Fruytier Scholengemeenschap bouwt afstandsonderwijs uit
Fruytierleerlingen wonen in Gelderland en Overijssel. En in Albanië, Ethiopië, Guinee, Malawi, Peru en Thailand. De komende tijd wil de school het afstandsonderwijs verder uitbouwen. „Er zijn veel meer leerlingen die hiervan gebruik zouden kunnen maken.”
Veertien leerlingen heeft de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap inmiddels in het buitenland. „Er zijn –voor zover wij weten– geen andere middelbare scholen die zich met onderwijs op afstand bezighouden; ze laten dat doorgaans over aan de Wereldschool”, zegt directielid J. Kloosterman. „Ons afstandsonderwijs –onder de naam Christian Education Abroad– werd in 2007 opgezet toen een gezin uit de achterban naar het buitenland vertrok. De ouders vroegen zich af of onderwijs volgens eigen identiteit mogelijk was. Regulier onderwijs (door bijvoorbeeld de Wereldschool) pretendeert neutraal te zijn, maar dat is onmogelijk. Ook jongeren op afstand hebben identiteitsgebonden toerusting en vorming nodig, voor nu en voor als ze terugkeren naar Nederland.”
Inmiddels doen meer kinderen mee van wie de ouders door de Gereformeerde Zendingsbond, de zending van de Gereformeerde Gemeenten of van de Hersteld Hervormde Kerk zijn uitgezonden. Andere ouders zijn voor een ontwikkelingsorganisatie werkzaam of hebben een eigen bedrijf. Met het oog op de toekomst kiezen ze voor hun kinderen het Nederlandse schoolsysteem.
Het afstandsonderwijs past goed in de internationalisering waarmee de Fruytier bezig is. „Elke afstandsleerling krijgt buddy’s hier binnen de school. Die leerlingen krijgen de medeverantwoordelijkheid voor het doorgeven van een deel van de lesstof, de lesplanning, het beantwoorden van vragen en het sturen van aantekeningen. Hun belangrijkste taak is echter het onderhouden van sociale contacten via e-mail en chat. Christen zijn in een andere samenleving brengt ook andere problemen en kansen met zich mee. Daarover ontstaan ‘gesprekken’. Op die manier zijn de toerusting en vorming wederzijds.”
Uitleg op afstand
Behalve een groep leerlingen zijn tientallen vakdocenten bij het project betrokken. Twee docenten fungeren als mentor; een van hen is ook coördinator.
„We hebben drie jaar nodig gehad om het goed op poten te zetten, want er komt nogal wat bij kijken”, zegt Kloosterman. „De mentor is de spin in het web voor de communicatie met leerlingen, ouders, buddy’s en collega’s. Het onderwijs moet tot in detail worden gepland. Alle partijen tekenen een protocol waarin de regels staan verwoord.
En hoe geef je onderwijs? We hebben het gebruik van Skype overwogen, maar dat is niet in alle landen mogelijk. Een mondeling Engels oefen je normaliter in de klas, maar dat gaat bij deze leerlingen niet, dus je zoekt of er geschikte software is om hen te ondersteunen. Je moet accepteren dat sommige dingen wat minder worden geoefend; andere misschien juist wat meer. Over al die plussen en minnen praten we met de ouders.”
Nauw betrokken
Elk gezin wordt minimaal eens in de twee jaar bezocht. „Zelf ben ik naar Frankrijk geweest, waar een echtpaar probleemjongeren opvangt in een verbouwde wijnboerderij. Ik heb de gesprekken met de ouders als heel bijzonder ervaren. Zij zijn nauw betrokken bij het onderwijs en hebben hun kind de hele dag in huis. Het vraagt van de ouders veel: structureren, disciplineren en soms uitleg geven.”
Het afstandsonderwijs is beschikbaar voor havo- en lyceumleerlingen. De school denkt na over toevoeging van de theoretische leerweg van het vmbo. Bij de andere leerwegen is dat vanwege de praktische vakken niet mogelijk.
Tot nu toe zijn alle leerlingen geslaagd. „Er zijn zelfs nogal wat leerlingen overgestapt naar een hoger niveau: havisten werden vwo’ers. Kinderen blijken zelfstandig tot veel in staat; ze stijgen soms boven zichzelf uit. Dat zwengelt ook binnen de school de discussie over de onderwijsniveaus aan.”
De leerlingen brengen de tweede helft van het examenjaar in een Nederlands kostgezin door, zodat ze op school allerlei dingen kunnen afronden en het examen kunnen afleggen.
Langdurig ziek
De Fruytier wil het afstandsonderwijs graag uitbouwen. „De komende maanden gaan we in gesprek met zendings- en ontwikkelingsorganisaties. Er zijn veel meer gezinnen uit onze gezindte in het buitenland die hiervan gebruik kunnen maken”, zegt Kloosterman. „Ik weet dat er zich nogal wat gezinnen bij de Wereldschool hebben gemeld, maar daar ontbreken de identiteitscomponent, de buddystructuur en de mogelijkheid om volledig mee te draaien in het schoolcurriculum. Die leerlingen wil je ook reformatorisch onderwijs aanbieden.
