Handreiking helpt kerk bij waarderen religieus erfgoed
De hervormde gemeente in Oost-Graftdijk verkocht haar historische kroonluchter via veilinghuis Christie’s. Jammer, vindt projectleider Pia Verhoeven van de Handreiking roerend religieus erfgoed. „Protestanten weten niet half hoeveel waardevols ze in huis hebben.”
Twee kerken per week sluiten de komende tien jaar hun deuren. Ruim 120 kloosters zullen verdwijnen. Wat gaat er gebeuren met de ruim 140.000 religieuze voorwerpen, zoals bidstoelen, schilderijen, predikantenborden, kandelaren en avondmaalsserviezen?
Om te voorkomen dat waardevolle historische voorwerpen voor een prikje op de rommelmarkt worden verkocht, ontwikkelden het Utrechtse Museum Catharijneconvent, het nationale museum voor christelijke kunst en cultuur, en de Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN) samen met vertegenwoordigers van diverse kerkgenootschappen en erfgoedinstellingen de Handreiking roerend religieus erfgoed.
Met behulp van de handreiking, die vandaag in Utrecht is gepresenteerd, kunnen beheerders van kerkgebouwen en parochies hun religieuze erfgoed overzichtelijk inventariseren, waarderen, selecteren en herbestemmen. Via een stappenplan beoordeelt de gebruiker voorwerpen op hun emotioneel-religieuze en (cultuur)historische waarde.
Projectleider Pia Verhoeven, interim-directeur van de SKKN, was betrokken bij het opstellen van de handreiking.
Hoe gaan parochiebesturen en kerkenraden bij kerksluiting om met hun religieuze erfgoed?
„Dat verschilt per kerkgenootschap. In de Protestantse Kerk is elke gemeente autonoom. De kerkenraad beslist wat er met religieuze voorwerpen gebeurt. Daar hebben wij niet zo’n zicht op. In de Rooms-Katholieke Kerk buigen zich er allerlei commissies over.
Soms maken kerkenraden een verkeerde inschatting. De hervormde gemeente in het Noord-Hollandse Oost-Graftdijk keek bij het herbestemmen van haar voorwerpen vooral naar de financiële kant. Haar kroonluchters verkocht ze via het Amsterdamse veilinghuis Christie’s. Dat is jammer, omdat de kroonluchters een grote historische en emotionele waarde vertegenwoordigen voor de gemeente. Ook komen we wel eens een heiligenbeeld in een kroeg tegen. Die vorm van oneigenlijk hergebruik willen we voorkomen.”
De handreiking pleit voor het inschakelen van een erfgoedspecialist. Kunt u dat toelichten?
„De gemiddelde kerkganger kan de emotioneel-religieuze waarde van een object prima beoordelen. Anders ligt het bij het bepalen van de (kunst)historische waarde. Daar moet iemand naar kijken die een voorwerp kan plaatsen op de religieuze erfgoedkaart van Nederland.”
Stel, een kerkelijke gemeente staat op het punt haar roerend religieus erfgoed van de hand te doen en wil gebruikmaken van de handreiking. Wat moet ze doen?
„De gemeente kan de handreiking downloaden via de website www.handreikingroerendreligieuserfgoed.nl. Ook is ze op te vragen via de SKKN en het Museum Catharijneconvent en de deelnemende kerkgenootschappen.
In de handreiking staan zes stappen die een kerkenraad moet nemen als hij (een deel van) zijn inventaris wil afstoten. Deze handreiking kan een gemeente ook gebruiken als ze haar religieuze erfgoed in kaart wil brengen zonder dat er sprake is van sluiting. Bijvoorbeeld als ze wil weten of de restauratie van een object de moeite waard is.”
Bij het opzetten van de handreiking waren vanuit protestantse kring de Protestantse Kerk, de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Algemene Doopsgezinde Sociëteit en de Remonstrantse Broederschap betrokken. Vanwaar deze vier?
„Deze kerkgenootschappen bestaan al lang en de problematiek van kerksluiting speelt er een belangrijke rol. In andere orthodox-gereformeerde kerken en binnen de islam is kerk- of moskeesluiting geen item. Die groeperingen groeien nog steeds.”
Als het om religies erfgoed gaat, denk je toch vooral aan rooms- katholieke kerken?
„Protestantse kerken zijn soberder ingericht dan rooms-katholieke. Maar ook daar bevindt zich prachtig religieus erfgoed. Denk aan een zeventiende-eeuws interieur met herenbanken, predikantenborden en glas-in-loodramen. Veel protestantse gemeenten weten niet half hoeveel waardevols ze in huis hebben. Ze hechten vaak minder waarde aan materiële zaken. Daar hebben we weinig aan op weg naar de eeuwigheid, zo redeneert men.”
Waarom vraagt religieus erfgoed zo’n zorgvuldige benadering?
„Het is heel bijzonder erfgoed, omdat het nog altijd wordt gebruikt en dus een actuele rol speelt. Daarnaast heeft het vaak een emotionele waarde, omdat het de verbondenheid met een kerkelijke gemeenschap uitdrukt. Met religieus erfgoed moet je daarom respectvol omgaan. Niemand kan het waarderen als een zilveren doopschotel later als fruitschaal wordt gebruikt.”
Zullen emoties met deze handreiking een minder grote rol gaan spelen bij de waardering van religieus erfgoed?
„Waardering van kerkelijk erfgoed valt nooit te objectiveren. Emotie zal altijd een rol blijven spelen. Wij vinden het belangrijk om daar ruimte aan te geven. Wel is het goed om niet alleen, maar met een groepje te werk te gaan. Zo voorkom je al te grote subjectiviteit.”
Pia Verhoeven
Pia Verhoeven (Oss, 1975) studeerde van 1994 tot 1999 kunstgeschiedenis aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. Ze studeerde af op zilversmeedkunst. Sinds 2000 is ze werkzaam bij de Stichting Kerkelijk Kunstbezit in Nederland (SKKN) in Utrecht als senior wetenschappelijk medewerker. Momenteel is ze waarnemend directeur van de SKKN.
Verhoeven hield zich bij de SKKN onder meer bezig met het opstellen van een waarderingskader voor roerend religieus erfgoed. Ze is namens de SKKN sinds juli 2010 projectleider van de Handreiking roerend religieus erfgoed, een samenwerkingsproject van het Museum Catharijneconvent en de SKKN.
In Kerkbreed komt iedere week een persoon aan het woord die een reflectie geeft op een opvallende gebeurtenis of ontwikkeling in het kerkelijk leven. Vandaag: drs. P. M. C. (Pia) Verhoeven, projectleider van de ”Handreiking roerend religieus erfgoed”, die vandaag in Utrecht is gepresenteerd.