Onderwijs & opvoeding

Gary Witherall vergaf de moordenaar van zijn vrouw

Bericht 1: ”Zendelinge VS in Libanon gedood”. Bericht 2, een dag later: ”Weduwnaar vergeeft moordenaars”. Hoe kon Gary Witherall (46) zo ver komen, kort nadat zijn vrouw door drie kogels om het leven kwam?

Michiel Bakker

25 February 2013 18:27Gewijzigd op 15 November 2020 02:09
Gary Witherall. Foto André Dorst
Gary Witherall. Foto André Dorst

Hoop brengen aan verloren mensen door de verspreiding van het Evangelie. Dat is al vele jaren de missie van Gary Witherall, die opgroeide in Engeland en na vele omzwervingen nu in Duitsland woont. In toespraken van de evangelist heeft vergeving een centrale plek. Het is een thema dat voor hemzelf een diepe dimensie kreeg na de moord op zijn eerste vrouw, Bonnie, in 2002.

De afgelopen dagen sprak Witherall –casual gekleed en lopend op sportschoenen– op diverse bijeenkomsten in Nederland. Voorafgaand aan zijn korte tournee neemt hij met een kop koffie in de hand ontspannen plaats op een bank in het kantoor van zendingsorganisatie Operatie Mobilisatie in Amersfoort. Hij vertelt over zijn motivatie om mensen te willen bereiken met het Evangelie en over de manier waarop het verlies van zijn eerste vrouw zijn leven stempelde, maar zijn geloof in God niet aan het wankelen bracht.

Hoe kwam u ertoe als twintiger voor Operatie Mobilisatie te gaan werken?

„Ik wilde lange tijd naar de marine. Toen Engeland begin jaren tachtig betrokken raakte bij de Falklandcrisis begon ik te twijfelen. Dat werd versterkt toen ik hoorde dat een Britse onderzeeër een Argentijns schip tot zinken had gebracht, waardoor honderden jonge mensen omkwamen. Juist in die tijd kwam de Logos, een van de schepen van Operatie Mobilisatie, naar Engeland. Aan boord hoorde ik verhalen van mensen die een boodschap van hoop brachten in onder meer India en Afrika. In dezelfde periode zag ik de film ”The killing fields”, over de oorlog in Cambodja. Ik werd geraakt door de gebrokenheid van talloze mensen en dacht: Ik wil anderen het Evangelie brengen waar ik zelf als jongen in ben gaan geloven.”

Wat werd uw taak bij de organisatie?

„Ik voer mee op een van de schepen en ging overal waar we kwamen de straat op om in gesprek te gaan met mensen. In Oost-Duitsland sprak ik een hoogleraar wiskunde aan een universiteit. Hij zei: „Ik heb nog nooit iemand ontmoet die in God gelooft. Wilt u uw verhaal ook aan mijn studenten komen vertellen?” Zo heb ik bijna vier jaar lang vele gesprekken gevoerd, onder meer in Afrika, India en Azië.”

Hoe kwam u uiteindelijk in Libanon terecht?

„Nadat ik een paar jaar had gevaren, ging ik een vierjarige Bijbelschool in Chicago volgen. In die tijd leerde ik Bonnie Penner kennen. Zij kwam uit de Verenigde Staten. In 1997 zijn we getrouwd. Na mijn opleiding was er geen plek voor me op de schepen van Operatie Mobilisatie. Mijn vroegere mentor zei tegen me: „Ga naar het Midden-Oosten en eet zand.” Hij bedoelde: Probeer geen hoge plek in de organisatie te krijgen, maar wees nederig en vertrek naar een gebied waar niemand naartoe gaat.

In januari 2001 verhuisden we naar Libanon, dat lange tijd geteisterd was geweest door een burgeroorlog. Ik vond werk in een boekwinkel van een Bijbelgenootschap en nodigde bezoekers uit voor Bijbelstudies. Bonnie ging als verpleegkundige aan de slag in een christelijke kliniek voor zwangere Palestijnse vrouwen in de stad Sidon, die gevestigd was boven een kerk. Ze gaf hun niet alleen medische zorg, maar bood ook een luisterend oor en probeerde een boodschap van hoop aan hen over te brengen.”

Op 21 november 2002 zette een telefoontje uw leven op z’n kop.

„In de vroege ochtend werd ik gebeld door een vriend uit Bonnies team. Ik moest meteen naar de kliniek komen. Voor de ingang stonden twee soldaten te posten. Ik rende direct door naar boven, waar Bonnie werkte. Daar lag ze, in een plas bloed. Doodgeschoten. Een extremist had drie kogels op haar afgevuurd. Soldaten haalden me meteen bij haar weg en dwongen me naar de kamer ernaast te gaan.”

Wat ging er op dat moment door u heen?

„Het is bijna niet te bevatten wat het betekent als er zo’n intens kwaad in je leven komt. Het was alsof ik in een donkere put van pijn en verdriet belandde, zonder bodem. Bonnie was een mooie vrouw, nog maar 31 jaar oud, die hield van mensen. Ik raakte in één klap mijn beste maatje kwijt. Tegelijk dacht ik dat de schutter míj misschien ook wilde doden. Ik besefte dat het ook míjn laatste dag kon zijn.

Later die ochtend ervoer ik dat God tegen me sprak. Hij zei: „Gary, er is vandaag een zaadje in je hart geplant. Jij hebt de keuze om dat te laten groeien van boosheid tot haat of van vergeving tot liefde. Wat kies je?” Natuurlijk was ik eerst vooral heel boos. We praten niet over de diefstal van een mobieltje of het ingooien van een raam, maar over de moord op mijn vrouw. Ik zat in een diepe crisis. Tegelijk besefte ik dat ik jarenlang een boodschap van berouw en vergeving had gepreekt, waarin ik diep geloof.