Organisatorisch zou het eveneens gemakkelijker zijn als we meer leerlingen zouden hebben. Dan kunnen we bijvoorbeeld een mentor voltijds inzetten en meer vakdocenten een vaste taak geven.
De kosten per leerling zouden erdoor dalen. De ouders –of hun zendende organisaties– betalen nu 6000 euro per leerling per jaar; overigens minder dan bij andere instellingen.
Afstandsonderwijs is ook bruikbaar voor kinderen die langdurig ziek zijn. Daarnaast maken we gemiddeld vijf tot zes keer per jaar mee dat een leerling in een instelling moet worden opgenomen. Zowel binnen als buiten de Nederlandse grenzen is afstandsonderwijs daarom een optie.”
Familie Klopstra, Zomba, Malawi
Naar de dichtstbijzijnde internationale school is het anderhalf uur rijden. Die mogelijkheid verviel voor Hannah (15 jaar, vwo 3) en Erik (13 jaar, vwo 2) eigenlijk meteen. Ds. Klopstra en zijn vrouw noemen nog een afweging: „Wanneer de kinderen na jaren onderwijs op een internationale school voor vervolgstudie naar Nederland gaan, zou het niveau van de Nederlandse taal hen op achterstand kunnen stellen. Voordeel van een internationale school is dat de kinderen dagelijks contact met leeftijdgenoten hebben. Gelukkig woont er vlakbij een collega met kinderen in dezelfde leeftijd die ook afstandsonderwijs volgen.
Op de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap hebben onze kinderen het voordeel dat ze gekoppeld zijn aan een klas. Het afstandsonderwijs van de Fruytier heeft bovendien godsdienst in zijn lesprogramma, wat aansluit bij wat wij als ouders wensen.
We merken een hartelijke betrokkenheid van docenten op het afstandsonderwijs. De school kijkt goed mee of de kinderen volgens hun planning werken. Ze krijgen hierin persoonlijke begeleiding van een mentor.
De kinderen kunnen via Skype contact leggen met klasgenoten in Nederland. Niet alles gaat vlekkeloos, maar de inzet van de begeleidende docenten om naar oplossingen op maat te zoeken, stemt ons erg tevreden.
De keuze voor dit onderwijs betekent wel dat je als ouders, meer dan in een schoolsituatie, verantwoordelijkheid draagt voor en in de begeleiding betrokken bent bij het onderwijs van je kinderen.”
Elizabeth Visser, Thailand
Elizabeth woont al tien jaar in Thailand, omdat haar ouders zendelingen zijn. „We hebben vijf jaar in Bangkok gewoond, maar nu wonen we in een dorp in het noordoosten. Mijn vader preekt en mijn moeder leidt de zangdienst en de samenkomst voor kinderen.”
Ze vindt het erg prettig in Thailand en „zou nu niet in Nederland willen wonen.” Ook in Thailand heeft ze vriendinnen.
De lesdagen van Elizabeth zien er iets anders uit dan op de Fruytier het geval zou zijn. „Ik heb meestal van halfnegen tot vier uur les. Behalve op donderdag. Ik werk met dezelfde boeken als de scholieren in Nederland; het verschil is dat er niet verschillende klassen en leraren zijn. Ik zit alleen met mijn broertje in de klas. Maar gelukkig is er Skype. Ik skype bijna elke week met drie buddy’s uit mijn klas.”
Annemieke van Linden, Guinee
In augustus 2012 is het twaalf jaar geleden dat Annemieke (17) met haar ouders, broertje en zusje naar Guinee vertrok. Ze wonen in het dorp Garama.
De eerste jaren van het voorgezet onderwijs volgde Annemieke de lespakketten van IVIO Wereldschool. „Daar had ik totaal geen contact met andere jongeren; alleen met leraren, die ik nog nooit had gezien en met wie ik alleen over schoolzaken mailcontact had. Maar bij het afstandsonderwijs van de Fruytier zit je in een gewone klas en heb je regelmatig –en leuk– contact met je buddy’s.”
Aan het afstandsonderwijs valt best nog wel wat te verbeteren, maar toch weet Annemieke zeker dat ze er later voordeel van zal hebben. „Je leert erg zelfstandig werken en verantwoordelijkheid nemen. Dat kan goed van pas komen als je bijvoorbeeld gaat studeren. Bij afstandsonderwijs wordt van je verwacht dat je zorgt dat je alles binnen een jaar af hebt. Daarvoor moet je –niet altijd aanwezige– discipline hebben.
Wat typerend is voor het afstandsonderwijs, is dat je eigenlijk nooit echt klaar bent. Je kunt altijd nog wel werk inhalen of vooruit werken. Je draagt zelf verantwoordelijkheid voor wat je doet. Daarnaast heb je als afstandsleerling ook een taak van de leraar erbij: bepalen welk afgebakende stuk stof je behandelt.”
Het sociale leven op school mist ze wel. „Soms verveelt het wel als je heel de dag alleen voor school werkt.”
Annemieke is over het algemeen erg tevreden over het afstandsonderwijs. „Ik waardeer het dat er bij bepaalde vakken op de Fruytier aandacht is voor de Bijbel en voor wat dat betekent voor je leven.”