswisseling laat zich uitdrukken in een indrukwekkende reeks getallen. Een rondgang van het ANP leverde een lange rij cijfers op.
Nieuwe Kerk
2400 mensen zullen in de Nieuwe Kerk aanwezig zijn bij de inhuldiging.
2045 van hen zijn genodigden; ook zijn er ruim 300 musici aanwezig.
30 leerlingen en 3 leraren van 3 basisscholen mogen ook in de kerk zitten.
146 Tweede Kamerleden komen naar de Nieuwe Kerk, 4 hebben zich afgemeld+ 12 Kamerleden leggen geen eed af aan de koning.
Versieringen
2 kilometer aan stof wordt gebruikt voor de feestbanieren, een soort langwerpige vlaggen. Gebouwen worden nog eens versierd met 2,5 kilometer aan stof.
Ongeveer 3 kilometer aan lijnen om vlaggen aan te hangen wordt gebruikt.
Het grootste doek hangt op 30 april aan het Overhoeks: 30 bij 80 meter.
900 Willem-Alexandervlaggen wapperen op bussen en trams.
Media
500 medewerkers van de NOS zorgen voor beelden rond de troonswisseling.
160 camera’s, 13 satellietwagens, 1 helikopter en 1 vliegtuig worden ingezet door de NOS.
1100 journalisten uit binnen- en buitenland hebben zich aangemeld om verslag te doen; 677 komen uit het buitenland, van wie 33 uit Argentinië.
Vervoer
Er kunnen 38 extra lange treinen per uur aankomen en vertrekken op Amsterdam Centraal. De NS kunnen ruim 35.000 mensen per uur vervoeren van en naar het station.
Nog eens 20.000 tot 24.000 reizigers kunnen per uur gebruikmaken van station Amsterdam-Zuid.
1500 conducteurs en 1400 machinisten werken op 30 april. De NS zetten 350 bewakers in, in plaats van de gebruikelijke 65.
Er werken 2500 medewerkers van gemeentelijk vervoersbedrijf GVB op 30 april.
Beveiliging
Zeker 98 beveiligingscamera’s hangen in het centrum van Amsterdam op of vlak bij de route die het koninklijk paar zal volgen.
Bijna 10.000 agenten moeten de troonswisseling in goede banen leiden.
3000 van hen komen uit de hoofdstad, de rest komt elders uit het land.
21 kilometer aan hekwerk wordt neergezet bij evenementen en langs de wegen.
De politie heeft twee politiehelikopters vliegen. Drones worden niet ingezet.
Er zijn vijftien openbare EHBO-posten in de stad (grote evenementen niet meegeteld). Daar werken op het hoogtepunt 150 EHBO’ers. Er zijn 400 ambulancebroeders actief en 4 medische medewerkers van Defensie.
165 medewerkers van de brandweer bemannen de meldkamer, kazernes en bepaalde locaties.
Koningsvaart
Bijna twee uur lang varen het koninklijk paar en de drie prinsesjes rond over het IJ: van 19.45 tot 21.30.
Twee boten zijn gereserveerd voor de pers, drie boten voor gasten.
Exact 250 schepen varen mee tijdens de koningsvaart, waaronder 14 grote zeilschepen; 123 boten zijn varend erfgoed.
Ook varen er zeven boten van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij mee.
De lengte van de koningsvaart is 5,5 kilometer. De rijtoer van de gasten en het Koninklijk Huis is overigens 4,95 kilometer lang.
Kosten
De troonswisseling kost het Rijk 5 miljoen euro.
Daarvan gaat 1 miljoen euro naar Amsterdam.
Amsterdam haalt 7 miljoen euro uit de gemeentekas om 30 april te financieren.
Overig
In totaal zijn er zo’n 5000 genodigden voor officiële activiteiten op 30 april.
Op zes plaatsen mag gedemonstreerd worden.
Verspreid door de stad staan honderden toiletten.
32 billboards, 41 dynamische informatiepanelen, 64 gele borden en 3 videowalls moeten bezoekers de juiste kant op sturen. Er zijn 7 looproutes.
Er zijn 250.000 plattegronden beschikbaar voor feestvierders.
101 saluutschoten van de Koninklijke Marine zullen koningin Beatrix welkom heten in Amsterdam om 09.00 uur. Om 14.00 uur wordt nogmaals geschoten.
1450 medewerkers van Defensie vervullen een ceremoniële rol.
350 veteranen zijn aanwezig op 30 april.
Troonzetels
Tijdens de inhuldiging in de Nieuwe Kerk zullen koning Willem-Alexander en koningin Máxima plaatsnemen op vergulde armstoelen uit 1901. De stoelen maken deel uit van een ameublement dat koningin Wilhelmina destijds cadeau kreeg ter gelegenheid van haar huwelijk met prins Hendrik.
Overeenkomstig de Lodewijk XIV-stijl hebben de armstoelen een brede zitting en een rechte rugleuning. De meubelen werden gemaakt door de firma H.E. Jansen & Zonen te Amsterdam en de bekleding werd vervaardigd door 21 Amsterdamse vrouwen en meisjes die het ameublement aan koningin Wilhelmina cadeau deden.
