Kerk & religie

Koptisch-orthodoxe priester Mikhail zwijgt over islamitische dreiging

„U bent een echte christen? Recht voor zijn raap?” Priester Angilous Mikhail van de koptisch-orthodoxe kerk in Den Haag wil van tevoren graag weten met wie hij het gesprek aangaat. Zelf is hij wars van water bij de wijn – net als zijn eeuwenoude kerk. „Al sinds Sint-Markus onze kerk stichtte, zijn we standvastig gebleven.”

Jacob Hoekman
18 February 2011 11:01Gewijzigd op 14 November 2020 13:45
Foto RD, André Dorst
Foto RD, André Dorst

Er is maar één thema waarover Angilous Mikhail niet recht voor zijn raap spreekt. Dat is de islam – de religie waarvan sommige aanhangers met het grootste plezier kopten in Egypte uitroeien. Als het gesprek daarop komt, wordt het stil. Klinken er haperingen. „Jezus heeft ons geleerd om iedereen lief te hebben, zelfs je vijand”, zegt priester Mikhail. Hij is weer even stil, vervolgt dan met nadruk: „Maar de islam is onze vijand niet.”

Andersom denken nogal wat moslims in Egypte daar anders over.

„Ik wil er niet te veel over praten. Als we hier in Nederland negatief over de islam spreken, krijgen de christenen in Egypte het te verduren. En bovendien kan geweld in onze richting ook door andere christenen of door Joden plaatsvinden – nu, of in de toekomst. Hoe zwaar zal de Koptische Kerk het krijgen? Ik weet het niet. Wat ik wel weet, is dat iedere daad om de ander lief te hebben, een overwinning is.”

In de nieuwjaarsnacht ging het mis in Alexandrië. Moslimextremisten zaaiden dood en verderf bij een koptisch-orthodoxe kerk in de Egyptische stad. Meer dan twintig mensen vonden de dood. Onder hen waren twee zussen en twee nichtjes van een Zoetermeers kerklid van priester Mikhail.

De geestelijke was nauwelijks tien minuten na de explosie al op de hoogte van de tragedie. „Het was halfeen ’s nachts. Ik ben direct naar Zoetermeer gereden om tot steun te kunnen zijn voor deze man en zijn familie.”

Dat moet zwaar zijn.

„Dat is heel moeilijk. Het enige wat je op zo’n moment kunt doen, is praten over God en lezen uit de Bijbel.”

Hij zet zijn bril af, pakt zijn Arabische Bijbel erbij, drukt een kus op de kaft, begint te bladeren. „Ik heb in dat gezin Mattheüs 25 gelezen, de gelijkenis van de talenten.” Hij bladert verder. „En daarna Openbaring 6, over de martelaren onder het altaar die roepen om het wreken van hun bloed. De mensen die bij deze aanslag gestorven zijn, zijn martelaren. Maar wie gewerkt heeft met zijn talenten, krijgt zijn loon in de hemel. Dat is een grote troost.”

Martelaarschap is voor westerse christenen ver weg. Voor uw kerk niet. Hoe leeft u daarmee?

„Martelaarschap is in onze kerkgeschiedenis nooit ver weg geweest. Kijk naar Athanasius in de vierde eeuw. Hij nam stelling tegen Arius, die ontkende dat Jezus God is. Athanasius is wel vijf keer verbannen. Dat is voor onze mensen niet anders. Maar die prijs is laag als we het doel voor ogen blijven houden.”

Als ik u een pistool tegen het hoofd zet, bent u dan bereid te sterven voor deze waarheid?

„Ja. Ik geloof, daar houd ik aan vast. Ik geloof in de Vader, de Zoon en de Geest. Ik geloof in één God. Amen.”

Wat betekent het voor u om Christus te kennen?

„Dat komt neer op het kennen van de geboden van God, en het leven door de geboden.”

Hij bladert opnieuw in zijn Arabische Bijbel. Pakt een Nederlandse vertaling erbij. „Hier, Spreuken 8:17: Ik heb lief, die Mij liefhebben.” Hij heft zijn hand op. „Nee, nog geen nieuwe vraag. Wacht.” Bladert dan verder naar het Nieuwe Testament. Dan: „Lees wat dat betekent, God liefhebben. Johannes 14:21: Die Mijn geboden heeft, en dezelve bewaart, die is het, die Mij liefheeft. Dat is mijn leven.”

