Met de beschieting van een islamitisch gebedshuis in Dordrecht afgelopen week is de maat vol. De onrust onder moslims groeit, zei voorzitter Farid Azarkan van de SMN zaterdag. Hij bevestigde een bericht hierover in de GPD-bladen.

Azarkan vindt dat de overheid te weinig doet om het geweld te stoppen. „Het gaat niet om een incident. Er is de afgelopen jaren een hele reeks van brandstichtingen en bekladdingen geweest. Zo kan het niet verder.”

De organisatie vindt ook dat de politiek vaak selectief reageert. „Als er geweld is tegen joodse instellingen of homo’s, dan leidt dat terecht tot grote beroering. Maar als het om moskeeën gaat of meisjes met hoofddoekjes dan is er maatschappelijk haast geen aandacht. Ik heb nog nauwelijks een politicus gehoord die daarover aan de bel trekt,” aldus Azarkan.

Het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) signaleert het probleem eveneens, maar wil dit niet verengen tot het probleem van moslims. „Het gaat om de vrijheid van godsdienstoefening in het algemeen”, meent Yusuf Altuntas van het CMO. Hij verwijst daarbij onder meer naar de recente aanval op Molukse kerken in Nederland. „Wij zullen de zaak aankaarten in ons gebruikelijke overleg met de overheid.”

De overheid heeft regelmatig overleg met de organisaties. Daarin zal het geweld tegen moskeeën zeker aan bod komen, zei een woordvoerder van Opstelten. Hij benadrukte dat de overheid alle geweld tegen religieuze instellingen veroordeelt. Dat geldt niet alleen voor moskeeën, maar voor alle gebedshuizen, aldus de zegsman.