„Ik had vandaag liever geen gelijk gekregen”, zo reageerde hij maandag op het bekend worden van de resultaten van het onderzoek naar het schietincident in Alphen aan den Rijn.

Het heeft Duisterhof gestoord dat politici, maar ook een korpschef, direct na het Alphense drama riepen dat de regelgeving rond schietverenigingen moest worden verscherpt. „Pas eerst de huidige regels op juiste wijze toe.” En: „wij zijn niet vergunningverlener.”

Dat de vergunningverlener, de politie, fouten heeft gemaakt in het geval van Van der V. betreurt Duisterhof zonder meer. „Maar het blijft mensenwerk, ook bij de politie.”

De schietsport heeft sinds ‘Alphen’ een stigma opgelopen. „Dat houdt me bezig”, aldus Duisterhof, die veelvuldig heeft uitgelegd dat leden van schietverenigingen enthousiaste sportbeoefenaren zijn en geen lieden met een duistere fascinatie voor wapens en geweld.

Wat hem evenzeer bezighoudt, is de vraag hoever het beroepsgeheim van medewerkers van GGZ-instellingen gaat. Duisterhof hoopt dat de nog lopende onderzoeken van onder meer de Onderzoeksraad voor Veiligheid en de Inspectie voor de Gezondheidszorg hierover opheldering verschaffen.