Paulus zegt dat het onderhouden van de wet een doodlopende weg is. Het zal nooit lukken.

„Dat is waar. Maar toch moeten we strijden om de wet te bewaren.”

Lukt het u?

„Ik probeer het.”

Maar lukt het ook?

„Gods geboden zijn heel wijd; het is een strijd tot het eind van mijn leven. Het klopt dat Christus de wet heeft volbracht. Dat is het geloof. Maar daar mag het niet bij blijven. Geloof is het begin. Daarbij komt het bewaren van Gods geboden.”

Dan moet hij een beetje grinniken.

Waarom?

„Dit soort vragen heeft een journalist mij nog nooit gesteld.”

Maar hij vindt het niet erg dat ze ditmaal wel gesteld worden. Priester Mikhail praat graag over zijn geloof en over zijn kerk. Met plezier laat hij de kerkzaal zien van het gebouw in het Haagse Benoordenhout waar de gemeente al sinds de jaren negentig samenkomt.

Het is mistig in de kerk. Een indringende wierooklucht prikkelt de neus. De laatste samenkomst is nog maar juist afgelopen. De koptische geestelijke wijst naar boven, waar voor het altaar iconen zijn aangebracht van Christus en de discipelen. Boven hun hoofden staat een kruis. „Die elementen komen in iedere koptische kerk terug, al eeuwenlang.”

Even verderop is er nóg zo’n typisch koptisch element: een icoon van een leeuw, symbool van de apostel Markus. „Hij heeft onze kerk gesticht toen hij in het jaar 61 naar Egypte kwam. Hij is de eerste patriarch van de Koptisch-Orthodoxe Kerk.”

Markus werd, volgens de overlevering, ook meteen de eerste koptische martelaar. Met Pasen van het jaar 68 zou hij het leven hebben gelaten nadat hij, vastgebonden, twee dagen achter elkaar achter door een paard was meegesleurd.

Maar martelaarschap veranderde niets aan de kracht van wat toen nog de Kerk van Alexandrië heette, betoogt priester Mikhail. „Van generatie op generatie is de leer overgedragen. Door 21 eeuwen heen is de kerk standvastig gebleven. En zo moet het blijven. Wij zijn zonen van Sint-Markus.”

De wegen met de westerse kerk scheidden zich in 451, bij het concilie van Chalcedon. Daar werd vastgesteld dat Christus weliswaar één persoon heeft, maar twee naturen: Zijn menselijke en Zijn goddelijke natuur. Maar daarover denkt de Koptisch-Orthodoxe Kerk anders. Priester Mikhail doorklieft met zijn hand de lucht. „Ik begrijp niet dat Chalcedon Jezus’ mensheid en godheid heeft gescheiden. Bij ons is Hij één. Nog altijd is dat heel belangrijk voor ons.”

Waarom weegt dat voor u zo zwaar?

„Omdat de godheid en de mensheid van Jezus samen moeten zijn om ons te kunnen verlossen. Spreek je over twee naturen, dan is de verlossing niet compleet. Daarvoor beroepen we ons op Markus.”

Nooit geweten dat Markus daar iets over heeft gezegd.

„Toch is dat zo. Er zijn heel veel teksten over de eenheid van Christus’ mensheid en goddelijkheid. En ook Athanasius heeft hierover tegen Arius belangrijke dingen gezegd.”

Intussen is de kerk al aan haar 117e opvolger van Markus toe. Dat is Shenuda III, die sinds 1971 het hoofd van de Koptisch-Orthodoxe Kerk is. Zijn volledige titel? ”Paus en patriarch van de grote stad Alexandrië, het Midden-Oosten, Nubië, Sudan, Pentapolis en de emigratielanden”.

Die emigratielanden, daar hoort ook Nederland bij. Zo’n 6000 kopten wonen hier, verspreid over het land en over zeven gemeenten. Ongeveer 800 van hen zijn aangesloten bij de gemeente van priester Mikhail. „Bijna allemaal uit Egypte. Sommigen zijn gevlucht, maar dat is maar een paar procent. Dan gaat het vooral om moslims die christen zijn geworden. Dat mag niet in Egypte. De anderen waren op zoek naar werk, naar een beter leven.”

Priester Mikhail volgde hen, in opdracht van paus Shenuda III, in 2002. De Nederlandse taal leerde hij heel aardig spreken en ook de cultuur leerde hij goed kennen.

Een niet geringe stap voor iemand die altijd in Egypte heeft gewoond.

„Dat klopt. Maar de hand van God was in die beslissing.”

Hoe weet u dat?

„Als de paus een opdracht geeft, komt die uit de mond van God. Dan hoeven we alleen maar te gehoorzamen.”

Is het moeilijker om hier priester te zijn dan in Egypte?

„De regels en tradities zijn hetzelfde. Maar Nederland is duidelijk meer individualistisch. Onze jongeren willen van alle tradities weten waarom we die hebben. Waarom priesters en diakenen soms witte kleding dragen, bijvoorbeeld. Omdat het ziet op de engelen in de hemel, zeg ik dan. Of waarom we negen uur vasten voordat we de communie vieren. Omdat er negen uur zit tussen de donderdagavond waarop Jezus gevangen genomen werd en de morgen van Goede Vrijdag waarop Hij gekruisigd werd, zo leg ik dan uit.”

Accepteren ze dat?

„We hopen het. Het blijft een probleem dat jongeren hier veel minder aan de kerk verbonden zijn. In Egypte is overal wel een koptische kerk. Hier moeten de mensen soms een eind reizen, bijvoorbeeld uit Rotterdam en Spijkenisse. Door de week zijn er samenkomsten waarop bijna geen mensen zijn. Maar op zondag zit het altijd vol.”

Elke dag wel is priester Mikhail met zijn gedachten in het onrustige Egypte, waar zijn moeder, broer en twee zussen wonen. „De achterliggende weken heb ik hen bijna iedere dag gebeld. Gelukkig gaat het goed.”

Maar het is de vraag of het goed zal blijven gaan. Krijgen kopten onder een nieuwe regering meer ruimte? Priester Mikhail weet het niet. „Wie zal zeggen wat er in de nieuwe grondwet komt? Het is afwachten.”

De Koptische Kerk heeft echter al te lang afgewacht. Dat zegt de Nederlander Jos Strengholt, die al jaren als anglicaans priester in Caïro woont. Een verdere marginalisering van de Koptische Kerk is eigen schuld, vindt hij. Dan had de kerk maar niet de kant van Mubarak moeten kiezen en openlijk het onrecht in de samenleving aan de kaak moeten stellen.

Priester Mikhail is het er niet mee eens. „We hebben nooit problemen gehad met Mubarak. Onder hem was het land in elk geval stabiel. Nu moeten we afwachten.”

Heeft de Koptische Kerk genoeg haar stem laten horen?

„Jawel. We hebben meegedaan met demonstraties na de aanslag in Alexandrië. We laten onze stem wel horen, maar het probleem is: wie luistert ernaar?”

Relatief weinig kopten demonstreerden op het Tahrirplein tegen Mubarak. Zou u hebben meegedaan?

„Nooit. Ik houd me alleen bezig met de kerk, met mijn bediening. Ik bemoei me niet met de politiek.”

Vindt u het terecht om van een Arabische lente te spreken in het Midden-Oosten?

„Ik hoop dat er meer democratie komt. Maar wat zal dat inhouden? Welke machten krijgen het dan voor het zeggen? Ik vind het nog veel te vroeg om over een lente te spreken.”

Voor de koptische geestelijke is meer democratie ook niet het allerbelangrijkst. Hij wijst op zijn Bijbel. „Voor Egypte staan heel veel beloften in de Bijbel. Lees Jesaja 19 maar eens. Hoe die beloften werkelijkheid moeten worden, daar breek ik mijn hoofd niet over. Het is in elk geval zeker dat er in Egypte altijd christenen bewaard zullen worden door God.”


Levensloop Angilous Fakhry Mikhail

Angilous Fakhry Mikhail (44) werd in 1966 geboren in een koptisch gezin in Heliopolis, een voorstad van Caïro. Mikhail studeerde diergeneeskunde en werkte voor een internationaal bedrijf in Egypte. In 1994 trouwde hij met een koptische vrouw, met wie hij twee zoons kreeg. In die tijd groeide zijn verlangen om zich aan de kerk te wijden. Mikhail werd in 2000 tot priester gewijd in Caïro. In opdracht van paus Shenuda III van de Koptisch-Orthodoxe Kerk vertrok hij in 2002 naar Nederland, om de herdersstaf in de koptisch-orthodoxe gemeente van Den Haag op te nemen. Dat is een van de zeven koptische gemeenten in Nederland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer