Solink koppelt oudere en woonruimte zoekende student aan elkaar
Ouderen hoeven helemaal niet eenzaam te zijn. Als ze een kamer in hun woning beschikbaar willen stellen voor een student, kunnen beiden welkom gezelschap voor elkaar zijn.
Dat moet ook Solink gedacht hebben toen de organisatie twee jaar geleden begon met een proef om eenzame ouderen en woonruimte zoekende studenten bij elkaar te brengen. Intussen is de proef succesvol gebleken en start Solink dit cursusjaar met dertig studenten die bij deelnemende ouderen zijn ondergebracht.
Het concept is simpel: Solink verzorgt de inschrijving. Zij probeert een zogeheten match te vinden tussen een oudere en een student.
Brian van der Graaf, projectleider van Solink: „In 2009 is het idee ontstaan. Het nieuws werd op dat moment beheerst door berichten over kamernood onder studenten en aan de andere kant de eenzaamheid van ouderen. De respons op ons initiatief heeft ons verrast. We zitten nu al op bijna 2000 aangemelde studenten. Het aantal ouderen dat zich aanmeldde ligt rond de honderd. Die laatste groep gaat niet over één nacht ijs. Soms duurt het wel vier tot zes maanden voordat ze een beslissing nemen.”
Ze raadplegen volgens Van der Graaf hun kinderen, overige familie, bekenden en soms hun huisarts. „Voor ouderen is het een hele stap om mee te gaan doen in ons project. Maar we hebben liever een goed overwogen keuze dan dat de samenwerking uiteindelijk op niets uitloopt.”
Als student en oudere eenmaal bij elkaar wonen, houdt Solink voortdurend contact. De organisatie huurt de kamer en verhuurt die op haar beurt weer aan een student. „Het is juridisch gezien beter als wij ertussen zitten. Zo kunnen we een vinger aan de pols houden. We hebben daardoor de mogelijkheid om studenten die zich misdragen uit de kamer te zetten. Gelukkig is het nog nooit nodig geweest om op die manier in te grijpen.”
Huisregels zijn er wel degelijk, maar vaak is het volgens Van der Graaf niet nodig om daar tot in de puntjes afspraken over te maken. „De wensen van de oudere die woonruimte beschikbaar stelt, staan bij ons altijd voorop. Zo kan hij aangeven dat hij bijvoorbeeld een niet-rokende christelijke student wil, iemand die helpt bij de afwas en ook een hapje mee-eet aan tafel. Een student die aan dat profiel voldoet en een klik heeft met de oudere, krijgt de kamer.”
Hoewel het in Dordrecht gevestigde Solink geen christelijke identiteit heeft, is het volgens Van der Graaf opvallend dat 90 procent van de deelnemers aan het initiatief christen is.
„We zijn erg benieuwd wat daarvan de oorzaak is. Mogelijk heeft het met een stukje opvoeding te maken. Wij horen van christelijke studenten dat zij naast hun studie graag iets voor hun naaste willen betekenen. Onder de deelnemende ouderen merken we dat velen van hen van huis uit al gewend zijn aan kostgangers over de vloer, omdat hun eigen moeder bijvoorbeeld uit christelijke overwegingen hospita was.”