De hogeschool is dit studiejaar met een dergelijke klas begonnen, waarin 25 toekomstige meesters zitten. Dat heeft onderwijsmanager Jeroen Oversier donderdag laten weten.

Slechts 14 procent van de Pabo-studenten is man. De mannelijke studenten krijgen direct een baan aangeboden voor vier dagen per week als lerarenondersteuner in het basisonderwijs binnen de Rotterdamse Vereniging voor Katholiek Onderwijs (RVKO). Daardoor komen zij direct met de praktijk in aanraking. „Het gaat vooral om studenten in de leeftijd van 24 tot 47 jaar, die vaak alsnog een oude wens in vervulling zien gaan”, aldus Oversier.

Volgens hem is de drempel voor mannen, zeker als zij ouder zijn, groot om aan de onderwijzersopleiding te beginnen. „Het blijkt een grote stap om in een klas met louter studenten te gaan zitten. Dan kun je proberen het aantal mannelijke studenten percentueel te verhogen, maar dat is een kwestie van erg lange adem”, aldus Oversier.

De groep die net is begonnen bestaat uit hoogopgeleide mannen, veelal afkomstig uit het bedrijfsleven.