Oppositie biedt alternatief in tegenbegroting
DEN HAAG – Vijf oppositiepartijen hebben maandag in zogenoemde tegenbegrotingen hun alternatieven voor het kabinetsbeleid gepresenteerd.

De grootste oppositiepartij, de PvdA, wil de begroting van het kabinet voor volgend jaar in totaal voor 3,6 miljard euro verspijkeren.
De partij draait bezuinigingen terug op het persoonsgebonden budget, de zorgtoeslag, de kinderopvang en de huurtoeslag, evenals de btw-verhoging op de podiumkunsten. Ook wil de PvdA ten opzichte van de kabinetsplannen extra investeren in onderwijs en veiligheid en het aan het werk helpen van langdurig werklozen. Verder moeten leraren en agenten meer salaris krijgen.
De PvdA wil die plannen gaan betalen door een toptarief in te voeren van 60 procent belasting voor mensen met een inkomen boven de 150.000 euro, met een bankenbelasting en door de winstbelasting voor bedrijven minder te verlagen.
De SP kiest er in haar tegenbegroting voor om de Nederlandse economie te stimuleren met een bedrag van 1,5 miljard euro. De partij draait bezuinigingen in de zorg, op de kinderopvang, op de huurtoeslag en op de sociale werkplaatsen terug. Het geld hiervoor moet binnenstromen door een extra belastingschijf van 65 procent voor hogere inkomens, een bankenbelasting en een hogere winstbelasting voor bedrijven.
De socialisten willen de overheid verder 4,2 miljard euro besparen door zorgpremies volledig inkomensafhankelijk te maken. De zorgtoeslag zou dan kunnen verdwijnen.
Ook D66 presenteerde maandag voorstellen om de kabinetsplannen aan te passen. D66-Kamerlid Koolmees sprak van een „sprokkelkabinet dat visieloos aan het snijden is.”
Zijn partij draait ingrepen terug bij het persoonsgebonden budget, het openbaar vervoer, ontwikkelingssamenwerking en de kinderopvang.
Daarnaast wil de partij 1 miljard euro extra investeren in onderwijs en de btw-verhoging in de kunstsector schrappen. D66 wil al die wensen betalen door onder meer de AOW-leeftijd vanaf volgend jaar in kleine stapjes te verhogen, het ontslagrecht te hervormen en de WW te verkorten.
Ook wil D66 in de zorg een hogere eigen bijdrage, het eigen risico inkomensafhankelijk maken en de kinderbijslag voor ouders met een inkomen boven de 100.000 euro verlagen.
GroenLinks wil in vergelijking met de Miljoenennota van het kabinet 1,5 miljard extra investeren in onderwijs en 6 miljard extra in werk. Zo moeten de tarieven in de eerste twee schijven van de inkomstenbelasting omlaag. Dat moet de lasten voor de burgers met 3,2 miljard euro verlichten en zo werken lonender maken.
De partij wil bezuinigingen van het kabinet in de zorg, in de kinderopvang, op de re-integratie en op ontwikkelingssamenwerking terugdraaien. De plannen moeten worden betaald door belastingen te „vergroenen” en te verhogen en door de kinderbijslag inkomensafhankelijk te maken.
Ook de ChristenUnie presenteerde maandag een tegenbegroting. „Niet dat alles wat dit kabinet doet, verkeerd is”, lichtte fractievoorzitter Slob zijn alternatief toe, „Maar op bepaalde terreinen maakt het in onze ogen foute keuzes.”
De CU repareert niet alleen de bezuinigingen op het kindgebonden budget, maar verlaagt ook de belasting op arbeid (de belastingschijf van 42 procent gaat in de tegenbegroting van de CU naar 40 procent). Verder wil zij in de publieke sector een ”Ruttenorm” invoeren, wat inhoudt dat mensen die in die sector werkzaam zijn nooit meer mogen verdienen dan 100 procent van het salaris van de minister-president. Om files tegen te gaan en het milieu te sparen introduceert de partij van Slob een spitsheffing.
Overigens zet de ChristenUnie in haar tegenbegroting, die geen noemenswaardig effect heeft op het EMU-saldo, in op eenzelfde bezuinigingsbedrag als het kabinet, namelijk 18 miljard euro.
Slob: „Dat maakt de discussie met het kabinet morgen alleen maar makkelijker. Het kabinet is sinds zijn aantreden op zoek naar een uitgestoken hand. Wij bieden onze beide handen aan dit kabinet aan.”