EMG-directeur B. Visser: Nieuwswaardig stopt in deze vorm
De proef met nieuwsuitzendingen op vijf avonden per week onder de titel Nieuwswaardig is niet geslaagd en wordt niet voortgezet. Een van de redenen om niet verder te gaan met een nieuwsuitzending is dat een deel van de achterban door zo’n programma vervreemd raakt van de Erdee Media Groep (EMG).
Dat hebben de bestuurscolleges van EMG besloten na een grondige evaluatie. EMG-directeur B. Visser houdt van duidelijke communicatie. „Het is gewoon niet geslaagd. Tegelijk zeg ik: er was wel heel veel goeds en ik heb groot respect voor de enorme inzet van de collega’s die in december een maand lang keihard aan dit project gewerkt hebben. Het feit dat de belasting voor onze medewerkers die zich voor dit project inzetten onverantwoord groot was, is trouwens ook een reden om dit programma niet voort te zetten.”
Reeds gedurende de proefuitzendingen gaf Visser uitgebreid uitleg naar aanleiding van de reacties die binnenkwamen. Die meningen waren verdeeld, maar het merendeel van de reacties van lezers van het RD was negatief. „Dat verbaasde ons in die zin dat we veel reacties inhoudelijk onder de maat vonden”, zegt Visser. „Kritiek is prima. Er wás ook kritiek te leveren. Ik noem bijvoorbeeld de muziektune aan het begin van het programma. Dat had anders gekund. Nu leek het wel heel erg op het NOS Journaal. Principiële kritiek leveren, is noodzakelijk. Dat hebben we ook aan abonnees gevraagd. Maar soms waren de verdachtmakingen in onze richting kwetsend. Dat heeft ons bezeerd. Dat mensen ervan uitgaan dat wij hier verkeerde bedoelingen mee hadden, doet extra pijn omdat wij steeds duidelijk hebben gemaakt dat dit voor ons een proefproject zou zijn. Vervolgens zou er een grondige evaluatie volgen en dan zou bezien worden of we dit project wilden voortzetten of niet. Niet dus, zo hebben we nu met elkaar besloten. Maar veel mensen die reageerden, wisten zeker dat we wél door zouden gaan en dat het ons uiteindelijk allemaal om het geld te doen was, of om de acceptatie van de tv te bevorderen. Dat slaat nergens op.”
Uit onderzoek is gebleken dat van de ondervraagden die meerdere afleveringen bekeken 63 procent vindt dat het RD dit initiatief moet voortzetten. Nog eens 17 procent is voor voortzetting, maar dan compacter. Een meerderheid van 80 procent wil verder, en toch besluit u te stoppen.
„Zomaar wat cijfers uit zo’n onderzoek halen, werkt altijd verwarrend. Er zijn meer cijfers te geven, maar het is een feit dat de meerderheid van de kijkers vindt dat er een vervolg zou moeten komen. We nemen onze besluiten echter niet alleen op grond van zulke cijfers. Vooraf is heel goed overwogen of we wel aan zo’n proef zouden willen meewerken. We hebben ja gezegd op het verzoek van de Reformatorische Omroep (RO), omdat uit onderzoek bleek dat er behoefte was aan een programma als alternatief voor onder andere het NOS Journaal. Net als destijds bij de oprichting van de krant wilden we ook nu een alternatief bieden voor de seculiere media. Maar een deel van onze achterban heeft hier moeite mee, en dat weegt voor ons zwaar. Daarbij moeten we ook eerlijk zijn: financieel en organisatorisch is de klus voor ons simpelweg te groot. We kunnen dit als relatief klein mediabedrijf niet aan.”
Uit het onderzoek blijkt ook dat vooral jongeren de nieuwsuitzendingen niets vonden toevoegen.
„Dat klopt. Blijkbaar is voor hen zo’n programma plat gezegd te oubollig. Ze zijn al zo gewend aan het NOS Journaal dat ze Nieuwswaardig amateuristisch vonden. We hebben bij Nieuwswaardig bewust gekozen voor meer tijd per onderwerp dan de NOS, zodat er meer diepgang in de items zat, maar kennelijk ligt daar niet de voorkeur van de jongere generatie. En gezien het budget en de menskracht die de RO en EMG voor dit programma konden inzetten, kan dat natuurlijk ook nooit concurreren met het NOS Journaal. Dat wisten we ook vooraf.”
Aan de ene kant is er dus een deel van de achterban dat een dergelijk programma principieel afwijst, terwijl aan de andere kant een deel van de achterban het allemaal niet ver genoeg vindt gaan.
