Commentaar: Nadelige gevolgen Arabische lente voor christenen
De vrees is al vaker geuit. De Arabische lente zou wel eens nadelig voor christenen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika kunnen uitpakken. Vooral als fundamentalistische krachten het ontstane machtsvacuüm gaan vullen.
Dit weekeinde leek die vrees in Egypte te worden bewaarheid. Bij rellen tussen koptische christenen en het leger vielen zeker 25 doden. Onduidelijk is nog aan welke zijde de slachtoffers waren te betreuren. Want volgens de berichten lieten ook diverse militairen bij de onlusten het leven.
Onduidelijk is ook wie tegen wie vocht. Volgens de kopten werden zij aanvankelijk door bendes in burger aangevallen. Toen ordetroepen met grof geweld ingrepen, leken moslims en christenen zich plotseling eensgezind tegen de autoriteiten te keren. Ooggetuigen spraken later weer van een eenparige roep om „de christenen eruit te gooiden.”
Hoe het ook zij, duidelijk is dat christenen in de Arabische wereld in een steeds nijpender positie terechtkomen. De voorbeelden spreken voor zich. De christelijke populatie in Irak is de afgelopen acht jaar, na de westerse inval (!), gedecimeerd. Na de machtsovername door de radicale Hamasbeweging is het aantal christenen in de Gazastrook dramatisch afgenomen. Datzelfde geldt ook voor de Westelijke Jordaanoever, waar christenen nog altijd in groten getale naar het buitenland vertrekken.
Hoe de situatie zich in Egypte zal ontwikkelen, blijft ongewis. De voortekenen zijn echter niet gunstig. Bij alle verdeeldheid in het land is er vooralsnog één constante factor: de gesloten gelederen van de fundamentalistische moslimbroederschap. Dat doet weinig goeds vermoeden voor de parlementsverkiezingen die voor eind november op de rol staan.
Maar ook elders in de Arabische wereld staat de positie van christenen onder druk. Al maanden is het in Syrië bijzonder onrustig. Het zittende regime van president Bashar al-Assad hield de christelijke minderheid tot nog toe altijd de hand boven het hoofd. Mocht de huidige revolte tot het vertrek van Assad leiden, dan is het nog maar de vraag of de Syrische christenen zich in dezelfde mate van –weliswaar beteugelde– vrijheid mogen blijven verheugen.
Daarmee valt natuurlijk geenszins een pleidooi voor het in het zadel houden van dictatoriale regimes te voeren. Al te lang hebben de bevolkingen in de Arabische wereld onder op macht beluste heersers gezucht. Maar het gaat ook niet aan om elke verandering als verbetering te bejubelen. En al helemaal niet als het om de positie van christenen gaat.
In het geval van Egypte speelt bovendien nog een ander element een rol. De koptische christenen, hoezeer hun ook –en dat al jarenlang– onrecht is aangedaan, reageerden afgelopen weekeinde met geweld op de aanvallen die tegen hen waren gericht. Dat is in strijd met christelijke normen en waarden. Niet voor niets verklaarde de koptische kerkleider Shenuda dat het christelijk geloof het gebruik van geweld afwijst.
Laat overigens duidelijk zijn dat deze christenen reagéérden op geweld dat tegen hen werd gebruikt. En dat zij zeker niet de aanstichters waren.