Golven voor oog en oor
Licht en geluid hebben meer met elkaar gemeen dan op het eerste gezicht lijkt. En dan gaat het echt niet alleen over onweer, laat de Franse emeritus hoogleraar Bernard Valeur zien in zijn boek ”Licht en geluid”.
De Griekse filosoof Pythagoras merkte 2600 jaar geleden al op dat „een snaar geluid voortbrengt dat hoger wordt naarmate de lengte afneemt.” De trilling was zichtbaar en het geluid hoorbaar. Later ontdekte de Britse natuurkundige Robert Boyle dat licht ook door vacuüm gaat, maar geluid niet: dat heeft een medium nodig. Sinds Einstein wordt licht gezien als een elektromagnetische golf die een stroom deeltjes transporteert, de zogeheten fotonen.
Het golfkarakter maakt licht en geluid in hoge mate vergelijkbaar, aldus Valeur. Beide kunnen terugkaatsen: bij geluid ontstaat een echo en bij licht een spiegelbeeld. Als geluid of licht van het ene naar het andere medium gaan, treedt er breking op. Lichtbreking is heel goed te zien bij een rietje dat in een glas water staat. Ook kunnen licht en geluid gebogen worden door een lens; voor geluid bestaan er akoestische lenzen.
Allerlei toepassingen van licht en geluid passeren de revue. Daaronder zijn medische behandelingen zoals laserchirurgie, lichttherapie tegen winterdepressies en lithotritsie, het vergruizen van nierstenen met ultrasoon geluid. Ook radar en sonar komen ruim aan bod.
Valeur heeft met ”Licht en geluid” een populairwetenschappelijk boek afgeleverd dat ook nog eens heel toegankelijk is. Dat is mede te danken aan de voortreffelijke vertaling uit het Frans.
Boekgegevens
”Licht en geluid. Samenspel van twee natuurkundige fenomenen”, Bernard Valeur; uitg. Veen Magazines, Diemen, 2012; ISBN 978 9085 711 22 3; 206 blz.; € 42,50.