Kleine groei voor Geref. Gemeenten
De Gereformeerde Gemeenten zijn vorig jaar met 827 leden en doopleden gegroeid. Het totaalaantal leden bedraagt nu 101.008. Dat blijkt uit het Kerkelijk Jaarboek 2002, dat donderdag verscheen.
Door de opheffing van de gemeente te Lemmer daalde het aantal gemeenten van 157 naar 156. Door de bevestiging van drie studenten tot predikant steeg het aantal predikanten van 52 naar 55.
Er kwamen 904 leden en doopleden uit andere kerken over. Vanuit de Nederlandse Hervormde Kerk waren dat er 270, gevolgd door toetredingen uit de Christelijke Gereformeerde Kerken (215), de Oud Gereformeerde Gemeenten (208) en de Gereformeerde Gemeenten in Nederland (133).
In totaal gingen 1636 leden en doopleden over naar andere kerkverbanden of werden buitenkerkelijk. De meesten gingen naar de Nederlandse Hervormde Kerk (947 leden en doopleden) en de Christelijke Gereformeerde Kerken (158); 293 leden en doopleden onttrokken zich en werden buitenkerkelijk.
Het aantal leden van de Netherlands Reformed Congregations in Noord-Amerika, zusterkerken van de Gereformeerde Gemeenten, steeg van 9395 tot 9500. De NRC tellen 27 gemeenten, die gediend worden door tien predikanten.
De schrijver van het jaaroverzicht, ds. W. Silfhout te Capelle aan den IJssel, wijst erop dat de tijdgeest diepe sporen trekt. „In veel kerken zien we een zich aanpassen aan de wereld. De verdeeldheid van de kerken is er mede oorzaak van dat het profetisch geluid van de kerk niet meer wordt gehoord en waar het nog wordt gehoord schouderophalend voor kennisgeving wordt aangenomen.”
Ten aanzien van het Samen op Weg-proces schrijft ds. Silfhout dat zij die er in hun geweten van overtuigd zijn dat ze niet mee kunnen, moeilijke tijden doormaken. „De Heere mocht hen willen gedenken en Zijn licht en waarheid willen schenken.”