Nog een rechter bij etentje rond Wilders (livebeeld)
AMSTERDAM – Bij het omstreden etentje in mei 2010 rond de zaak-Wilders was naast raadsheer Schalken nog een rechter-plaatsvervanger aanwezig. Het betreft mr. H. P. Wooldrik, die ook hoofdofficier van justitie in Haarlem is.
Dat bleek woensdagmorgen bij de rechtbank in Amsterdam tijdens het getuigenverhoor van arabist Hans Jansen, ook een van de deelnemers van het diner. Wooldrik is raadsheer-plaatsvervanger bij het gerechtshof in Amsterdam. Dat gaf in 2009 in een zogeheten beschikking opdracht aan het openbaar ministerie (OM) om PVV-Wilders te vervolgen.
Woensdag werden deelnemers gehoord van het veelbesproken etentje, thuis bij Midden-Oostendeskundige Bertus Hendriks. Tijdens dat diner werd gesproken over de zaak-Wilders. Een van de makers van de beschikking van het gerechtshof, raadsheer T. Schalken, zou arabist Jansen hebben willen overtuigen van de juistheid van de beschikking.
Jansen zei woensdagmorgen niet te hebben geweten dat Wooldrik raadsheer-plaatsvervanger was bij het gerechtshof in Amsterdam. De arabist zei „te walgen” van het feit dat raadsheer Schalken tijdens het diner op hem inpraatte over de zaak-Wilders. De arabist zei een poging te hebben gedaan om het diner te verlaten.
Opmerkelijk was dat de arabist woensdagmorgen verklaarde dat Schalken op een kennelijk minachtende wijze over Wilders sprak. Schalken zou de PVV-leider een „mannetje” hebben genoemd.
De raadsheer zou Jansen hebben verweten dat hij het opneemt voor Wilders. „Hij vond dat ik me deklasseerde dat ik me met Wilders inliet. Ik word op straat nageroepen dat ik het opneem voor Wilders.”
Het verhoor van Jansen van morgen ging op tumultueuze wijze van start. De arabist zei zich niet veilig te voelen in de rechtbank. Hij doelde op de aanwezigheid van voormalig advocaat en activist J. de Kreek in de zaal. De Kreek werd eerder veroordeeld voor bedreiging van Balkenende. Recent werd aangifte tegen De Kreek gedaan in verband met ontkenning van de holocaust en antisemitisme.
Jansen zou bedreigd zijn door De Kreek. De arabist zei zich niet veilig te voelen met zijn „rug ongewapend” naar De Kreek toe. Hij wilde extra beveiliging.
Toen de rechtbank Jansen verzekerde dat hij veilig is in de rechtszaal bleef de arabist erbij dat hij zich onveilig voelt. Op verzoek van de rechtbank verliet daarop De Kreek de zaal.