Werken uit Ets Haim op tentoonstelling
AMSTERDAM – Tot het eind van de achttiende eeuw genoten Joodse schrijvers en kopiisten veel aanzien. In die tijd verschenen Joodse handschriften met sierletters en fraaie illustraties op perkament en papier, ondanks de vele gedrukte werken. Voorbeelden daarvan zijn te zien op de tentoonstelling ”Joods erfgoed aan de Zuidas”.
Rond 1600 kwamen de eerste Portugese Joden naar Amsterdam. De wereldberoemde Joodse bibliotheek Ets Haim is opgericht in 1616 en heeft sinds 1675 een plaats gevonden in het complex van de Portugese Synagoge in Amsterdam. De bibliotheek stond ten dienste van het gelijknamige onderwijsinstituut, dat in 1940 ophield te bestaan.
De collectie van de bibliotheek is gebleven en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. De circa 30.000 gedrukte werken en 560 handschriften omvatten tal van onderwerpen: behalve Joodse studies ook literatuur, geschiedenis, muziek en medische en natuurwetenschappen.
Het onderkomen van de bibliotheek wordt intensief verbouwd. Daarom is de bibliotheek voor twee jaar ondergebracht bij de afdeling Bijzondere Collecties van de Vrije Universiteit in Amsterdam. De tentoonstelling ”Joods erfgoed aan de Zuidas” biedt zorgvuldig gekozen hoogtepunten uit de bibliotheek Ets Haim-Livraria Montezinos.
De kleine expositie is onderverdeeld in zeven onderdelen: de Bijbel, gebedenboeken, onderwijsmateriaal, Portugese Joden in Amsterdam, kalligrafie en Joodse boekproductie, juridische werken en literatuur, toneel en muziek.
Het eerste luik, de Bijbel, toont een Amsterdamse herdruk van de beroemde Spaanse Bijbelvertaling uit 1553, de Ferrarabijbel. In Amsterdam werden in de zeventiende eeuw veel Joodse commentaren gedrukt, omdat er in de hoofdstad minder censuur bestond dan in andere centra van boekdrukkunst. Zodoende kon Amsterdam een belangrijk centrum van Hebreeuwse boekproductie worden, waarvan niet alleen Joden konden profiteren, maar ook geleerden van de Latijnse scholen.
Joden maken veel gebruik van formuliergebeden. Ets Haim is in het bezit van heel wat gebedenboeken. Onder glas ligt ”Gebeden in het Hebreeuws” uit 1771, welke editie tot op de dag van vandaag bindend is voor de eredienst in de Amsterdamse Portugese Synagoge.
Ets Haim was vooral een school voor mannelijke leden van de gemeente. Een van de hoofddoelen was beheersing van de Hebreeuwse grammatica. Veel onderwijsmateriaal is verloren gegaan. Er ligt een alfabetboekje, ”Schwabacher Hadrachat hajelet”, uit 1816, dat doet denken aan oude Nederlandse alfabetboekjes. Het heeft gekleurde illustraties van bijvoorbeeld een bloem in een vaas, een leeuw met de staart omhoog, een dromedaris en een ooievaar die op één poot staat.
Aanvankelijk mochten Joden niet in Amsterdam begraven worden en moesten de synagogediensten in het geheim worden gehouden. Dat was al lang voorbij toen in 1675 de Grote Synagoge aan het Jonas Daniël Meijerplein officieel geopend werd. Ets Haim heeft een boek bewaard met de openingstoespraken bij de inwijding ervan. De bekende boekillustrator Romeyn de Hooghe vervaardigde voor dit werk een achttal gravures, die ingekleurd zijn, van het exterieur en het interieur van de synagoge.
Opvallend is dat schrijvers en kopiisten in Joodse kringen tot het eind van de achttiende eeuw veel aanzien hadden. Er werden honderden teksten in sierlijk handschrift vervaardigd, ook van teksten die al in druk waren verschenen. Op tafel ligt een boek uit 1660 met kalligrafeervoorbeelden. Het gaat om achttien bladen schoonschrift van een van de bekendste kalligrafen uit de zeventiende eeuw, Jehudah Machabeu. Wie een handgeschreven tekst bestelde, selecteerde hieruit de stijl van het handschrift. De letters zijn sierlijk en gelijkmatig binnen een rand vol krullen.
Een groot aantal werken in Ets Haim betreft uitleggingen van de 248 geboden en 365 verboden uit de Thora. Er ligt een boek uitgestald van Mozes Maimonides (1136-1204), ”Misjnee Tora” (1702-1703), een fraaie en monumentale uitgave van een werk dat van groot belang is in het Joodse juridische leven.
Het laatste luik besteedt aandacht aan Joodse kunst. De Joodse gemeenschap in Amsterdam heeft de muziekcultuur ontleend aan die van Venetië. Het gebruikmaken van een muziekinstrument vormde een breuk met de traditie. Sinds de verwoesting van de tempel gebruikten Joden geen instrumentale muziek. Aanwezig is onder meer een partituur met diverse composities bestemd voor uitvoering in de Amsterdamse Portugese Synagoge.
De tentoonstelling is tot eind augustus te zien bij de afdeling Bijzondere Collecties aan de VU.