Een derde CSFR wijst crematie niet af
UTRECHT – Een op de drie studenten van de reformatorische studentenvereniging CSFR heeft geen moeite met crematie.
Dat blijkt uit een peiling in het kader van het CSFR-lustrumjaar, die is ingevuld door bijna honderd studenten. De CSFR viert in november het 60-jarig bestaan.
De 35 procent die niet tegen crematie is, kiest voor het antwoord dat begraven geen expliciet Bijbels voorschrift (23 procent) is en dat cremeren de opstanding niet verhindert (12). Twee derde vindt dat een christen zich moet laten begraven, omdat Christus ook is begraven of omdat cremeren heidens is.
Bijna de helft van de studenten (46 procent) geeft aan bang te zijn voor de dood. Bij 20 procent speelt hierbij het ontbreken van geloofszekerheid een rol. Meer dan de helft is niet bang voor de dood, omdat ze steun vinden in hun geloof of omdat de dood hen niet bezighoudt.
Anneke Sanderman, CSFR-preses lustrumcommissie, vindt de uitkomst dat een derde geen moeite heeft met cremeren „opvallend hoog.” Ze ziet hierin een „wellicht moderner, kritischer lezen” van de Bijbel, vanuit de vraag: wat staat er echt, letterlijk? Deze houding komt volgens haar niet voor uit een relativerende onverschilligheid.
De uitkomsten verbazen prof. dr. J. Hoek, docent aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE) en bijzonder hoogleraar aan de Protestantse Theologische Universiteit Kampen. „Een percentage van 10 kan ik me voorstellen, maar 35 procent is hoog.” De hoogleraar ziet hierin „een zekere erosie” van de gereformeerde traditie. „Begraven is altijd een goede christelijke zede geweest in onze Nederlandse gereformeerde traditie.” Vooral de dieper liggende achtergronden verontrusten hem. Prof. Hoek vermoedt een zekere relativering van principia: „We weten het allemaal niet meer zo.” De theoloog signaleert een „verontrustende” ontwikkeling, waarbij Schriftgegevens niet zonder meer gezaghebbend zijn.
Prof. Hoek wijst erop dat er steeds minder standpunten vanzelfsprekend zijn. „Opvattingen op alle terreinen schuiven. We kunnen steeds minder uitgaan van de vaststaande gereformeerde zede. De gereformeerde traditie zal daarom een nieuwe inzet moeten plegen ter onderbouwing van onze opvattingen, vanaf het nulpunt. We veronderstellen te veel.”
De CHE-docent wijst erop dat christenen wereldwijd verschillend tegen cremeren aankijken. „Ik ken Bijbelgetrouwe christenen uit andere werelddelen die zich laten cremeren.” Prof. Hoek wil hen daarop niet afschrijven. De poll is voor hem vooral een „wake-upcall” om te bezien of er niet iets wordt aangetast uit onze traditie wat ons dierbaar is. De Bijbel noemt heel mooie, belangrijke argumenten voor begraven; 1 Korinthe 15, de vergelijking met zaaien en oogsten, vind ik een krachtig punt. Paulus was bekend met cremeren. Voor hem was dat echter helemaal geen optie.”