Al zeventien jaar mogen kerkgenootschappen in New York op zondag gebruikmaken van de aula’s van openbare scholen voor het houden van kerkdiensten. Het stadsbestuur haalde enkele weken geleden een streep door die mogelijkheid, omdat het gebruik van openbare ruimten voor gebedssamenkomsten niet zou passen bij de neutrale overheid.

Vrijdag boog zich een federale rechtbank over de kwestie, naar aanleiding van een zaak die was aangespannen door een kleine evangelicale kerk uit de wijk The Bronx. Daarbij oordeelde de rechter dat het stadsbestuur in de kwestie een verkeerde weging had gemaakt van grondrechten.

Volgens de rechter weegt het belang van vrijheid van godsdienst zwaarder dan het grondrecht dat de overheid alle burgers gelijk moet behandelen. „Naar de mening van deze rechtbank is het een grotere bedreiging voor de democratische samenleving wanneer iemand het recht verliest om zijn of haar religieuze overtuiging volledig en in vrijheid te kunnen uitoefenen”, aldus de rechter.

De stelling van het stadsbestuur dat de overheid neutraal moet zijn en dus geen kerken kan toelaten diensten te houden in openbare gebouwen, noemde ze een „verkeerde waarneming” van de wetgeving rond de neutrale rol van de overheid.

De advocaat van de kerk in The Bronx die de rechtszaak aanspande, toonde zich verheugd over de uitspraak. Volgens hem kan het niet zo zijn dat kerken geen recht krijgen om aula’s van scholen te gebruiken, terwijl allerlei niet-religieuze organisaties dat wel probleemloos kunnen.

De rechterlijke uitspraak vormt nog niet het einde van de onenigheid rond het onderwerp. De uitspraak van vrijdag heeft alleen geldigheid voor de kerk die de zaak aanspande. Daardoor kan het nog even duren voordat alle kerken die voorheen gebruikmaakten van schoolgebouwen, die mogelijkheid weer krijgen.