Vliegtuigen uit lang vervlogen jaren
Ze vliegen niet meer. Toch hangen ze nog dagelijks in de lucht. Het National Air and Space Museum (NASM) in Washington staat bomvol vliegtuigen, ruimtecapsules, luchtballonnen en raketten. De jongste aanwinst is een heuse Concorde.
Amerika doet alles in het groot. De inpandige McDonald’s van het NASM telt twaalf balies voor bestellingen, twaalf kassa’s om af te rekenen en twaalf balies om bestellingen af te halen. Moet ook wel. Jaarlijks trekt de imposante expositie bijna 10 miljoen bezoekers. Ook in het museum kijken de Amerikanen niet op een paar vierkante meter.
Toch kan het NASM met een immens vloeroppervlak van 18.500 vierkante meter zo’n 80 procent van de collectie niet exposeren. De museumdirectie werkt daarom aan uitbreiding. Eind dit jaar moet bij Washington Dulles International Airport een compleet nieuwe expositieruimte verrijzen. In grote hangars krijgen nog eens meer dan 200 vliegtuigen en 135 ruimtevaartuigen een plaats. Daarmee moet het grote publiek ook de spaceshuttle Enterprise van nabij kunnen bezichtigen.
Extra brandstoftank
’s Werelds meest bezochte museum verwacht het aantal bezoekers te kunnen opkrikken naar 12 tot 14 miljoen per jaar. De hoofdvestiging blijft gevestigd in ’museumstraat’ The Mall, in hartje Washington. Al direct bij de entree, de ”Milestone of Flight”, staan enkele spraakmakende vliegtuigen en ruimtevaartuigen. Bij binnenkomst staat de bezoeker verder oog in oog met de Wright 1903 Flyer. Het eerste motorvliegtuig, gebouwd door de gebroeders Wright, maakte op 19 december 1903 zijn ”maidenflight” in Noord-Carolina. De piloot lag daarbij plat op zijn buik tussen de dubbeldeksvleugels.
Iets verderop, hoog tegen het plafond, hangt de Spirit of St. Louis. Met dit toestel maakte Charles Lindbergh op 25-jarige leeftijd zijn eerste Atlantische solovlucht. De vliegmachine kon niet genoeg brandstof meenemen, daarom monteerde Charles maar een extra brandstoftank op de voorruit.
Pal naast de ingang staat de Mercury Friendship 7. Astronaut John Glenn moet geen greintje last van claustrofobie hebben gehad: hij heeft in zijn ruimtecapsule -kleiner dan een glasbak- geen vin kunnen verroeren. In deze hal staat ook de Apollo 11 die Neil Armstrong in juli 1969 naar de maan bracht. Ten slotte kunnen bezoekers hier even wrijven over een stukje maansteen.
De zaal ”Pioneers of Flight” toont de voorlopers van wat later vliegtuigen zouden heten. Piloten en passagiers zijn met gevaar voor eigen leven aan boord gestapt van de vliegmachines met dunne houten spantjes en fladderend doek. Cal Rogers ging de uitdaging in 1911 aan. In dertig dagen vloog hij met zeventig tussenlandingen van de ene naar de andere kant van the States.
Fokker
Een bijzonder exemplaar in de collectie is de 4922 kilo zware Fokker T-2, gebouwd in de Fokker-fabriek in het Nederlandse Veere. In 1923 maakte het kloeke Fokkertje -spanwijdte 24,26 meter, lengte 15 meter, hoogte 3,71 meter- de eerste non-stop transcontinentale reis. Van New York naar San Diego, een afstand van 3974 kilometer in 26 uur en 50 minuten. Gemiddeld vloog het 423 pk sterke militaire toestel 148 kilometer per uur.
Het NASM toont te veel om op te sommen. In ”The Golden Age of Flight” zijn vliegtuigen te zien die tussen de wereldoorlogen zijn geproduceerd. De populaire hal ”World War II” is ingericht met gevechtsvliegtuigen uit de Tweede Wereldoorlog. Amerikaanse, Italiaanse, Britse, Duitse en Japanse oorlogskisten hangen broederlijk naast elkaar. Aan het plafond zweven onder andere een reusachtige Boeing B17G, een kleine Mitsubishi A6M5 Zero, een Britse Supermarine Spitfire Mk. VII en een Duitse Messerschmitt Bf 109 Gustav.
De zaal ”Jet Aviation” toont de eerste straaljager, de Duitse Messerschmitt Me 262A. De afdeling ”Air Transportion” biedt een blik op toestellen uit de begintijd van de luchtpost. In ”Sea Air Operations” staat de bezoeker oog in oog met een gevechtsvliegtuig: de Boeing F4B Navy. De hal is verder ingericht als een stuk vliegdekschip. Boven de roltrappen hangt een Lockheed 104A Starfighter.
Ramp
De Amerikanen lijken in het lucht- en ruimtevaartmuseum vooral successen te etaleren. Over de ramp met de spaceshuttle Columbia begin dit jaar is niet veel terug te vinden. Voor een metershoog model van de Columbia staat enkel een foto van de bemanning. Bezoekers staren in gedachten naar de opgetogen gezichten van vijf mannen en twee vrouwen in oranje ruimtepakken. Links een Amerikaanse, rechts een Israëlische vlag. ”In memoriam”. Voor het bord staat een vergelijkbare foto. Vijf mannen en twee vrouwen in blauw ruimtepak: de op 28 januari 1986 omgekomen bemanning van de spaceshuttle Challenger.
De immense museumhal staat vol raketten. De museumdirectie heeft de vloer laten verdiepen om de tientallen meters lange raketten onderdak te kunnen bieden. In de hal klimmen twee aangeklede poppen met originele ruimtepakken aan boord van hun Apollo.
Het NASM geeft in vogelvlucht de highlights van de Amerikaanse ontwikkeling in lucht en ruimte. Een must voor vliegtuigfanaten.
Voor meer informatie: www.nasm.si.edu.