„Teellinck verteerd door vroomheid”
HAAMSTEDE – „Teellinck werd verteerd door twee dingen: innerlijke vroomheid en een leven toegewijd aan God”. Dat zei ds. J. Th. Pronk, hervormd predikant van Sirjansland, zaterdag tijdens een kerkhistorische middag in de hervormde kerk in Haamstede.
De middag werd georganiseerd door de mannenverenigingen van Sirjansland, Tholen en Goeree-Overflakkee. Centraal stond het boek ”Het nieuwe Jeruzalem” van de Nederlandse oudvader Willem Teellinck. De inhoud van dit boek is een tweegesprek tussen de Heere Jezus en Maria over het geestelijke leven.
Ds. Pronk wees erop dat Teellinck van 1606 tot 1613 in Haamstede predikant was en op dezelfde preekstoel stond waar hij nu een lezing hield. „Wat zou Teellinck ervan gevonden hebben dat wij vanmiddag een kerkhistorische middag over hem houden?” vroeg de predikant zich af. Hij bepaalde de ongeveer veertig aanwezigen bij de tijd waarin Teellinck leefde: die van de Tachtigjarige Oorlog en het Twaalfjarig Bestand, de tijd van de remonstrantse twisten en de Dordtse Synode.
In zijn boek ”Het nieuwe Jeruzalem” spreekt een hart dat alles in de Heere Jezus ziet, „dat weent van liefde tot Jezus.” Het boek gaat over bevinding. Om duidelijk te maken wat bevinding is, legde ds. Pronk uit dat mensen op een verstandelijke manier met het geloof kunnen omgaan. „We weten precies hoe het zit. Dan is er het gevaar van een dode orthodoxie. Aan de andere kant van het spectrum bestaat het gevaar van doorschieten in een puur individualistisch gevoel, zeker in onze huidige belevingscultuur.
Daarom is aandacht voor bevinding nodig. In het woord ”bevinding” zit iets van ondervinden, ervaren. Maar tegelijkertijd gaat het in bevinding om het geloof. Geloven is een zeker weten. Het geloof zegt: ik vertrouw honderd procent op Gods Woord. Bevinding heeft alles te maken met God ontmoeten.”
Bevinding, zo vervolgde de predikant, heeft een dialogisch karakter: „In de bevinding spreekt God met u, en u spreekt met God.” Hij wees er op dat dit ook in ”Het nieuwe Jeruzalem” naar voren komt. „Het dialogisch karakter blijkt bijvoorbeeld uit de vraag-en-antwoordvorm waarin het boek geschreven is.” Verder sprak ds. Pronk van een actueel boek. „De vraag komt aan de orde: wat zijn de voordelen van een godzalig leven? Dat is een vraag die modern is.”
Teellinck gaat in zijn boek ook in op de uitverkiezing, een thema dat toen bijzonder actueel was vanwege de twisten met de remonstranten. „Teellinck zegt: Daar moet je niet mee bezig zijn. Je moet alleen letten op het Woord. Teellinck wijst altijd terug op het Woord.”
H. Uil, archivaris van de gemeente Schouwen-Duiveland, belichtte het kerkelijk leven in de tijd van Teellinck. Hij gaf aan dat in de tijd van Teellinck het aantal kerkgangers toenam. „Aantallen kan ik echter niet noemen omdat er in die tijd geen statistieken werden bijgehouden. Men was hier huiverig voor vanwege wat in de Bijbel staat over David die een volkstelling hield en daarom gestraft werd.”
Verder gaf Uil aan dat de predikant vroeger niet, voorafgaand aan de kerkdienst, met de kerkenraad bijeenkwam in de consistorie. Vanaf de straat liep hij rechtstreeks naar de kansel. „Het bewijs daarvoor is de knop op de preekstoel. Predikanten die een toga met baret dragen, gebruiken die nog wel om hun baret op te hangen. Maar vroeger diende die om de hoed van de predikant aan op te hangen.”
Ook stelde de archivaris dat er tijdens de dienst slechts één psalm werd gezongen. „De preek werd in één ruk afgemaakt. Dus ook bij de toepassing bijvoorbeeld werd niet gezongen. Dat zie je ook aan de psalmbordjes: daar kan maar één psalm op.”
Tijdens de middag werden enkele psalmen gezongen in de berijming van Datheen.