Ongenaakbaar Noorwegen

Noorwegen staat voor avontuur. Dat zit nu eenmaal in de bevolking, in het landschap, in de geschiedenis.

Jacomijn Hoekman
11 November 2011 17:29Gewijzigd op 14 November 2020 17:38
De weerspiegeling is zelfs bij regenachtig weer helder. Foto RD, Jacomijn Hoekman
De weerspiegeling is zelfs bij regenachtig weer helder. Foto RD, Jacomijn Hoekman

Ze stonden bekend om hun onverschrokkenheid en bloeddorst, de Vikingen die eeuwen geleden de kusten rond de Noordzee onveilig maakten. Gehard als ze waren door het ijskoude klimaat en de ruige natuur was er maar weinig dat hen af schrok.

Hun nazaten in de omgeving van de Noorse provincie Sogn og Fjordane, aan de oostkust van het land, hebben ongetwijfeld nog iets van dit Vikingbloed in hun aderen. En niet alleen zij: in een land dat voor minder dan 4 procent is gecultiveerd, kan niemand van suiker zijn.

Het weer past zich vandaag aan de grillige natuur aan. Het is midzomer, maar het regent al dagen pijpenstelen. De prachtige, donkerhouten staafkerken staan te druipen; dikke spetters glijden van hun spichtige torens af. Het plan om de berg Prest te beklimmen, valt in het water. „Niet doen”, adviseert de eigenares van hotel Vangsgaarden in Aurland. „Zoek een ander wandelgebied op, want Prest is te steil voor dit weer. Je moet veel klauteren, en daarvoor is het te glad.”

Een taxichauffeur knikt bij navraag bevestigend. „Pas is er nog een Pool bij de waterval van Prest 50 meter naar beneden gevallen en overleden. Hij kwam te dicht bij de rand. Dat gebeurt hier elk jaar wel een keer.”

Dat er met de Noorse natuur niet te spotten valt, blijkt ook op een tocht naar het dorpje Laerdal over de beroemde Aurlandsvegen. De 48 kilometer lange weg staat ook wel bekend als de sneeuwweg, omdat er op de hoogste punten altijd sneeuw ligt. Juist boven op een berg –waar een snerpende wind rond de kale rotsen giert die bergmeren doet bevriezen– begeeft de huurauto het. Mobiele telefoons werken hier niet. In geen velden of wegen is er een levend wezen te bekennen. Wat wil je: er leven slecht 4,8 miljoen Noren op ruim 385.000 vierkante kilometer land. En die kunnen echt wel betere plekjes bedenken om zich te vestigen dan hier.

De tijd verstrijkt. De temperatuur in de auto daalt. Een zomerjas voldoet hier niet, dus elk kledingstuk dat aangetrokken kan worden is mooi meegenomen. Hoe lang moet je in Noorwegen boven op een berg blijven wachten op passanten? Kun je niet beter uit de auto stappen en gaan lopen? Net als deze vragen relevant beginnen te worden, doemen er in de verte koplampen op: toeristen. Met een betere auto.

Ooit maakte de Aurlandroute deel uit van de hoofdroute tussen het oosten en het westen van het land. Het gebied staat bekend als de Grand Canyon van Noorwegen. In de winter is de weg onbegaanbaar, omdat er dan te veel sneeuw ligt. Elke toerist kan daarom ook de veel vlakkere E16 van Aurland naar Laerdal nemen. Maar dat is makkelijker, veiliger, korter en dus saaier. Alhoewel: de E16 tussen Aurland en Laerdal heeft de langste autotunnel ter wereld van maar liefst 24,5 kilometer lang. Veel weggebruikers tussen Oslo en Bergen nemen deze route.

Toch heeft juist de ruige natuur de schoonheid van Sogn og Fjordane en omgeving iets extra aangrijpends. Wat is er mooier dan vanaf een berg neerkijken op de duizelingwekkende diepte van een fjord onder je voeten? Hoe bijzonder wordt autorijden als er bij een stevige regenbui zomaar steenlawines kunnen optreden? Hoe nietig voel je je als je alleen in de bergen zit, zonder een mens te zien?

Het Nederlandse echtpaar Van der Laar uit Groningen weet het zeker: een betere vakantiestek dan Laerdal bestaat er niet. Het tweetal staat op een koude bergtop foto’s te maken van de weidse uitgestrektheid onder hen. „We komen hier al jaren, ruim dertig jaar geleden voor het eerst. En we waren meteen verkocht.”

Met hun camper willen ze elk hoekje en gaatje van het gebied verkennen. Weer of geen weer.

En er zijn genoeg hoeken en gaatjes die erom smeken ontdekt te worden. Neem nu de buurdorpjes Solvorn en Ornes, iets ten noorden van Laerdal. Toeristen bezoeken de plaatsjes onder meer om de staafkerk van Urnes, de oudste van Noorwegen. Het bijna 900 jaar oude gebouw wordt wel de koningin der kerken genoemd en staat op de Unescolijst van werelderfgoed.

De omgeving leent zich bovendien uitstekend voor autotochten, bergbeklimmingen, kilometers kanoën en culturele uitstapjes. Honderden kleine en grotere watervallen sieren de wandelpaden. Bergtoppen bieden een schitterend uitzicht over de regio. Smalle paadjes langs de Lustrafjord brengen je op eenzame plekken, waar alleen het zachte gekabbel van de fjord klinkt.

En dan blijkt dat Noorwegen niet alleen avontuurlijk is, maar toch ook zijn liefelijke kanten heeft. „Lekker rustig hier”, vindt een plaatselijke gids. „Ik heb vijf jaar in Nederland gewoond: overal zijn mensen en auto’s. Hier is het alleen druk als je van de ferry komt en zes auto’s tegelijk de weg oprijden.”

„Steenlawines? Ach, die komen elk jaar wel een keer voor”, zegt ook een serveerster in het kleine dorpje Solvorn nuchter. „In het noorden is het veel erger.” En ze schenkt met vaste hand een wijntje in.

Buiten regent het weer. Vijftig meter verderop verandert de eerst zo stralende Lustrafjord opnieuw in een rimpelig oudje. De omringende bergen worden ongenaakbaar. Aan de wand van de eetzaal hangt een Vikinghelm.

www.visitnorway.com


Doen

  • Ga kanoën over de Sognefjord, de langste en diepste van Noorwegen (cruise is ook mogelijk).

  • Drink Noors bier bij bijvoorbeeld brouwerij Agir in Flam.

  • Ga mountainbiken over de Aurlandvegen (autotocht is ook mogelijk) of Rallarvegen.

  • Bezoek een van de beroemde staafkerken, bijvoorbeeld de staafkerk van Urnes in Ornes.

  • Maak een wandeltocht rond de fjorden, bijvoorbeeld de Lusterfjord bij Solvorn. Deze vrij vlakke route is geschikt voor alle wandelniveaus.

  • Beklim een van de vele bergen in het gebied, bijvoorbeeld de Vidasethovden in Vik. Deze heeft een gemiddeld wandelniveau en biedt een prachtig uitzicht over het fjordengebied.

  • Maak gebruik van de Flamsbana, een historische en zeer steile treinroute.

  • Maak een wandeling over de Nigardsbreengletsjer in Nationaal Park Jostedalsbreen.

  • Rijd over de Sognefjellvegen, de hoogste bergweg van Noord-Europa.


„Bergen is net een amfitheater”

Eerlijk is eerlijk: het heeft weinig zin om op vakantie te gaan naar Noorwegen om zijn mooie steden. Toch zijn er in Bergen parels te ontdekken.

Het is de zogenaamde ”gateway to the fjords of Norway”. Vanuit Bergen kun je werkelijk heel Noorwegen doorkruisen.

Het stadje, aan drie kanten omgeven door fjorden, lijkt op het eerste gezicht weinig voor te stellen. Maar het is oud. En koninklijk. Een beetje scheefgezakt, maar omringd door majestueuze bergen.

Bergen bestaat al ruim 900 jaar. De stad werd in 1070 gesticht door de –volgens de Noren– onverschrokken koning Olav Kyrre.

Het plaatsje is een mengelmoes van culturen. Met name Nederlanders en Duitsers zijn hier in de loop van de tijd neergestreken, aldus de Noorse gids Urte Gerlach. „Inwoners van Bergen noemen zich het liefst Bergenaren, in plaats van Noren. Hun voorouders kwamen overal vandaan.”

Kom je het centrum van Bergen binnen, dan is het eerst wat opvalt de veelkleurigheid van een rij oude huizen. Dat is Bryggen, de middeleeuwse haven van Bergen. De houten huizen behoren tot het Unesco Werelderfgoed.

Eeuwen geleden waren ze handelshuizen voor graan en vis. De levensmiddelen werden er automatisch koel gehouden: er zat geen enkele verwarming in de houten huizen, om brand te vermijden. Ondanks die maatregel verwoestte een vuurzee zowel in 1702 als in 1955 een groot deel van de oude haven.

De meeste huizen werden in oude stijl herbouwd. Nu dienen die vooral als souvenirwinkeltjes en musea en spreken ze door hun veelkleurigheid tot de verbeelding van toeristen.

Bergenaren zijn trots op hun stad. „Net een amfitheater, toch?” vraagt gids Gerlach trots, wijzend op de bergen die de stad aan alle kanten omringen. De naam van de plaats is dan ook niet uit de lucht komen vallen. Zowel ongeoefende als meer ervaren klimmers kunnen er aan hun trekken komen met wandeltochten op allerlei niveaus. En welke tocht je ook kiest, het levert gegarandeerd een prachtig uitzicht over de stad op.

Neem bijvoorbeeld de tocht naar de Floyenberg: een makkelijke, goed begaanbare en bewegwijzerde tocht. Met een snelle kabelbaan ga je naar boven, waarna je bij een prachtig uitkijkpunt komt.

Voor de ervaren klimmer zal deze tocht een beetje nep zijn: allereerst is daar de kabelbaan, waarmee je naar boven wordt gebracht. Verder zijn de uitzichtpunten geasfalteerd en beveiligd met een glazen hek. Veel bomen op de berg zijn geplant om te voorkomen dat modderlawines de berg afstromen. En dat wat in eerste instantie een meer lijkt, blijkt een enorm waterbassin te zijn waarin regenwater wordt opgevangen om te voorkomen dat het de stad in stroomt. Er is zelfs kinderopvang boven op de berg, zodat ouders rustig samen kunnen rondwandelen als ze dat willen.

Zoals elke zichzelf respecterende stad kan ook Bergen bogen op beroemde inwoners. De bekendste van hen is de componist Edvard Grieg. Villa Troldhaugen, zijn huis in het centrum van de stad, is nu een museum.

Een minpunt aan Bergen is dat je berekend moet zijn op zo’n beetje alle weersomstandigheden. „Hier voorspelt het ene tv-kanaal regen en het andere zon”, zegt Gerlach.

Het regent zo vaak in Bergen, dat de stad zelfs een Regenfestival heeft, met regenjas- en parapluparade. Maar ach, de Bergenaren doen daar zelf niet zo moeilijk over, dus waarom toeristen wel? „Slecht weer bestaat niet”, haalt Gerlach een bekende Bergense spreuk aan. „Slechte kleding wel.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer