Noord-Koreaanse Hea-Woo vertelt tijdens Open Doorsdag over gevangenschap
ZWOLLE – „We hoeven niet bang te zijn voor de toekomst, want die is in Gods hand. Een beetje roeren in de pan doet ons geen kwaad, omdat we dan tot andere daden kunnen komen. Juist onder druk kunnen we het lijden van andere gelovigen beter begrijpen.”
Dat zei oprichter Anne van der Bijl van Open Doors, een organisatie die opkomt voor vervolgde christenen, zaterdag tijdens de Open Doorsdag. De bijeenkomst in de IJsselhallen in Zwolle trok ongeveer 6500 bezoekers, onder wie veel jongeren. De dag stond in het teken van volharden.
Joseph uit Irak, Hea-Woo uit Noord-Korea en Shoaib uit Afghanistan vertellen hoe zij volhielden onder uiterst moeilijke omstandigheden. Ook Anne van der Bijl, inmiddels 84 jaar, vertelt hoe hij het werk volhoudt. Hij loopt wat minder goed, maar zijn geest is helder. Binnenkort vertrekt hij naar Pakistan om mensen daar te bemoedigen.
Van der Bijl zegt niet bang te zijn voor de toekomst. Een beetje druk zal Nederlandse christenen meer begrip bijbrengen voor vervolgde christenen elders, zegt hij. En ook: „De wereld wacht op Jezus. Onze houding en ons gebed kunnen iets veranderen in de wereld. Het is onze opdracht de wereld te winnen voor Jezus.”
Van der Bijl vertelt van bijeenkomsten met leden van de taliban die hem vroegen of hij over Jezus komt vertellen. Er is voor hem nog een reden om niet bang te zijn voor de toekomst. „Ik ga met een blij gezicht door het leven, Jezus tegemoet.”
De 70-jarige Hea-Woo uit Noord-Korea is een toonbeeld van volharding. Ze zat in tien gevangenissen, zag een Noord-Koreaans strafkamp vanbinnen, werd gemarteld, vluchtte twee keer naar China en één keer naar Zuid-Korea, bleef haar weinige eten delen met medegevangenen en hield niet op om tegenover iedereen in haar omgeving te getuigen van Jezus.
Ze vertelt in een emotioneel betoog over de wonderen die ze beleefde, onder meer toen ze opgegeven was en toch beter werd. Ze vertelt over het moment dat ze de stem van God hoorde: „Mijn geliefde dochter, vrees niet, Ik zal je helpen” – wat ook daadwerkelijk gebeurde.
Hea-Woo getuigde van Jezus in een gevangenis in China, met als gevolg dat er drie mensen tot bekering kwamen. Ze getuigde van Jezus in het strafkamp waar ze met geloofsgenoten in een vies toilet samenkwam om God te loven. „God wees aan welke mensen ik over Hem moest vertellen.”
Ze getuigde van Jezus toen ze tussendoor vrij was in haar eigen land en stichtte ook daar een kleine geheime kerk. Nu wil ze zendeling worden.
Joseph, zoon van een stamhoofd uit Irak, vertelt dat hij de eerste van zijn familie was die met het Evangelie in aanraking kwam. Dat gebeurde toen hij in militaire dienst was. Hij dacht de christen die hij daar ontmoette te kunnen overtuigen van diens ongelijk, maar het tegengestelde gebeurde: Joseph, die eerst Mohammed heette, werd christen.
Na deze ingrijpende verandering richtte zijn vader een pistool op zijn hoofd van zijn zoon toen hij hoorde dat deze christen was geworden.
Joseph kwam in de gevangenis terecht en werd gemarteld. Daarna week hij met zijn gezin uit naar Jordanië, maar ook daar bleek hij niet veilig. Zijn familie vond hem en schoot hem in zijn been. Toen ging hij naar Frankrijk. Joseph wordt nog gezocht door zijn familie, maar hij heeft volhard. ”Duur betaald”, heet het boek dat hij schreef.
Andrew White, een anglicaanse priester in de Iraakse hoofdstad Bagdad, houdt stand in de gevaarlijkste stad van de wereld. In een nabijgelegen kerk werd een grote aanslag gepleegd, vertelt hij. En eens werden elf van de dertien dopelingen van zijn kerk bij een aanslag gedood. Maar hij mag zijn werk blijven doen in een groeiende gemeente.
Een deel van de kerkgangers bestaat uit moslimvrouwen. „Ze komen naar ons toe omdat ze liefde van ons ontvangen hebben. We geven hun voedsel, medische hulp en onderwijs. Ze zeggen dat die hulp iets met Jezus te maken heeft en bezoeken de diensten. We ervaren veel lijden, maar ook veel blijdschap,” zegt hij. Van zijn hand verscheen onder meer een boek dat in het Nederlands is vertaald onder de titel ”Geloof onder vuur”.
De Afghaan Shoaib vertelt dat hij een van de eerste Afghanen was die tot het christendom overgingen aan het eind van de vorige eeuw. Toen was er nog maar een handjevol christenen in Afghanistan, nu zijn er duizenden. Shoaib zendt vanuit een buurland christelijke televisieprogramma’s uit om zijn volksgenoten te bereiken. Al meer dan 500 Afghanen hebben dit jaar op die programma’s gereageerd. Met velen van hen heeft hij gebeden. Opvallend genoeg zijn de meeste Afghaanse christenen mannen.
Er is een groot tekort aan Bijbels, aldus Shoaib. Hij stuurt sms’jes met Bijbelteksten, die de Afghanen vervolgens doorsturen aan familieleden. „God is Afghanistan aan het veranderen”, zegt hij hoopvol. Zijn droom is dat hij op een dag tv-programma’s kan maken voor allerlei groepen van de bevolking en dat veel volksgenoten door het geloof in Jezus genezen zullen worden van hun oude wonden.
Tijdens de bijeenkomst werden twee kinderboeken gepresenteerd: ”Live uit Bagdad” van Eeuwoud Koolmees en ”Ik wil geen andere papa” van Open Doors en Michel de Boer.