Kerk & religie

Bewaren

Lukas 15:14

11 April 2011 08:31Gewijzigd op 14 November 2020 14:28

„…werd er een grote hongersnood in datzelve land, en hij begon gebrek te lijden.”

Een zondaar is geheel onmachtig zich in een goede staat te brengen door al de middelen die hij kan gebruiken. Hij is ook niet bekwaam staande te blijven en zich verder in een christelijke weg te houden nadat hij erin gebracht is. Zoals het nodig is een Zaligmaker te hebben om onze zonden te vergeven, is het evenzeer nodig een Zaligmaker te hebben om ons in die staat der genade te doen volharden.

De Heere had in Zijn goedertierenheid aan Adam in de staat der rechtheid volmaakte heiligheid en gerechtigheid gegeven. Hij was bekwaam de wet te houden en gunst voor zich te verwerven. Toen viel Adam en bracht al zijn goed door. Zo wij ons goed ook in handen hadden, wij zouden alles doorbrengen en voor eeuwig geruïneerd zijn als God ons aan onszelf overliet.

Indien Adam, die geen zonde had, zich niet in die zalige staat kon staande houden, veel minder wij die zo veel verdorvenheid in ons hebben. Zo wordt dan niet alleen vereist dat wij tot Christus gaan om genade van vergeving. Wij moeten ook tot Hem gaan opdat Hij onze genade zou vasthouden. Wij hebben Zijn genade nodig om ons hart hier in een goede gestalte te bewaren en om ons hierna voor eeuwig in Zijn Koninkrijk te brengen.

Thomas Hooker,

predikant te Hartford (VS)

(”De heilzame wanhoop”, 1678)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer