Coevorden-Ommen, 42 kilometer
Grapjassen, die Coevordenaren. „Werken fascineert me. Ik kan er urenlang naar kijken”, meldt een automobilist door middel van een sticker achter op zijn voertuig. Een luttele minuut later treffen we bij een benzinestation vier clowns aan.
Dan een toeschouwer in een villabuurt aan de rand van Coevorden: „Ze wil niet meer.” De opmerking is gericht aan een bruidegom, gezeten in een chique koets, voortgetrokken door vier paarden. De man haalt zijn bruid op. Voor het tafereel is de pers uitgerukt.
Ook wel geinig: een stuk verder op de route zijn bij Gramsbergen dames aan het voetballen. Er is deze zaterdag een toernooi voor de vrouwen op touw gezet. Mevrouw de keeper leunt tegen de doelpaal. „Het is lekker rustig. Ik heb nog geen bal gehad.” Rond de middenstip trapt een speelster over de bal. Het blijft damesvoetbal.
Via een fraaie route langs de Vecht belanden we in Hardenberg. Daar staan we oog in oog met een borstbeeld van ds. F. Slomp, alias Frits de Zwerver, een verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. ”Voor allen die ons een toekomst gaven”, meldt een inscriptie.
De weg naar Ommen is een lust voor het oog. Het landschap golft en geurt naar gemaaid gras. Verkeer is in geen velden of wegen te bekennen. Niet voor niets omschreef W. C. H. Staring, grondlegger van de geologie in ons land, in 1858 het gebied tussen Ommen en Coevorden als „eene onafgebrokene woestenij.”
Bij ANWB-paddestoel 24689, 1,5 kilometer van Rheeze, wordt handel bedreven. Te koop: rode bessen, per bakje 60 eurocent.