Tranen waaien weg in de wind
Lijnen met witte lappen. Dansend in de wind. Dreigende wolkenluchten maken een Hollands plaatje compleet. Maar wat is het eigenlijk? De luierwas van de kinderafdeling van een ziekenhuis? De inhoud van een linnenkast, gewassen door een overijverige huisvrouw?
Het zijn zakdoeken. Heel grote zakdoeken. Ze vertellen een verhaal. Het is het verhaal van de watersnoodramp in 1953. Of om preciezer te zijn, het verhaal van de tranen die vloeiden na de watersnood. Menig zakdoek is toen doordrenkt. Deze zakdoeken geven de tranen mee aan de wind.
De zakdoeken zijn te zien in het Zeeuwse Ouwerkerk, bij het Watersnoodmuseum. Diverse vrijwilligers hebben onder leiding van kunstenares Wia Stegeman gewerkt aan dit kunstobject. Niet minder dan 1200 zakdoeken werden er gemaakt, die vervolgens aan lijnen werden bevestigd. De lijnen werden gespannen tussen 200 fruitboompalen. Het kunstobject heeft de vorm en de omvang van een caisson.
Het object is onderdeel van de expositie ”Dijken van Wijven, Over Vloed” en is tot en met 26 augustus te bekijken bij het Watersnoodmuseum.