De urenlange betoging verliep overwegend vreedzaam, meldde een correspondent van de BBC. Een groepje betogers raakte echter slaags met de politie. Enkele honderden relschoppers gooide verfbommen, sloegen ruiten kapot en braken in bij een kantoor van de HSBC-bank in het centrum van Londen. De politie had in totaal 4500 agenten ingezet.

Onderwijzers, verpleegkundigen en andere ambtenaren deden mee met de betoging. Ze kregen gezelschap van studenten en gepensioneerden. Zij liepen met fanfares en doedelzakken langs de rivier de Thames, de parlementsgebouwen naar het beroemde Hyde Park. Vlakbij de residentie van premier David Cameron lieten de betogers een luid boe-geroep horen.

De optocht had de naam gekregen ‘Mars voor het Alternatief’. De deelnemers verzetten zich tegen het besluit van de regering-Cameron om in de komende vijf jaar 92 miljard euro te besparen. Ze vinden dat de overheid beter de belastingontduiking kan aanpakken, die de Britse belastingbetalers jaarlijks vele miljarden euro’s zou kosten.

Bij de protestmars liepen veel gezinnen mee, onder wie ook heel wat kinderen. De demonstranten kwamen uit het hele Verenigd Koninkrijk. Gillian Siddons (60) was vanuit Schotland naar Londen gekomen. „De regering laat de mensen betalen voor wat de bankiers hebben gedaan. Zij hebben een rotzooi veroorzaakt en wij moeten ervoor opdraaien.”

De betogers werden toegesproken door oppositieleider Ed Miliband van de Labourpartij. „De Conservatieven hadden gezegd dat ik hier niet zou moeten komen. Maar ik ben trots om hier bij jullie te zijn. Er is een alternatief voor de bezuinigingen.”

De regering liet vlak voor de mars nog weten niets te veranderen aan de bezuinigingen. „Logisch dat de mensen zich ongemakkelijk voelen, soms woedend bij wat er gebeurt”, zei minister Michael Cove (Onderwijs). „Maar de moeilijkheid is dat de regering een vreselijke economische puinhoop heeft geërfd. We moeten maatregelen nemen om de overheidsfinanciën weer in balans te brengen.”