Ik zag Christus aan het kruis als het ware voor me. Hij zei: „Vader, vergeef het hun.” Op dat moment drong het pas goed tot me door wat die woorden betekenen. Ik besefte ook hoe veel Hij míj vergeven heeft. Toen ik me dat bewust werd, besloot ik de moordenaar van mijn vrouw te vergeven. Dat is het grootste geschenk dat ik ooit aan iemand heb gegeven.”

Direct na de moord op je vrouw de dader vergeven, lijkt bijna onmogelijk.

„God gaf me de genade en vrede om te kúnnen vergeven. Dat laat onverlet dat de pijn enorm is. Ik heb de beelden van die dag later nog duizend keer voorbij zien komen in m’n hoofd. Het is in de loop der jaren een paar keer gebeurd dat ik toch weer even boosheid in me voelde opkomen, maar dat duurde nooit langer dan één of twee minuten.”

Veel mensen vragen bij ingrijpende gebeurtenissen in hun leven: „Waarom?” U ook?

„Nee, niet echt. De waaromvraag kan je helemaal gek maken, want er is geen antwoord op. Ik vertrouw op God. Hij zal me ooit duidelijk maken waarom dit gebeurd is. Bovendien weet ik dat iedereen op een dag verantwoording moet afleggen van alles wat hij heeft gedaan, voor elke slechte daad. Intussen houd ik me vast aan Psalm 23: „Hij verkwikt mijn ziel.” En aan Jesaja 61, waar het gaat over het brengen van een blijde boodschap aan de armen en direct daarna over het verbinden van gebrokenen van hart. Daarvoor is Jezus gekomen. Dat maakt het christelijk geloof uniek.”

Intussen was er een lege plek in uw leven. Wat ervoer u in die omstandigheden als het zwaarst?

„Ik kreeg vijf minuten om een paar spullen uit ons appartement te halen en moest daarna weg uit Sidon. We hielden van ons huis, maar ik denk dat ik eraan kapot was gegaan als ik er gebleven was. Ik herinner me nog dat ik de trouwring van mijn vinger schoof, als teken dat mijn huwelijk was afgelopen. Later heb ik onze beide ringen aan een ketting gehangen.

Ik werd in eerste instantie opgevangen in de hoofdstad Beiroet. Daar moest, met hulp van ambassades, van alles worden geregeld voor de begrafenis. Een paar dagen later vloog ik naar Washington. Dat was een van de zwaarste momenten. Twee vluchten van in totaal vijftien uur, waarbij mijn vrouw niet naast me zat. Haar lichaam lag beneden in een kist. Verschrikkelijk. Bonnie is in Amerika begraven. Bij die gelegenheid heb ik ook over vergeving gesproken. Die boodschap is via de media wereldwijd verspreid. Door Bonnies dood was het Evangelie voorpaginanieuws.”

Is de dader ooit opgepakt en berecht?

„Eén man heeft op Bonnie geschoten, maar hij zal door anderen zijn gestuurd. De Libanese overheid zegt dat er later een groep extremisten is opgepakt, onder wie degene die mijn vrouw heeft doodgeschoten. Die man zou kort daarna in de gevangenis zijn overleden. Er zijn christenen die daaraan twijfelen. Ik vermoed dat de dader in ieder geval nooit is berecht.”

Hoe heeft de moord op uw vrouw uw leven veranderd?

„Het kostte tijd om het leven weer op te pakken. Bij de verwerking kreeg ik hulp van een christelijke therapeut. Na de moord op mijn vrouw is de betekenis van het Evangelie voor mij nóg duidelijker geworden. Ik probeer met mijn leven een brief van Christus te zijn, zoals Paulus schrijft in 2 Korinthe 3:3, en een boodschap van hoop aan anderen door te geven. Dan gaat het om de hoop waarover Hebreeën 6 spreekt als een anker der ziel. Ik kan geen mensen bekeren, maar hun wel het Evangelie brengen. Dat is nog steeds mijn missie.”


Gary Witherall

Gary Witherall wordt in 1966 geboren in een christelijk gezin in het Britse Plymouth. In 1986 gaat hij als evangelist voor de internationale zendingsorganisatie Operatie Mobilisatie (OM) werken. Hij vaart bijna vier jaar op een van haar schepen door tientallen landen. Van 1992 tot 1996 volgt hij een Bijbelschool in Chicago. In 1997 trouwt hij met Bonnie. Het paar, dat geen kinderen krijgt, vestigt zich in Libanon. Bonnie werkt in een christelijke kliniek voor zwangere vrouwen in Sidon. Daar wordt ze in november 2002 door een extremist gedood. Een jaar later publiceert Witherall het boek ”Total Abandon”, dat in 2010 in het Nederlands verschijnt (”Totale overgave”, uitg. Operatie Mobilisatie).

Eind 2004 trouwt Witherall met zijn tweede vrouw, Helena. Het echtpaar woont sinds 2009 in de omgeving van het Duitse Heidelberg en heeft vier kinderen. Witherall is directeur van Transform, onderdeel van OM. Dit project rust jongeren toe om ’s zomers door middel van uiteenlopende activiteiten, van sport tot kinderwerk, te evangeliseren in twintig landen in het Middellandse Zeegebied.

www.nl.om.org

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer