Dat blijkt uit woensdag gepresenteerd onderzoek van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) en platform Centiq, Wijzer in geldzaken.

Van de 500 ondervraagden wist 40 procent van tevoren niet hoe hoog het inkomen zou zijn en schatte 20 procent het inkomen te hoog in.

Zij zijn vaak verrast over de inkomensdaling. Ook is er veel onwetendheid over de lengte van een WW-uitkering.

Het Nibud is „geschokt” over de onwetendheid over de financiële situatie.

Bijna de helft van de werklozen gaat er per maand 300 tot 600 euro op achteruit, voor een kwart is dat zelfs 900 euro per maand.

Twee derde van de werklozen kan moeilijk rondkomen. Driekwart maakt zich zorgen over de persoonlijke financiële situatie. Velen nemen echter niet de moeite om uit te zoeken of ze in aanmerking komen voor aanvullende tegemoetkomingen.

Bijna de helft van de werklozen heeft minder dan 1000 euro achter de hand, 78 procent spaart niet.

Een derde doet dit niet omdat ze interen op hun spaargeld. Ruim een kwart van de werklozen gaat lenen omdat ze anders bepaalde uitgaven niet meer kunnen doen.

Een vijfde kreeg financiële problemen door de werkloosheid. Bijna alle werklozen met een buffer van minder dan 1000 euro hebben ten minste één betalingsachterstand gehad.

Om werklozen sneller greep te geven op hun financiën heeft het Nibud de werkloosheidsberekenaar ontwikkeld. Daarmee kan men berekenen wat er bij werkloosheid met het besteedbaar inkomen gebeurt.

Verder hebben het Nibud en Centiq, Wijzer in geldzaken een checklist gemaakt waarmee werklozen stap voor stap kunnen nagaan of ze alles hebben geregeld met betrekking tot hun persoonlijke financiën.

Wie zijn baan dreigt te verliezen, kan het beste een speciale inkomensberekening maken, zegt het Nibud, of vrijblijvend advies vragen aan de schuldhulpverlening.

Slechts een kwart van de werklozen is van deze mogelijkheid op de hoogte.

Advies over de financiële situatie voorkomt dat problemen zich onnodig opstapelen, aldus het budgetinstituut.