VN en Frankrijk: burgeroorlog in Syrië
NEW YORK/DAMASCUS (ANP/AFP/RTR) – De gevechten in Syrië zijn uitgedraaid op een burgeroorlog. Dat zei de chef vredesmissies van de Verenigde Naties, de Fransman Hervé Ladsous. Het is de eerste keer dat de VN het beladen woord in de mond nemen.
Volgens Ladsous hebben de opstandelingen grote delen van Syrië, waaronder verscheidene steden, veroverd op het regime. Dat probeert het terrein met grof geweld te heroveren.
Ook Frankrijk sprak woensdag van een burgeroorlog. „Wanneer groepen uit dezelfde bevolking zo uit elkaar zijn gescheurd en elkaar vermoorden, als dat geen burgeroorlog is, dan bestaat er geen naam voor wat gebeurt”, zei minister van Buitenlandse Zaken Laurent Fabius.
Het Syrische regime ontkent dat het land in een burgeroorlog verkeert. Damascus vindt dat het in oorlog is tegen terroristen. Ook de oppositie stelt dat er geen burgeroorlog is. „Dat maakt de moordenaar gelijk aan het slachtoffer en negeert alle bloedbaden van het regime”, aldus een opstandelingenraad.
De gevechten in Syrië zijn de afgelopen weken opgelaaid. Ladsous spreekt van een „massieve toename van het niveau van geweld”. Westerse landen vrezen nieuwe bloedbaden. Zo hebben de rebellen zich in de nacht van dinsdag op woensdag teruggetrokken uit de noordwestelijke plaats Heffah, niet ver van de grens met Turkije. Tanks van het regeringsleger waren tot vlakbij de stad gereden en helikopters schoten op rebellen in Heffah. VN-waarnemers wilden begin deze week naar de plaats toe, maar werden belaagd door burgers en onbekende schutters.
Eerder waren er moordpartijen in de plaatsen al-Qubeir en Houla. Daar werden in totaal bijna 200 mensen afgeslacht, onder wie kleine kinderen.
Met het geweld in Syrië neemt ook de ruzie tussen de wereldmachten toe. De Verenigde Staten zeggen dat Rusland ondanks de bloedige strijd gevechtshelikopters blijft leveren aan het bewind. Dat mag weliswaar, omdat er geen wapenembargo is, maar volgens Washington zal het conflict daardoor „behoorlijk dramatisch escaleren”.