In 1975 neemt Volvo DAF-personenauto’s over. Een kwart blijft eigendom van de overheid. De fabriek heet voortaan Volvo Car BV.

Eind jaren 80 wordt het idee geboren om in één fabriek auto’s voor twee merken te bouwen, met hetzelfde onderstel. In 1991 stapt Mitsubishi in het project. Volvo, Mitsubishi en de Nederlandse Staat bezitten elk een derde van de aandelen en investeren 3 miljard gulden in de nieuwe fabriek. In 1992 wordt Volvo Car omgedoopt tot NedCar.

In 2000 rollen er bijna 215.000 auto’s van de band. Het jaar daarop wordt Mitsubishi voor 100 procent eigenaar van NedCar.

In 2004 trekt Volvo de stekker eruit en vertrekt uit Born. Mitsubishi is inmiddels in zee gegaan met DaimlerChrysler als nieuwe partner. Beide bedrijven beginnen in 2004 met de productie van de Colt en de Smart Forfour. In 2004 zegt NedCar het contract van 900 tijdelijke medewerkers op. Een jaar later worden bijna 370 mensen ontslagen en nog eens 300 gedetacheerd.

In 2006 worden er nog 130.000 auto’s gemaakt. In juli 2006 stopt DaimlerChrysler met de ForFour en trekt zich helemaal terug uit NedCar. Dat leidt tot arbeidsonrust, demonstratieve acties en een staking. Gevreesd wordt voor de banen van de 3000 werknemers. In 2006 en 2007 maakten 1200 mensen gebruik van een vrijwillige afvloeiingsregeling. Desondanks moesten 74 mensen worden ontslagen. In 2008 begint Mitsubishi in Born met de productie van de Outlander. Bijna tegelijkertijd slaat de wereldwijde crisis toe.

Momenteel werken er nog 1500 mensen van 20 nationaliteiten. Dat aantal is berekend op de productie van jaarlijks 70.000 auto’s. Velen werken er al langer dan 20 jaar. De gemiddelde leeftijd is rond de 50.

Personeel NedCar zat lang in onzekerheid

DEN HAAG (ANP) – Na een lange periode van onzekerheid is er maandag formeel duidelijkheid gekomen over de doorstart van autofabriek NedCar nu Mitsubishi er na dit jaar geen auto’s meer laat maken. Een overzicht van de gebeurtenissen:

December 2010: Mitsubishi maakt bekend dat NedCar tot eind 2012 de Colt en Outlander kan blijven produceren, maar dat het de opvolger van de Mitsubishi Colt niet in Born laat maken. Bekeken wordt of de fabriek kan worden voortgezet door bijvoorbeeld andere automerken af te leveren.

Januari 2011: Minister Maxime Verhagen (Economische Zaken) geeft aan dat NedCar zelf een manier moet vinden om zich te bewijzen. De overheid zal er -binnen de mogelijkheden- wel alles aan doen om het bedrijf te helpen.

April 2011: Ondanks de onzekere toekomst vraagt NedCar een loonoffer van het personeel om de kosten te verlagen en de verliezen te beperken.Tijdelijk loon inleveren zou de Japanse eigenaren mild kunnen stemmen, maar de werknemers willen geen salaris inleveren.

November/december 2011: Werknemers leggen (voor het eerst) het werk neer omdat Mitsubishi steeds maar geen duidelijkheid geeft over de toekomst. Ook minister Verhagen dringt bij Mitsubishi aan op een snel besluit.

Februari 2012: Mitsubishi kondigt aan dat het nog dit jaar de productie van auto’s in Europa, dus ook in Born, stopt vanwege „het nadelige zakenklimaat”. Het bedrijf wil wel meewerken aan een eventuele doorstart van NedCar. De directie wil de fabriek aan het eind van het jaar sluiten. Zo’n 1000 werknemers demonstreren in Den Haag tegen de voorgenomen sluiting.

April 2012: VDL Groep uit Eindhoven voert gesprekken over een mogelijke overname van NedCar.