Sinds 1902 staan de meubelstukken in Paleis Het Loo. De armstoel verwierf in circa 1912 de status van troonzetel toen deze deel uitmaakte van het staatsieportret van koningin Wilhelmina.
Voor de inhuldiging van koning Willem-Alexander zijn de armstoelen opgeknapt. De oorspronkelijke geborduurde bekleding was niet meer geschikt voor gebruik en is vervangen door een goudkleurige Italiaanse zijden damast. Hierop geappliqueerd is het rijkswapen afkomstig van een bestaande stof, identiek aan de bekleding van de stoelen van koningin Beatrix en prins Claus in 1980.
De vier vergulde ceremoniële zetels waarop prinses Beatrix en de prinsessen Catharina-Amalia, Alexia en Ariane zullen plaatsnemen, zijn afkomstig uit het Koninklijk Paleis in Amsterdam. Ze zijn bekleed met zijden chenille velours met gouddraad. De armstoelen zijn in 1808 geleverd door Joseph Cuel en gewoonlijk opgesteld in de Troonzaal.
De troonzetels zijn van 7 mei tot en met 16 juni te bezichtigen in Paleis Het Loo in Apeldoorn. Daar zijn onder andere ook de inhuldigingsmantel en de regalia te zien.
Regalia
De regalia of rijksinsigniën symboliseren de macht en waardigheid van de koning. Koning Willem I liet een serie vervaardigen in 1815, maar die waren erg eenvoudig. Daarom liet koning Willem II in 1840 een nieuwe serie maken bij verschillende edelsmeden. Die objecten zijn sindsdien in gebruik bij inhuldigingen.
De kroon symboliseert de soevereiniteit van het Koninkrijk der Nederlanden en verbeeldt ook de waardigheid van het staatshoofd. Omdat er in Nederland geen kroning maar een inhuldiging is, draagt de koning(in) de kroon nooit op zijn of haar hoofd. De kroon ligt tijdens de ceremonie in de Nieuwe Kerk bij de andere regalia op de zogeheten credenstafel.
Behalve de kroon bestaan de regalia uit:
lde scepter, symbool van het gezag van de koning;
lde rijksappel, symbool van het grondgebied van de koning;
lhet rijkszwaard, symbool van de macht van de koning;
lde rijksstandaard of -banier met het Nederlandse wapen. De banier ziet er dinsdag anders uit dan in 1980. Toen werd nog het oude wapen gebruikt, waarbij de leeuwen naar de toeschouwer kijken (zie illustratie). Op de nieuwe banier zullen de leeuwen naar het wapenschild kijken.
Statuut en Grondwet
Het Statuut en de Grondwet behoren niet tot de regalia. Ook die twee spelen dinsdag een belangrijke rol. Ze worden in de stoet van de koning de kerk ingedragen. De koning zweert bij zijn beëdiging trouw aan het Statuut voor het Koninkrijk en aan de Grondwet. Speciaal voor de ceremonie gemaakte bijzondere edities van beide teksten liggen ook op de credenstafel.
De Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden beschermt de grondrechten van burgers en regelt de staatsinrichting van Nederland. De Grondwet is ondergeschikt aan het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden. Dit statuut regelt de staatkundige relatie tussen Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten.
De regalia en de bijzondere edities van de Grondwet en het Statuut worden na 30 april tijdelijk tentoongesteld in Paleis Het Loo.
Koningsmantel
Tijdens de inhuldiging draagt koning Willem-Alexander een rokkostuum (white tie) met daarover heen de koningsmantel, ook wel inhuldigingsmantel genoemd. Sinds 1815 is steeds gebruikgemaakt van zo’n mantel. Het gebruik ervan is nergens voorgeschreven.
Slechts één keer is gebruikgemaakt van een andere inhuldigingsmantel, namelijk bij de inhuldiging van Willem I als soeverein vorst. Maar al bij zijn inhuldiging als koning in 1815 was die vervangen door de huidige.
Koning Willem I en de koninginnen droegen de mantel over de schouder, terwijl koning Willem II en koning Willem III de mantel afhangend van de schouder droegen. Onder de mantel droegen de koningen een militair uniform. Allen droegen onderscheidingstekens: Willem I op de mantel, Willem II en III op hun uniform.
Door ouderdom en de noodzaak de mantel telkens aan te passen aan de lichaamsbouw en de gewenste draagwijze heeft de mantel in de loop van zijn bijna 200-jarig bestaan de nodige wijziging en reparaties ondergaan. Belangrijke aanpassingen en veranderingen werden in 1948 uitgevoerd door de Zwitserse couturier Edwin Dolder en in 1980 door Theresia Couture in Amsterdam. Het verhaal dat de koningsmantel bijna geheel zou zijn vervangen klopt echter niet. Al waren sommige wijzigingen groot, zo moest na de grote, brede koning Willem III, de kleine, jonge koningin Wilhelmina de mantel omgehangen krijgen.