Compact elektrisch wordt de trend
Elektrische aandrijving opent voor autofabrikanten nieuwe mogelijkheden. Een ultracompacte stadsauto lijkt een van de mogelijke richtingen van deze techniek.
De tweejaarlijkse Internationale Automobil Ausstellung (IAA) in Frankfurt heeft z’n poorten inmiddels weer gesloten. Op de beurs, die elke twee jaar ruim meer dan 1 miljoen bezoekers trekt, heeft vooral de Duitse industrie haar kracht getoond. Op stands die soms tientallen miljoenen euro’s per stuk kosten werd het publiek niet alleen een selectie getoond van de huidige productiemodellen, maar lieten de fabrikanten zonder uitzondering in de keuken kijken.
Volop conceptmodellen tonen wat de toekomst gaat brengen en zonder uitzondering zijn deze voorzien van technieken die linksom of rechtsom zijn afgestemd op het verder terugdringen van het brandstofverbruik.
Opel heeft een verrassend ogende vierwieler gebouwd, eerst aangekondigd als de One Euro Car, maar inmiddels voorzien van de op het eerste gezicht nietszeggende naam RAK e. Maar Opel trekt hier een historische link naar een soort van raketvoertuigen die in de jaren twintig nog door Fritz von Opel werden ontwikkeld. Met een beetje fantasie heeft de nieuwe RAK ook een raketvorm, maar wordt in dit geval elektrisch aangedreven. Twee personen zitten achter elkaar onder een glazen koepel die aan een Messerschmitt doet denken, een historisch voertuig waarvan diverse overeenkomsten kunnen worden opgenoemd.
De Opel RAK e weegt niet meer dan 380 kg en heeft voldoende aan een 14 pk elektromotor voor een topsnelheid van 120 km/u en een acceleratie van 0 tot 100 in dertien seconden. Volgens de Duitse dochter van het General Motorsconcern kan er 100 km worden gereden, voor 1 euro aan elektrische energie.
Behalve aan een volwaardige versie –die bij lancering gekentekend wordt als personenauto– wordt er gedacht aan een variant waarbij de topsnelheid wordt begrensd op 45 km/u, en dan is slechts een bromfietscertificaat nodig om de vierwieler te mogen besturen. Of en wanneer een dergelijk model in productie gaat, is afhankelijk van de reacties van de doelgroep én van de prijsstelling en eventuele stimulerende maatregelen van overheden.
Auto’s zoals de RAK e zijn typisch afgestemd op gebruik in de stad door mensen die individueel mobiel willen zijn, maar tegelijk gemakkelijk willen parkeren en het milieu niet overbodig willen belasten. Volgens statistieken heeft meer dan 85 procent van de wereldbevolking voor de dagelijkse verplaatsing genoeg aan een elektrische auto met een bescheiden actieradius.
De eerste fabrikant die het aandurft om een elektrische, stadse tweezitter te lanceren is Renault. Nog voor het einde van het jaar gaat de Twizy in Frankrijk in de verkoop, volgend voorjaar gevolgd door andere Europese landen. In tegenstelling tot de lage, sportieve RAK e is de Twizy eerder een aantrekkelijk alternatief voor motorscooters. Ook hier zitten de twee passagiers achter elkaar, maar in de standaardversie is de zijkant gewoon open. Renault komt met twee varianten, een 45 km/u-versie en een tweede uitvoering op normaal kenteken die 80 km/u haalt. De actieradius bedraagt zo’n 100 km en dat is voor regionale verplaatsingen meer dan voldoende. De Twizy is al te koop vanaf een kleine 7000 euro. Dat is dan een bedrag zonder de accu’s, die worden in een leaseconstructie opgenomen.
Op de IAA gaven ook Audi en Volkswagen blijk van vertrouwen in dit nieuwe voertuigsegment. Alleen lijkt de stoer ogende Volkswagen Nils extra beperkingen te hebben omdat het slechts een eenzitter is. De vier wielen van de 3,04 meter lange auto staan op de hoeken buiten de carrosserie en een vleugeldeur biedt toegang tot het keurig aangeklede interieur.
De 20 pk elektromotor levert zelfs een piekvermogen van 34 pk, waarmee een topsnelheid kan worden bereikt van 130 km/u. Dat is behoorlijk vlot, maar er mag niet worden vergeten dat bij die topsnelheid de accu’s heel snel leeg zijn – zeker als het merk een actieradius voorspelt van slechts 65 kilometer.
Overheden zien duidelijk mogelijkheden voor dit soort elektrische voertuigen, want het project Nils wordt financieel ondersteund door het Duitse ministerie van Transport, Bouwnijverheid en Stedelijke Ontwikkeling. De Nils is gebouwd rond een lichtgewicht aluminium spaceframe en heeft City Emergency Braking, dat bij een dreigend ongeval zelfstandig een remingreep uitvoert. Een prettige voorziening voor een stadsauto.
Audi zet meteen twee concepten neer onder de noemer Urban Concept, maar de realiteitswaarde van de gesloten en de open versie lijkt nog laag. Opmerkelijk is dat bestuurder en passagier schuin achter elkaar zitten binnen een lengte van 3,21 meter. De actieradius is met 73 kilometer niet overdreven en ook aan het sprintje naar 100 km/u in 16,9 tellen moet nog gewerkt worden. Die 100 km/u is ook meteen de top.
Al bij al mag duidelijk zijn dat diverse autofabrikanten mogelijk brood zien in een nieuw soort stadsvoertuig. Renault bijt het spits af, maar voelt nu al de hete adem in de nek van zijn concurrenten.