Hypotheek groeiend probleem voor gemoedsbezwaarden
Een gezamenlijke gedragscode van banken maakt het voor gemoedsbezwaarden steeds lastiger een hypotheek af te sluiten. Een wettelijke regeling biedt de enige oplossing, betoogt André van Luijk.
De gereformeerde gezindte kent van oudsher gemoedsbezwaarden. Op grond van hun christelijke geloofsovertuiging sluiten zij uit principe geen verzekering af.
Voor veel verplichte verzekeringen, zoals voor ziektekosten, autorijden en AOW, heeft de overheid wettelijke oplossingen bedacht. Een officieel erkende gemoedsbezwaarde mag bijvoorbeeld onverzekerd autorijden, mits hij administratiekosten aan het Waarborgfonds Motorverkeer betaalt. Bij een aanrijding betaalt hij zelf de schade; bij geldtekort schiet dit waarborgfonds het resterende bedrag voor.
Voor verplichte verzekeringen bij het afsluiten van een hypotheek bestaan nog geen wettelijke oplossingen. Hierbij komt dat sinds de kredietcrisis de mogelijkheden nog verder beperkt zijn. De overheid eist nu van geldverstrekkers een zorgplicht. Banken hebben daarom gezamenlijk een gedragscode ondertekend. Die houdt in dat zij bijvoorbeeld de risico’s bij overlijden, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid zorgvuldig met de klant doornemen. Het benadrukken van het belang van goed verzekeren maakt hier deel van uit.
In principe kan een klant van dit advies nog afwijken. Als hypotheekadviseur zie ik echter steeds vaker dat banken hier niet meer mee akkoord gaan. Bezien vanaf de kant van de bank, als geldverstrekker, is dit begrijpelijk. Als een klant door het ontbreken van een goede verzekering zijn hypotheek niet kan betalen, kan de zorgplicht van de bank ertoe leiden dat de rechter de bank deels aansprakelijk stelt.
Een gemoedsbezwaarde kan nu op drie manieren proberen een hypotheek rond te krijgen. Ten eerste door zijn principiële bezwaren aan de geldverstrekker, de bank, te vertellen. De kans dat hij alsnog geld loskrijgt, is echter, zoals geschreven, klein.
De tweede optie is dat hij verzwijgt dat hij zijn woning niet verzekert. Al een paar keer heb ik echter meegemaakt dat de bank dit ontdekte.
De derde mogelijkheid is dat niet hij, maar zijn hypotheekadviseur een opstalverzekering sluit. De gemoedsbezwaarde betaalt hem hierbij administratiekosten.
De laatste manier levert de grootste kans op een hypotheek op, maar er zitten nogal wat haken en ogen aan. De klant belooft de bank namelijk nog steeds dat hij het pand verzekert en tekent hier ook voor. De bank kan later alsnog de verzekering eisen; daarnaast is deze constructie voor hem niet altijd duidelijk. Mijn ervaring met gemoedsbezwaarden is bovendien dat zij het graag op een open en transparante manier regelen, zonder gekunstelde constructies.
De enige oplossing is dat er voor deze bezwaarden ook een wettelijke regeling bij hypotheken komt. Het Waarborgfonds Eigen Woningen zou hier een rol in kunnen spelen, vergelijkbaar met die van het Waarborgfonds Motorverkeer. Zo houden gemoedsbezwaarden toegang tot de woningmarkt zonder hun principes te moeten verloochenen.
De auteur is financieel planner en eigenaar van Woonvisie Makelaars & Hypotheken te Rotterdam.