Romans over lijden van Joden voor én na 1945
Het zwakbegaafde Joodse meisje Tsili verkeert te midden van een zee van haat na het uitbreken van de oorlog in 1941. In de naar haar genoemde roman beschrijft Aharon Appelfeld haar levensverhaal.
Tsili Kraus is een Joods meisje van twaalf wanneer de oorlog in 1941 ook haar geboorteland bereikt. Waar ze precies woont, vermeldt Appelfeld niet, maar het moet het uiterste oosten van Midden-Europa zijn. Misschien is het Wolhynië of een dorp in de buurt van Czernowitz, waar de Oostenrijkers de dienst uitmaakten.
Wanneer de oorlog uitbreekt, slaan Tsili’s ouders, broertjes en zusjes op de vlucht. Ze laten Tsili achter vanuit de gedachte dat een zwakbegaafd meisje geen kwaad zal overkomen. En misschien ook wel om van het onnozele kind af te zijn. Maar het zijn juist haar verstandelijke beperkingen die maken dat ze niet volkomen begrijpt hoezeer haar leven in gevaar is, of het nu is vanwege Duitse soldaten of Poolse en Roemeense boeren. Wanneer ze op een boerderij onderdak vindt, wordt ze meedogenloos geknecht en geslagen.
Tsili dobbert rond in een zee van haat jegens de Joden. Op haar zwerftochten maakt ze kennis met Mark, een jongeman die uit het kamp is ontsnapt en zich schuldig voelt omdat hij daar zijn vrouw en kinderen heeft achtergelaten. Mark maakt de zeer jonge Tsili tot zijn vrouw. Nadat Mark niet meer terugkeert van een zoektocht naar voedsel, beseft Tsili dat zij een kind van hem verwacht.
Wanneer de oorlog is afgelopen, is Tsili aan het einde van haar krachten. Haar kindje wordt dood geboren. Een enkeling helpt haar om vol te houden, zodat ze niet van verdriet zal sterven. Tsili is diep gekwetst, naar lichaam en ziel. Aan het slot van de roman is ze op een gammel schip onderweg naar Palestina. Van solidariteit tussen de mensen aan boord is geen enkele sprake. Als lezer hoop en bid je dat het leven in Palestina Tsili weer levensvreugde zal schenken. Zekerheid daarover verschaft de roman niet.
Het bijzondere aan deze roman van de in 1932 in de Oekraïne geboren en thans in Tel Aviv levende schrijver is het ontbreken van een interpretatie of van een ethisch oordeel bij de weergave van Tsili’s bedreigde leven. Haar leven speelt zich dicht bij de aarde af. Ze houdt het vol omdat haar tijdsbegrip door de seizoenen en de stand van de zon en niet door de vernietigende oorlog wordt bepaald. In haar vanzelfsprekende vertrouwen dat anderen haar zullen helpen is Tsili ook kwetsbaar en ontsnapt zij bijvoorbeeld op het nippertje aan verkrachting door een blinde boer. De boeren uit deze streek haten de Joden en proberen nochtans met Joodse vrouwen te slapen. Tsili’s leven blijft behouden, bijna als in de bekende sprookjes van Grimm, maar de dood van het kindje maakt aan alle positieve associaties een einde. Alleen Palestina kan uitkomst bieden.
Ontheemden
Waar ”Tsili” eindigt, begint de roman ”Ontheemden” van de Joods-Amerikaanse schrijfster Ghita Schwarz. Deze roman vertelt de geschiedenis van ontheemde mensen die na 1945 gedwongen worden voorlopig in een interneringskamp te blijven en die daarom de droom die hen jarenlang op de been hield niet kunnen verwezenlijken. Zonder die droom zouden deze Joodse mensen niet de kracht hebben gehad om de ontberingen tijdens de jaren van oorlog en vervolging te doorstaan. De belangrijkste drager van de illusie dat het zal lukken om innerlijke rust te vinden en met een onbevangen blik naar de toekomst te kijken, is de uit Polen afkomstige Pavel Mandl.
De roman volgt het leven van Pavel van de Bevrijding in 1945 tot de eeuwwisseling in 2000. Bij Pavel komen de levenslijnen van diverse overlevenden samen. Een van hen is Chaim Traum, een tiener die van alles bedenkt om een toekomstvisie te construeren. De plek waar veel ontheemden uit Europa elkaar weer ontmoeten, is New York. Maar zonder problemen is het leven in deze stad allerminst.
De enorme last die de overlevenden met zich meedragen, is de leegte om hen heen. In ieders familiekroniek zitten enorme gaten door het ontbreken van de ouders, de kinderen en de grootouders die door de Duitse troepen en door de Polen en de Russen zijn vermoord. Het gevoel van schuld tegenover de gestorvenen wordt nog vergroot door de gewelddaden die nodig waren om te overleven. Soms speelde ook verraad een rol in de strijd om zelfbehoud.
Voor al deze mensen, en vooral voor Pavel en zijn vrouw Fela, evenals voor Chaim en diens vrouw Sima, geldt dat ze psychisch gehavend zijn. In Israël houden ze het niet uit, omdat ze de permanente dreiging van het geweld in dat land niet kunnen verdragen. Bovendien beheersen zij het Hebreeuws niet goed en klinkt hun Jiddisch de anderen als minderwaardig in de oren. Zij zijn de mensen die zich in de ogen van de anderen –die als zionisten vóór 1940 naar Palestina trokken– door de Duitsers als lammeren naar de slachtbank hebben laten leiden.
Rusteloos bezig zijn om welstand voor het eigen gezin te verwerven, is typisch voor Pavel en zijn lotgenoten. Keihard werken lukt aardig. Maar tijdens de slaap komen de angsten uit de jaren van vluchten en totale onzekerheid weer terug. De zich herhalende beelden zijn trauma’s waarvoor woorden moeten worden gevonden, maar het openbaren van een kwetsbaarheid die de taal overstijgt blijkt vrijwel onmogelijk. Het dagelijkse gedrag van Pavel en de zijnen is onevenwichtig, de taal van hun gesprekken is rauw. Ze zijn ontheemd en ze blijven ontheemd. Ghita Schwarz heeft hun psychische benauwdheid op onvergetelijke wijze weergegeven.
Boekgegevens
Tsili, Aharon Appelfeld, uit het Hebreeuws vertaald door Kees Meiling; uitg. Anthos, Amsterdam, 2011; ISBN 978 90 414 14106; 143 blz.; € 16,95;
”Ontheemden”, door Ghita Schwarz; uit het Engels vertaald door Vanja Walsmit; uitg. Karakter, Uithoorn, 2011; ISBN 978 90 6112 716 1; 360 blz.; € 19,95.