Daniël
„Ik kan niet begrijpen dat in een gemeente waarvan de dominee ergens anders gaat preken een emeritus predikant voorgaat. Zij hebben al zo vaak een dominee.” Een vraag van Arie, lid van een kleine gereformeerde gemeente, in het jongerenblad Daniël. Ds. L. Terlouw geeft antwoord.
„De nood van veel vacante gemeenten in ons kerkverband is groot. Als lid van een kleine gemeente ervaar jij dat –met veel anderen– misschien nog wel meer. Zeker als er met Pasen en Pinksteren drie keer leesdienst was, is het goed dat je in je vraag je vinger legt bij de nood van de kleine gemeenten.
Je waardeert met velen de leesdiensten wel, maar terecht zie je uit naar het voorgaan van een predikant. Leesdienst is en blijft een hulpdienst.
Predikanten hebben over het algemeen zo’n twaalf vrije zondagen per jaar. Ze gebruiken die zondagen onder andere om in de consulentgemeenten het avondmaal te bedienen. Daar zijn ook kleine consulentgemeenten bij. Verder preken veel dominees drie keer per zondag en proberen ook dan de kleine gemeenten in de classis en omgeving niet te vergeten.
Ook met de feestdagen wordt geprobeerd aan kleine gemeenten te denken. Zijn er in een classis weinig predikanten, dan geeft dit ook in kleine gemeenten meer leesdiensten. Op feestdagen preken dominees over het algemeen alle diensten in de eigen gemeente. Daarvoor zijn ze ook naar die gemeente geroepen.
Met de feestdagen ruilen dominees nog wel eens met een andere (emeritus) predikant, omdat dit de hoeveelheid werk wat beperkt. In de situatie die je beschrijft, zal de dominee van die gemeente waarschijnlijk in de vacante gemeente zijn geweest waar de emeritus predikant zou preken.
Je begrijpt dat wij de nood niet kunnen oplossen, maar dat we in die nood de Heere van de oogst mogen en moeten vragen om predikanten. Verder zal je kerkenraad proberen ook op de feestdagen een keer een predikant te krijgen.”