Hamas waagt zich nog niet aan confrontatie
De inwoners van Israëlische steden en dorpen rond de Gazastrook beleefden vorige week een bitter déjà vu. Loeiend luchtalarm, explosies van inslaande raketten en urenlang doorbrengen in de schuilkelder.
Diverse Palestijnse facties schoten tientallen projectielen op Israël af. De Israëlische luchtmacht reageerde met luchtaanvallen op doelen in de Gazastrook. En de wereld? Die reageerde zoals gebruikelijk met een oproep aan Israël om maximale terughoudendheid te betrachten. Veroordelende woorden over de Palestijnse beschietingen klonken niet of nauwelijks.
De bedoeling van de Palestijnse beschietingen is overduidelijk. Een aantal gewapende groepen in de Gazastrook wil Israël tot een oorlog uitlokken. Daarmee zou de Joodse staat zich opnieuw de verontwaardiging van de internationale gemeenschap op de hals halen. Dat zou de uitslag van de geplande stemming over erkenning van een Palestijnse staat, volgende maand in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, gunstig kunnen beïnvloeden.
Niet alle Palestijnse groeperingen zouden overigens gelukkig zijn met erkenning van een Palestijnse staat. Want mét die erkenning wordt tegelijkertijd uitgesproken dat Israël ook recht van bestaan heeft. Bovendien worden de toekomstige grenzen tussen Israël en Palestina, voor zover de internationale gemeenschap daarover gaat, min of meer afgebakend. Bewegingen zoals Hamas, die vindt dat Israël geen bestaansrecht heeft en dat alle grond tussen de Jordaan en de Middellandse Zee onder islamitisch bestuur moet komen, is dus bepaald niet blij met de geplande stemming in het VN-hoofdkwartier in New York.
Vandaar dat Hamas zich vooralsnog niet aan een nieuwe confrontatie met Israël heeft gewaagd. Toch valt de beweging wel degelijk iets te verwijten. Hamas bestuurt de Gazastrook en heeft dus ook de verantwoordelijkheid om de openbare orde te handhaven en gewapende facties onder de duim te houden. Algemeen wordt ervan uitgegaan dat er geen schot wordt gelost zonder medeweten of expliciete toestemming van Hamas.
Toch is het zeker niet geheel uit te sluiten dat Hamas en Israël elkaar in de toekomst opnieuw in de haren zullen vliegen. Daar is een aantal redenen voor. De populariteit van Hamas in de Gazastrook is de laatste tijd flink afgenomen. Dat kan veranderen als Hamas Israël weer tot de gemeenschappelijke vijand maakt en daarmee de aandacht van binnenlandse problemen afleidt.
Maar er is meer. De wapenarsenalen van Hamas en andere Palestijnse strijdgroepen zijn sinds de Gazaoorlog van 2008/2009 weer volledig op peil, zo niet fors uitgebreid. Algemeen wordt ervan uitgegaan dat de Palestijnen over raketten beschikken die dichtbevolkte steden als Tel Aviv kunnen treffen. Om het afschrikkingseffect in stand te houden en de machtsbalans blijvend in de goede richting te laten uitslaan, zal Israël er vermoedelijk op termijn niet omheen kunnen om Hamas weer een gevoelige slag toe te brengen.
Zeker nu de grensovergang tussen Egypte en de Gazastrook permanent open is, zijn wapens en ander oorlogstuig maar al te makkelijk aan te voeren. Na de aanslagen in het zuiden van Israël van twee weken geleden, is nu ook pijnlijk duidelijk geworden hoe weinig controle de nieuwe Egyptische machthebbers over de Sinaïwoestijn hebben. Ook de felle taal uit Caïro na de dood van Egyptische soldaten tijdens een schotenwisseling tussen Israëlische militairen en de terroristen die de aanslagen in Zuid-Israël hadden uitgevoerd, was opmerkelijk.
Inmiddels heeft Egypte duizenden militairen naar de Sinaï gestuurd om de orde in het gebied te herstellen en wapensmokkel aan banden te leggen. Dat lijkt een positief gebaar richting Israël. Tegelijkertijd riep de secretaris-generaal van de Arabische Liga vorige week dat het vredesverdrag tussen Israël en Egypte „niet heilig” is. Het is duidelijk dat de spanning tussen beide landen nog niet is weggeëbd.
Reageren aan scribent? buza@refdag.nl