Onderwijs & opvoeding

Stiekem een borrel onder werktijd

Een werknemer is regelmatig om onverklaarbare redenen even onvindbaar. Bovendien ruikt hij af en toe naar alcohol. Zou hij een drankprobleem hebben? De IrisAcademie helpt bedrijven en instellingen signalen van een verslaving bij personeelsleden te herkennen én bespreekbaar te maken.

26 January 2012 20:00Gewijzigd op 14 November 2020 18:55
Foto ANP
Foto ANP

Op Schiphol wordt een stewardess aangehouden omdat ze te veel heeft gedronken. NS-conducteurs zouden in hun pauze in een coffeeshop in de buurt van station Amsterdam Centraal regelmatig een jointje roken. En bijna de helft van de Nederlandse werknemers heeft zich wel eens misdragen op een bedrijfsborrel.

Drie berichten die in minder dan twee maanden tijd het nieuws haalden, laten zien dat het gebruik van alcohol en drugs in de werksfeer geen puur theoretische kwestie is. Daarvan is ook IrisZorg overtuigd. De instelling voor verslavingszorg richt zich daarom door middel van het nieuwe preventieonderdeel IrisAcademie onder meer op het bedrijfsleven.

Een onderneming heeft er belang bij aandacht te besteden aan verslavingspreventie, zegt projectleider Robin Vierwind. Hij wijst erop dat onderzoek aantoont dat 21 procent van de beroepsbevolking overmatig drinkt en dat 5 procent afhankelijk is van alcohol. „Bij de laatste groep is algauw sprake van een productieverlies van minimaal 25 procent. Dat kost een werkgever dus geld. Bovendien: een bedrijfsongeval als gevolg van alcohol- of drugsgebruik wil geen baas meemaken.”

In een derde van de bedrijven die Vierwind bezoekt, gelden al dan niet schriftelijk vastgelegde afspraken over met name drankgebruik. Vaak beperken die zich tot het niet dronken op het werk verschijnen en geen alcohol nuttigen onder werktijd. Hoe een bedrijf handelt als een werknemer over de schreef gaat, is vaak niet vastgelegd. Vierwind pleit ervoor dergelijke zaken „een volwaardige plek” te geven in het personeelsbeleid.

In welke beroepsgroepen speelt (dreigende) verslavingsproblematiek het sterkst?

„Het komt overal voor. Sectoren waar het relatief veel aan de orde is, zijn de bouwsector en de horeca. In de bouw wordt bier bijvoorbeeld gezien als een goede dorstlesser na zwaar werk. Veel drinken is daar breed geaccepteerd.

Opvallend is ook dat in sommige bedrijven en instellingen mensen met hogere functies naar verhouding veel drinken. Zij bezoeken voor hun werk nogal eens recepties waar een wijntje of een borreltje wordt geschonken. Dat hoort bij de bedrijfscultuur.”

Zitten bedrijven erop te wachten om zich actief met deze thematiek te gaan bezighouden?

„Ze zijn daartoe vooral geneigd als er zich een problematische situatie met een werknemer voordoet. Wij benadrukken echter vooral het belang van preventie. Een bedrijf kan ook inzoomen op degenen met een dréígend alcoholprobleem: mensen die zich met hun drankgebruik nog staande weten te houden maar op de rand staan van afglijden naar erger. IrisZorg ontwikkelde voor hen een speciale preventieve training: Plan Morgen.”

Mensen die verslaafd zijn kunnen dat soms goed verbloemen. Hoe komt een werkgever erachter dat deze problematiek speelt?

„Een signaal kan zijn dat een personeelslid onder werktijd steeds vaker ongeoorloofd afwezig is. Opeens is hij er even niet, zonder dat anderen weten waar hij uithangt. Ook frequent ziekteverzuim heeft in een aantal gevallen met verslaving te maken. Andere mogelijke tekenen zijn verminderde productiviteit, concentratieproblemen of het maken van veel fouten, maar ook dat iemand er enigszins onverzorgd uitziet of financiële problemen heeft. Dat laatst blijkt bijvoorbeeld als hij regelmatig geld wil lenen van collega’s. Het functioneren van de werknemer is echter de belangrijkste graadmeter.”

Hoe maak je vermoedens van verslaving bespreekbaar?

„Een manager kan geen blaastest afnemen om te zien of iemand te veel gedronken heeft. Dat is voor het onderlinge vertrouwen niet goed. Als iemand naar alcohol ruikt is het ook niet verstandig om rechtstreeks te vragen: Heb je gedronken? Dan zal de ander al snel nee zeggen en bijvoorbeeld aangeven dat de alcohollucht nog in zijn kleren zit van het weekend. Het kan bovendien een incident zijn dat iemand naar alcohol ruikt, maar ook dan zal het besproken moeten worden.

Als er sterke vermoedens zijn dat er een serieus probleem is, adviseren wij dat niet individueel aan de orde te stellen, maar in samenspraak met een leidinggevende en de afdeling personeelszaken. De insteek moet dan niet het vermeende drankprobleem zijn, maar wat opvalt in het functioneren van de werknemer. Als er sprake is van ernstige verslaving heeft dat namelijk altijd invloed op wat iemand presteert. Belangrijk is dat het gesprek gericht is op het aanbieden van hulp en het behouden van de werknemer voor het bedrijf.”

In hoeverre geeft u aandacht aan andere vormen van verslaving dan die aan drank?

