„Geefwet meer symbool dan echte stimulans geefgedrag”
De Geefwet is meer een symbool geworden dan een echte stimulans voor het geefgedrag, betoogt Wilbert van Vliet.
De Tweede Kamer heeft afgelopen donderdag de Geefwet aangenomen (RD 16-11). Deze wet zou het geven aan goede doelen, culturele instellingen en andere het algemeen nut beogende instellingen (anbi’s) moeten stimuleren en nieuwe initiatieven door goede doelen moeten bevorderen.
Het paradepaardje van de Geefwet was de extra giftenaftrek voor giften aan culturele instellingen. Die regeling biedt kansen voor aanvullende fondswerving ten bate van cultureel of kerkelijk erfgoed. De Tweede Kamer vond dit uiteindelijk toch een te grote bevoordeling van giften aan culturele instellingen en heeft deze extra giftenaftrek behoorlijk naar beneden bijgesteld. Het resultaat is dat iedereen die 100 euro geeft aan een culturele instelling, 125 euro in aftrek kan brengen. Bovendien geldt er een maximum van 1250 euro. De fiscale voordelen blijven dus relatief beperkt.
De Tweede Kamer heeft nog wel bedongen dat er een aparte categorie van giftenaftrek komt: de giften in verband met het steunen van een instelling die een sociaal belang behartigt. Het betreft giften voor bepaalde projecten, zoals een verbouwing, van bijvoorbeeld muziekverenigingen en sportverenigingen. Hiervoor heeft de Tweede Kamer 7 miljoen euro aan rijksbudget ingeruimd. Een positief gebaar. De giftenaftrek dreigt zo echter wel steeds ingewikkelder te worden. Dat kan nadelig zijn voor de beoogde effecten van deze fiscale stimuleringsmaatregel.
Volgens de staatssecretaris kent de Geefwet nog veel meer voordelen. Zo krijgen goede doelen en anbi’s vanaf 2012 meer ruimte om met behulp van commerciële activiteiten financiële middelen te verwerven. Dat kon echter allang. Een kerk mocht onroerend goed verhuren, een museum mocht een winkeltje runnen en een goed doel mocht producten verkopen. De Geefwet zal hier hooguit een verduidelijking kunnen gaan bieden.
Op een ander terrein, de winstbelasting voor stichtingen en verenigingen, worden er veel wijzigingen ingevoerd. Er is echter verzuimd om een integraal overzicht te maken van de effecten van alle maatregelen. De verruimingen die met de ene hand worden gegeven, worden namelijk met de andere hand weer teruggenomen.
Bovendien beweert de staatssecretaris dat een museum nu fiscaal voordelig zijn gemaakte winsten kan gaan sparen voor toekomstige activiteiten. Maar dat kon al. En goede doelen en kerken met relatief professionele ondernemingsactiviteiten, zoals horeca of internetproductverkoop, gaan vanaf 2012 ook winstbelasting betalen.
Bij al deze zaken wreekt zich het tempo van de wetgeving. Fiscale wetgeving, ook op het gebied van goede doelen en geven, lijkt steeds meer gevormd te worden naar bepaalde politieke wensen.
Toch is er wel iets positiefs te melden: er is vanuit het kabinet aandacht voor geefgedrag en de gevreesde meldingsplicht voor giften gaat niet door. Ook mag het de staatssecretaris worden nagegeven dat hij niet heeft bezuinigd op de giftenaftrek.
Concluderend kan worden gesteld dat de Geefwet in deze tijden van bezuinigingen meer een symbool is geworden dan een echte stimulans voor het geefgedrag.
De auteur is als belastingadviseur werkzaam bij PwC.