„Laat kerkenraad mening geven over SoW”
Het voornemen om te komen tot een fusie van de Samen op Weg-kerken is dermate ingrijpend dat iedere kerkenraad in staat gesteld moet worden zijn mening erover te geven, zoals dat ook in de Evangelisch-Lutherse Kerk (ELK) gebeurd is.
Dat is een van de aanbevelingen die de hervormde Calvijnkerk in Baarn doet naar aanleiding van haar enquête over Samen op Weg. Het geldende vertegenwoordigingsmodel (kerkenraad, classis, synode) voldoet volgens haar niet.
Een fusie is dermate ingrijpend dat de Calvijnkerk in Baarn vindt dat de plaatselijke gemeenten zich over dit proces moeten kunnen uitspreken. „Ten principale is de kerkenraad de enige besturende macht in de kerk. De plaatselijke gemeenten zelf, die veel meer dan de kerkelijke vergaderingen in hun hart geraakt worden door de opgelegde veranderingen, dienen zich in alle vrijheid te kunnen uitspreken over een eventuele fusie of federatie.” Juist omdat dat tot op heden niet heeft plaatsgevonden, ondanks het verzoek daartoe van twee synodeleden, heeft Baarn het initiatief tot een enquête genomen.
De motivatie om de vragenlijst van Nieuw-Vennep bijna letterlijk over te nemen, is volgens Baarn tweeledig. In de eerste plaats kan er een vergelijkbare peiling gehouden worden onder zowel gereformeerde als hervormde kerkenraden. In de tweede plaats handelen de vragen in de genoemde vragenlijst met name over het proces en niet over allerlei kwesties inzake het belijden van de op te richten Protestantse Kerk in Nederland (PKN). In de begeleidende brief aan alle scriba’s van hervormde (wijk)gemeenten stelde de kerkenraad dat het gevaar groot is dat de komende fusie in veel gemeenten tot scheuringen en afsplitsingen zal leiden. Dit vindt de kerkenraad de kerk onwaardig. Echter: „Voorop willen we stellen dat we de huidige SoW-gemeenten niet in de kou willen laten staan. Onzes inziens moet worden gezocht naar een oplossing waarin de SoW-gemeenten een eigen plaats en structuur zouden kunnen krijgen. Het uitgangspunt van ons is, waar mogelijk, samen te werken met andere gemeenten.”
Uit de enquête blijkt dat met de stelling ”de synode hoort ons wel, maar luistert niet” 196 kerkenraden het eens zijn en 94 oneens; er zijn 114 blanco stemmen. Op de stelling ”Het is beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald” zeggen 203 kerkenraden ja, 83 nee. Gaat het om de beheersbevoegdheid dan vinden 205 kerkenraden dat deze behoort aan de plaatselijke kerk, 73 van niet.
Moet de synode rekening houden met de ingebrachte bezwaren?; 273 kerkenraden zijn het daarmee eens, 27 oneens. De eenwording van kerken is op zich een goede zaak (eens 276, oneens 28), maar de voorgestelde fusie is, onder de huidige bepalingen, een slechte zaak (eens 202, oneens 101). De synode kan volgens de meerderheid van de kerkenraad niet tot fusie besluiten indien 30 procent of meer van de plaatselijke kerken er niet mee instemt (eens 194, oneens 78). De synode kan ook niet tot fusie besluiten wanneer dit besluit kerkscheuringen en afsplitsing in de plaatselijke gemeenten veroorzaakt (eens 207, oneens 83).
Sommige kerkenraden maakten de kanttekening bang te zijn voor een eenzijdig enquêteresultaat, omdat alleen de tegenstanders van de fusie zouden reageren op de in hun ogen tendentieuze stellingen. „Niets is minder waar blijkens de resultaten”, zo merkt de kerkenraad van Baarn op. „Vanuit de volledige breedte van de Hervormde Kerk is gereageerd. Wanneer men onze resultaten niet representatief wil achten, zou het goed zijn als de synode de wens van de classis Ede serieus nam en zelf een peiling houdt, een wens die overigens al twee keer eerder ter synode geuit is.”
De respons van de kerken op de enquête is 30 procent. Baarn vindt dit resultaat „behoorlijk.” Uit de resultaten blijkt volgens de kerkenraad dat niet alleen critici van het SoW-proces hebben meegedaan aan de enquête. „Er is kerkbreed en vanuit het hele land gereageerd. Daarmee is de uitslag een belangrijke graadmeter geworden omtrent het gevoelen dat in de Nederlandse Hervormde Kerk leeft ten aanzien van het SoW-proces.” Uit de enquête rijst volgens Baarn het beeld op van een kerk die „tot op het bot verdeeld is over het ingrijpende fusievoornemen.” Ondanks het feit dat al veel energie (tijd en geld) in het SoW-proces is gestoken, moet volgens de kerkenraad van Baarn ervoor worden gewaakt dat door een snelle afronding van het proces voorbij wordt gegaan aan het oorspronkelijke doel: geestelijke eenheid.