„Dat is de spagaat waarin wij zitten. Wat de groep met de principiële bezwaren betreft kun je zeggen dat het niet minder opvallend is dat een programma als Nieuwswaardig wordt afgewezen, terwijl we nauwelijks bezwaren horen tegen de losse video’s die we aanbieden op onze website. Een echt principieel verschil is er namelijk niet, sterker nog: de onderwerpen van Nieuwswaardig waren nog meer afgestemd op de achterban. Wat de jongeren betreft blijkt er helemaal geen behoefte meer aan eigen nieuwsuitzendingen omdat het RD het volgens hen toch nooit beter kan doen dan de seculiere media. Tussen die twee polen bewegen we ons.”
Er wordt wel gezegd: het RD laat zich gijzelen door een klein deel van de achterban.
„Er wordt zo veel gezegd. Ik houd het graag bij de feiten. En die zijn dat een deel van onze achterban inderdaad grote moeite heeft met het aanbieden van een programma als Nieuwswaardig, dat wordt gezien als een tv-journaal. Dat is trouwens bepaald geen vreemde opvatting. Het RD is in 1971 immers opgericht om een dam op te werpen tegen de seculiere media, waaronder het medium tv nadrukkelijk gerekend werd. Tegelijkertijd is het zo dat de komst van internet de zaken veranderd heeft. De meerderheid van de abonnees die op principiële gronden geen tv in huis heeft, kijkt op internet wel naar allerlei programma’s via Uitzending Gemist. Voor hen wilde Nieuwswaardig een alternatief bieden dat beter bij hen zou passen. Maar als dat alternatief aan de ene kant wordt gekwalificeerd als te amateuristisch en niets toevoegend aan het bestaande aanbod, en aan de andere kant als drempelverlagend en principieel onjuist, dan moet je je afvragen of je ermee door moet gaan. Voor ons is de uitkomst van dat denkproces dat we dit niet in deze vorm voortzetten. Nogmaals: ook omdat het financieel en organisatorisch voor ons een te grote klus is.
Leidinggeven aan een pluriforme achterban als die van het Reformatorisch Dagblad betekent zeker niet dat je op grond van meerderheden besluiten neemt. Dat doe je primair op grond van principiële en secundair op grond van organisatorische afwegingen. Ook dat onderscheidt een mediabedrijf als EMG van veel andere mediabedrijven. Als er een onderzoek zou zijn dat zou uitwijzen dat een meerderheid van onze abonnees sportverslaggeving in de krant wil, zullen we dat toch niet doen.”
Nieuwswaardig was een gezamenlijk project van het RD en de Reformatorische Omroep. Hoe beviel die samenwerking?
„Die samenwerking was niet nieuw. We werken veel vaker samen en zullen dat ook blijven doen. Die samenwerking was en is goed en naar tevredenheid. Wel is het zo dat veel kijkers niet doorhadden dat het RD alleen inhoudelijk verantwoordelijk was voor de twintig minuten Nieuwswaardig en niets te maken had met het avondprogramma dat door de RO werd uitgezonden.”
Welke lessen trekt u uit deze proef?
„Dat de reacties vanuit de achterban zich moeilijk laten voorspellen. Ook is het blijkbaar heel moeilijk om lezers duidelijk te maken hoe we hier als EMG in staan. Het was voor ons geen opzetje om de achterban tv-uitzendingen op te dringen. Maar dat wordt ons wel verweten. Veel reacties waren hartenkreten. Zo hebben we ze ook gewogen. Maar worden ónze diepste intenties wel goed geproefd? En hoe zorgen we ervoor dat onze jongeren niet verdwalen op internet, maar ook daar kunnen drinken uit zuivere bronnen? We doen op Puntuit, in de krant en op internet, al veel voor jongeren, maar wat kan er beter? Dat zijn vragen waar we ons het hoofd over breken. En daarbij vragen we ook het meedenken van de abonnees. Boven alles hebben we de voorbede nodig van onze lezers.”
Nieuwswaardig wordt niet voortgezet. Hoe nu verder?
„We zullen video’s op onze site blijven aanbieden, maar niet in de vorm van zulke nieuwsuitzendingen. Mogelijk dat we de losse video’s in de toekomst op een wat andere manier gaan presenteren. Meer geclusterd wellicht, of op een aparte webpagina. Daarover denken we nog na. Maar Nieuwswaardig komt in deze opzet niet terug.”
Zie ook:
Dagelijks videojournaal Nieuws/waardig via refdag.nl
Discussie videojournaal RD en RO moet eerlijk en open gevoerd worden.