„We richten ons met name op alcohol, maar besteden ook aandacht aan afhankelijkheid van drugs, medicijnen en gokken. Daarop rust nog een groter taboe dan op drank. Roken stellen we eveneens aan de orde. Het lijkt erop dat daartegen steeds meer weerstand komt. Mensen ergeren zich eraan als een collega elke keer even weggaat om een sigaretje te roken. Uit onderzoek blijkt dat rokers 3,2 procent minder productief zijn dan niet-rokers. Werkgevers hebben er dus belang bij dat mensen stoppen met roken. Daarom bieden sommige bedrijven hun personeel daarvoor een speciale cursus aan.”

In sommige sectoren is de bedrijfsborrel op vrijdagmiddag een bekend verschijnsel. Wordt die wat u betreft afgeschaft?

„Wij heffen niet het morele vingertje, maar geven voorlichting over de positieve en de negatieve gevolgen van drankgebruik en zetten aan tot het nadenken over verantwoorde consumptie. Persoonlijk denk ik dat het goed zou zijn tijdens een borrel op het werk op vrijdagmiddag geen alcohol te schenken. Veel mensen gaan daarna het verkeer in. Dat kan allerlei problemen geven. Met één glas wijn op kun je goed rijden, maar het risico is groot dat het op een bedrijfsborrel niet bij dat ene glaasje blijft.”


Plan Morgen traint werknemers met drankprobleem

Nogal wat werknemers hebben last van hun overmatige alcoholgebruik, maar treden daarmee uit schaamte niet naar buiten. Dat zegt manager Eric de Zeeuw van IrisZorg. Om de drempel naar hulpverlening te verlagen, introduceerde de instelling voor verslavingszorg in november Plan Morgen, speciaal gericht op de „werkende middenklasse.” De Zeeuw: „Het gaat om burgers in het arbeidsproces die een verslaving beginnen te ontwikkelen die hen in toenemende mate belemmert in hun functioneren op het werk en/of thuis. Om hun situatie morgen te veranderen, moeten ze vandaag actie ondernemen. Vandaar onze slogan ”Plan Morgen start vandaag”.”

Voor mensen met een baan vormt hulpverlening tijdens kantooruren een drempel, merkt De Zeeuw. Plan Morgen biedt daarom op andere momenten trainingen aan. Zo start er zaterdag in sportcentrum Papendal bij Arnhem een nieuwe groep die vervolgens op zes donderdagavonden bijeenkomt. Daarnaast hebben de deelnemers wekelijks en later tweewekelijks een persoonlijk gesprek met een behandelaar.

Sinds de start hebben enkele tientallen werknemers de weg naar Plan Morgen gevonden. Bij een groot deel gaat het om dreigende verslaving, maar soms melden zich ook mensen die al afhankelijk zijn van alcohol of andere middelen. „Er is een grijs gebied tussen probleemdrinkers en verslaafden. Sommigen die zich aanmelden hebben zelf het idee dat ze te veel drinken, anderen hebben een partner die hun drinkgedrag niet accepteert. Het komt ook voor dat iemand op zijn werk is betrapt op het gebruiken van alcohol. Op zo’n moment kan hij ervoor kiezen zijn probleem zich verder te laten ontwikkelen, met het risico dat er bijvoorbeeld schulden ontstaan of een relatie op de klippen loopt, of het aan te pakken.”

Met een verwijsbrief van een huisarts, arboarts of psycholoog kan een werknemer bij Plan Morgen terecht voor een intake, waarbij het probleem in kaart wordt gebracht. „Het kan zijn dat iemand in zijn werk enorme spanning of stress ervaart en regelmatig een glaasje drinkt om zich rustiger te voelen. Om dat te bereiken kan hij echter ook ontspanningsoefeningen doen of gaan sporten. Daarop vestigen we de aandacht. Het gezamenlijk sporten tijdens de training blijkt een trekker in het programma van Plan Morgen. De positieve ervaring daarmee brengt deelnemers soms op het idee zich aan te melden bij een loopclub of een racefiets aan te schaffen.”

Behalve sport- en ontspanningsoefeningen biedt de training onder meer psycho-educatie. Dit onderdeel verschaft de deelnemers inzicht in wat een verslaving is en wat de lichamelijke en psychische gevolgen ervan zijn. Na afloop van de training wordt er in individuele gesprekken nog een periode nazorg geboden. Wanneer dat niet genoeg blijkt, volgen sommigen het programma een tweede keer of worden ze doorverwezen naar intensievere vormen van hulp.

www.planmorgen.nu


IrisAcademie

De IrisAcademie ging in oktober van start als onderdeel van IrisZorg, een instelling voor verslavingszorg en maatschappelijke opvang in Gelderland, delen van Overijssel en Flevoland. Zij richt zich vooral op bedrijven. De instelling stimuleert die om (preventieve) aandacht voor verslaving een volwaardige plek te geven in het personeelsbeleid. De IrisAcademie biedt de mogelijkheid managers te trainen in het herkennen en bespreekbaar maken van (dreigende) afhankelijkheid van middelen zoals alcohol en drugs. Ook geeft ze (bedrijfsbrede) voorlichting aan personeelsleden. Zo was de IrisAcademie recent te gast bij een bouwbedrijf en verzorgde ze bij een andere onderneming een sessie specifiek voor het bewakingspersoneel.

www.irisacademie.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer