De RND heeft zijn bezwaren geuit in het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer, waarin onder andere De Nederlandsche Bank, de commerciële banken en de Consumentenbond deelnemen. De raad wil bovendien op korte termijn contact opnemen met het ministerie van Financiën.

Nog geen twee na de invoering van de euro overleggen de Europese ministers al over de invoering van nieuwe biljetten en munten. De Italianen willen graag bankbiljetten van 1 en 2 euro en minister Zalm van Financiën gaat onderzoeken of het mogelijk is om een muntstuk van 5 euro in te voeren.

De uitgifte van nieuw munten en biljetten en van zogenoemde verzamelaarsmunten heeft volgens de RND een verstorende en verwarrende werking op de reguliere circulatie. Volgens de staatssecretaris van Financiën mag dit nimmer het geval zijn.

Verzamelaarsmunten wijken sterk af van de reguliere euromunten. Ze hebben afwijkende nominale waarden, afwijkende technische specificaties en afwijkende beeldenaars op voor- en achterzijde. De verzamelaarsmunten gelden alleen in het land van uitgifte als wettig betaalmiddel. Zo kan er met de Van Gogh-munt van 5 euro -in maart dit jaar geslagen- alleen in Nederland worden betaald.

De RND pleit ervoor dat verzamelaarsmunten qua nominale waarden en technische specificaties niet afwijken van de bestaande reguliere munten. De munten zouden maar van één zijde anders mogen zijn en in de hele eurozone als wettig betaalmiddel moeten gelden. Mochten alsnog afwijkende munten geslagen worden, dan mogen deze niet gelden als wettig betaalmiddel, aldus de RND.

Kassamedewerkers moeten bij iedere nieuwe uitgifte van Nederlandse verzamelaarsmunten geïnformeerd worden over de waarde en technische specificaties. Ze dienen ook kennis te hebben van verzamelaarsmunten die elders in de eurozone worden uitgegeven.