Juni 2012: BMW praat met NedCar over de mogelijke productie van auto’s in Born.

Juli 2012: Mitsubishi bereikt een principe-akkoord met VDL Groep over de verkoop van de NedCarfabriek. BMW bevestigt dat het Mini’s wil laten maken in Born. VDL-directeur Wim van der Leegte wil ook andere autoproducenten binnenhalen bij NedCar.

Oktober 2012: VDL maakt bekend dat de contracten zijn getekend.

VDL de grootste van zijn soort in Europa

EINDHOVEN (ANP) – De Eindhovense VDL Groep, fabrikant van onder meer bussen en onderdelen voor auto’s en machines, neemt de NedCarfabriek over van het Japanse Mitsubishi. Maandag zijn de contracten getekend. NedCar is de enige grote autofabriek van Nederland, met een capaciteit voor circa 200.000 auto’s per jaar op basis van twee ploegendiensten.

VDL (Van Der Leegte Groep) is een van de grootste ondernemingen in zijn soort in Europa. Sinds de oprichting in 1953 is de onderneming uitgegroeid tot een onderneming met 81 bedrijven, verspreid over 18 landen en heeft ongeveer 7.400 medewerkers in dienst. Het bedrijf, met het hoofdkantoor in Eindhoven, werd opgericht door Pieter van der Leegte.

De eerste klanten van het bedrijf waren Philips en Daf Trucks. Tegenwoordig heeft VDL drie divisies: toeleveringen, bussen en eindproducten. De meeste bedrijven van VDL zijn werkzaam in de metaalverwerkende industrie.

Het familiebedrijf behaalde in 2011 een recordomzet van 1,72 miljard euro en een nettowinst van 66 miljoen euro. De busdivisie, goed voor bijna een kwart van de totale omzet, kende wel een lastig jaar. Door de slechte economische situatie en bezuinigingen worden vooral in het openbaar vervoer in Nederland en België bijna geen bussen meer vervangen. Maar dat werd ruimschoots gecompenseerd door goede resultaten bij de overige bedrijfsonderdelen, die profiteerden van een opleving van vooral de automobielindustrie.

Afgelopen week plaatste vervoerbedrijf Arriva een grote order bij VDL en bestelde 275 bussen die moeten worden ingezet in noord-Nederland. Veel van de bussen zullen ook in het noorden des lands worden geproduceerd.

BMW: van vliegtuigmotoren tot Mini’s

AMSTERDAM (ANP) – BMW, dat Mini’s gaat laten maken bij NedCar in Born, begon oorspronkelijk als een fabriek voor vliegtuigmotoren. Na de Eerste Wereldoorlog moest deze productie worden gestaakt, waarna werd overgeschakeld op motorfietsen en later auto’s. Tijdens de Tweede Wereldoorlog maakte de Bayerische Motoren Werke overigens opnieuw vliegtuigmotoren voor de Luftwaffe.

De financiële hoogtijdagen van het bedrijf kwamen vanaf de jaren 60, toen BMW iets kleinere en snellere modellen ging produceren. Het bedrijf maakte naam met onder meer de ‘Neue Klasse’-modellen en de 6-serie.

In 1994 nam BMW het Britse Rover over, maar het verlieslatende bedrijf werd na enkele jaren opgesplitst en weer afgestoten. De Duitse autoproducent hield wel de rechten voor de productie van de nieuwe Mini, die in 2001 werd gelanceerd.

De Mini wordt voornamelijk in Groot-Brittannië gemaakt, met daarnaast een productiefaciliteit in Oostenrijk. Born wordt nu eveneens een satelliet voor de Britse fabrieken.

Behalve de merken BMW en Mini valt ook Rolls Royce onder de namen die BMW in bezit heeft. De Duitse fabrikant kocht in 1998 het recht om auto’s onder die naam te produceren.

BMW verkocht in 2011 een recordaantal van 1,67 miljoen auto’s. Daarmee behaalde het concern een winst van ruim 4,9 miljard euro en een omzet van 68,8 miljard euro.