De ene depressie is de andere niet
Na burn-out, schizofrenie, angst en autisme en nog enkele andere onderwerpen is in de serie ”Wat … met je doet” depressie aan de beurt.
Het boek is geschreven door psychiater Arie Jan de Lely, en bevat (bijna) alles wat de lezer mag verwachten van een psycho-educatief boek over de psychiatrische stoornis die depressie heet. De auteur, die werkzaam is bij Eleos, behandelt het thema –zoals hij zelf aangeeft– deels als ‘verteller’, in een kring van mensen die weten wat het is om depressief te zijn (geweest), en deels als deskundige, wat meer op afstand.
En dat is goed gelukt. Alle relevante aspecten, voor zover mogelijk binnen een kort bestek, komen aan bod: wat depressie is, het leed dat depressie met zich meebrengt, hoe depressie te behandelen is (met pillen, praten, fietsen), de relatie tot geloven en geestelijke of psychische gezondheid, suïcide (drie hoofdstukken), boosheid en zelfwaardering, en tot slot (mooie vondst trouwens) een paar bladzijden over geluk.
Ik zou twee kanttekeningen bij de inhoud willen plaatsen. Het boek opent met een vijftal interviews met mensen die depressief zijn of zijn geweest. Dat is trouwens kenmerkend voor de hele reeks. Maar wat mij verbaast is dat er niets met die interviews gebeurt. Antwoorden op vragen die in de interviews worden gesteld zijn niet (gemakkelijk) terug te vinden; er wordt zelden of niet commentaar gegeven op die verhalen.
Dat is om verschillende redenen jammer. Bijvoorbeeld had de auteur op die manier duidelijk kunnen maken hoe de psychiater te werk gaat. De ene depressie is de andere niet. Precies, en waarin zit dat nu? Vijf verhalen, vijf depressieve mensen, en telkens is het anders. Hoezo? Het is immers zo dat de psychiater iets vindt van en iets doet met het verhaal dat de patiënt vertelt. Hij ontwikkelt een idee over hoe het probleem of de stoornis bij déze patiënt in elkaar zit. Op basis daarvan formuleert hij een behandelplan of maakt hij een overeenkomst en bespreekt die met de patiënt. De patiënt heeft daar trouwens (wettelijk) recht op. Ik had dat wel een waardevolle aanvulling gevonden als met die informatie iets was gedaan, juist omdat het materiaal beschikbaar is. Hoe zit het nu met meneer Lagendijk en zijn geloofsvragen? Waarom werd mevrouw Tuinstra depressief en waarom is voor Johan een second opinion nodig? Daar geeft het boek geen rechtstreeks antwoord op.
Vroeger had je in de geneeskunde de eenvoudige regel ”als de therapie niet werkt is de diagnose misschien niet goed”. Zo simpel zal het niet zijn, maar hoe dan wel? De auteur had, anders gezegd, meer inzicht kunnen geven in de redeneringen, de afwegingen en de keuzes die de psychiater maakt.
De tweede opmerking betreft mijn indruk dat de auteur wel heel erg gericht is op een specifieke doelgroep van gelovigen. Waarom is dat? Het mag natuurlijk, maar nodig is het vanuit psychiatrische optiek helemaal niet. Voor zover ik weet zijn de adviezen en verklaringen helemaal niet zo specifiek voor een bepaalde (orthodox-christelijke) geloofsgroep en had de auteur wat dat betreft zijn focus wel breder kunnen houden, niet alleen richting andersgelovenden, maar ook richting niet-gelovenden, al is de laatste groepering lang zo niet goed onderzocht als de eerste. Het is een misverstand te denken dat geloven en spiritualiteit alleen een beschermende of belemmerende rol kunnen spelen bij een kleine rest van behoudende protestanten. Dat is, ik zou bijna zeggen gelukkig, niet zo. Om het breder te formuleren, bestaansoriëntatie is voor iedereen belangrijk en dient bij iedereen die zich met een psychiatrische ziekte meldt meegewogen te worden om na te kunnen gaan of het een positieve of negatieve bron van omgaan met deze ziekte is.
Boekgegevens
Wat depressie met je doet, Arie Jan de Lely; uitg. Boekencentrum Zoetermeer, 2012; ISBN 978 90 239 2150 9; 188 blz.; € 15,90.
Lees (via Digibron) ook:
Spreken is goud, over dwang en huiselijk geweld
Een chronisch gevoel van leegte, over burnout en borderline
Schizofreniepatiënt kampt met onbegrip en vooroordeel, over schizofrenie
“Er zijn geen hopeloze gevallen”, over zelfmoord